ZO 1.3 Inleiding virologie Flashcards
Op basis van welke drie criteria kunnen virussen geclassificeerd worden?
- Het soort nucleïne zuur, DNA of RNA.
- De symmetrie van het nucleocapside. De eiwitmantel beschermt het nucleïnezuur tegen afbraak. Kan de vorm hebben van een schroefdraad (helicaal), een veelvlak (isosaëder) of meervorming (pleomorf).
- Aan of afwezigheid van een lipidemembraan (of virusenvelop)
Welke virussen hebben lineair en dubbelstrengs DNA?
de papova-, adeno-, herpes- en poxvirussen. De meeste virussen bezitten lineair en dubbelstrengs DNA.
Wat voor soort DNA heeft het Hepatitis-B-virus?
circulair DNA-genoom dat grotendeels dubbelstrengs is
Welke virussen hebben lineair enkelstrengs DNA?
Parvovirussen
Hoe kan je verder onderscheid maken tussen virussen die als nucleïnezuur RNA hebben?
Binnen de groep van RNA-virussen is de classificatie verder gebaseerd op de replicatiestrategie.
Waar repliceren DNA-virussen zich?
DNA-virussen repliceren zich in de celkern, waar zij gebruik kunnen maken van DNA-polymerases en splicingsenzymen van de gastheercel.
Welk DNA-virus repliceert zich niet in de celkern?
De pokkenvirussen, die in het cytoplasma repliceren en zelf zorgen voor een DNA-polymerase en overige enzymen die betrokken zijn bij het proces van DNA-replicatie en -transcriptie.
Waar repliceren RNA virussen zich?
RNA-virussen daarentegen repliceren over het algemeen in het cytoplasma en zij kunnen dus geen gebruik maken van de splicingsenzymen van de gastheercel. Een ander gevolg van virusreplicatie in het cytoplasma is dat enzymen die activiteiten in de kern remmen (zoals actinomycine D dat DNA-afhankelijke RNA-transcriptie remt), geen invloed hebben op de replicatie van deze RNA-virussen.
Wat zijn andere alternatieven voor splicing aangezien de RNA-virussen geen gebruik kunnen maken van de splicingsenzymen die zitten in de celkern?
- Gebruik maken van een protease waarmee een eiwit gedigesteerd wordt tot diverse functionele kleinere eiwitten (dit doen de Flavivirussen)
- Een RNA-transcript kan door ribosomale frameshifting ook meerdere eiwitproducten leveren (dit doen coronavirussen)
- Interne transcriptie is ook een mogelijkheid, hierdoor kan een viraal RNA uiteindelijk meerdere subgenomische RNA’s leveren. (dit doen coronavirussen en alphavirussen).
- Virussen die een gesegmenteerd genoom bezitten
Welk RNA virus bevindt zich niet in het cytoplasma voor replicatie?
Het influenzavirus (behoort tot de groep van de Orthomyxo-virussen). Dit virus neemt de CAP-structuur van andere mRNA’s af om ze voor zijn eigen transcripten te gebruiken. Het hechten van CAP-structuren aan mRNA’s vindt echter alleen in de celkern plaats vandaar dat het influenzavirus een nucleaire fase heeft.
In welke 4 groepen kan een RNA virus worden verdeeld aan de hand van de replicatiestrategie?
- plus-strengs RNA-virussen
- min-strengs RNA-virussen
- dubbelstrengs RNA-virussen
- retrovirussen
Wat is de replicatiestrategie van plus-strengs RNA-virussen?
Deze bezitten een RNA-structuur van positieve polariteit die meteen gebruikt kan worden voor de translatie van eiwitten. Een van de eerste celactiviteiten van deze groep virussen is de generatie van eiwitten die noodzakelijk zijn om de replicatie op gang te brengen. Ze bezitten een eigen RNA-afhankelijk RNA-polymerase dat in staat is om uit het genoom een negatief RNA-template te maken. Vanaf dit template wordt vervolgens mRNA gegenereerd voor de productie van structurele eiwitten en RNA-genomen voor nieuwe viruspartikels.
Wat is de replicatiestrategie van min-strengs RNA-virussen?
Het RNA van deze groep is niet geschikt om direct
als matrijs te worden gebruikt. De polariteit is verkeerd, namelijk negatief. Om dit meteen om te zetten heeft het RNA virus een RNA-afhankelijk RNA-polymerase bij zich, dat gebruikt wordt om een RNA-streng van positieve polariteit te synthetiseren. Dit RNA dient vervolgens als mRNA-matrijs voor de synthese van structurele en niet-structurele eiwitten. In het viruspartikel dat uiteindelijk de cel verlaat, zit weer een min strengs RNA-molecuul en een RNA-afhankelijk RNApolymerase. Deze groep virussen is altijd omgeven door een membraanstructuur (envelop).
Wat is de replicatiestrategie van dubbelstrengs RNA-virussen?
Dubbelstrengs RNA-virussen. Deze groep kan min of meer gezien worden als een variant van de min-strengs RNA-virussen. Ze bezitten ook een RNA-afhankelijk RNA-polymerase dat gebruikt wordt om correcte transcripten te maken.
Wat is de replicatiestrategie van retrovirussen?
Dit zijn virussen die eigenschappen hebben van zowel RNA- als DNA-virussen. Het zijn varianten van de positieve strengs RNA-virussen, die een DNA-fase als intermediair hebben. Het RNA wordt in het cytoplasma door het virale reverse transcriptase omgezet in dubbelstrengs DNA. Het viruspartikel neemt zelf dit reverse transcriptase mee de gastheercel in. Vervolgens wordt dit DNA geïntegreerd in het cellulaire DNA van de gastheer, waardoor het mee repliceert tijdens de normale celdeling.
Wat is de replicatiestrategie van DNA virussen?
De replicatie van DNA-virussen verloopt grotendeels gelijk aan de replicatie van cellulair DNA. Overigens maken de DNA-virussen wel gebruik van een virus-specifiek DNA-polymerase.