W6 HC.5 Nieuwe ontwikkelingen in de radiotherapie Flashcards
Wat zijn de volgende termen uit een planning-CT-scan:
- Gross Tumor Volume (GTV)
- Clinical Target Volume (CTV)
- Planning Target Volume (PTV)
- Treated Volume (TV)
- Irradiated Volume (IV)
- Gross Tumor Volume (GTV): +/- de tumor
-> in GTV hoort minstens 95% van de straling te komen - Clinical Target Volume (CTV): is het orgaan plus de eventueel microscopische uitbreiding. Het CTV is het gebied waarbinnen tumorcellen kunnen bewegen. Rekening houdend met zowel de externe mobiliteit vd patient als de interne mobiliteit van het orgaan.
-> In CVT hoort 100% van de straling te komen - Planning Target Volume (PTV): krijg je erbij om de dosis er zo goed mogeelijk omheen te laten lopen. Het doel is om het PTV een goede isodose te krijgen. Het gebied rondom het PTV scherm je af.
- Treated Volume (TV): is het gebied dat mee wordt bestraald als het niet mogelijk is om het PTV goed af te schermen.
- Irradiated Volume (IV): is het weefsel dat een veel lagere dosis bestraling krijgt
Soorten ioniserende straling bij radiotherapie?
- Opgewekt met lineaire versneller (fotonen of elektronen)
- 2D/3D enkele separate bundels (niet echt meer gebruikt )
- IMRT (intensity modulate radiotherapy) / VMAT (volumetric modulated arc radiotherapy)
- Stereotactische radiotherapie (bij kleine tumor) - Vanuit een bron bij brachytherapie (fotonen)
- Met een cyclotron (protonen)
Voor het bestralen worden tegenwoordig door een planningscomputer behandelplannen gemaakt.
Wat zijn inverse planning en intensiteit modulatie?
- Inverse planning: de radioloog geeft voorwaarden in de planningscomputer die daarmee het optimale behandelplan maakt. Dit heet de inverse planning en de computer zorgt hiermee dat de gezonde weefsels niet te veel straling krijgen en dat de tumor genoeg straling krijgt.
- Intensiteit modulatie: de planningscomputer berekend de optimale intensiteit modulatie door luifjes open en dicht te laten gaan. Dit zorgt voor een betere benadering van de grilligheid van de tumor en beschermd meer gezond weefsel.
Eigenschappen stereotactische radiotherapie?
- Klein doelgebied (bv T1 NSCLC)
- Precisiebestraling (positionering, tumor tracken met fiducial tracking)
- Hoge dosis per fractie (dus beperkter aantal fracties, bv. 3 x 17 Gy)
Wat is brachytherapie?
- Het geven van een hoge tumordosis in een beperkt volume met maximale sparing van de omliggende gezonde weefsels.
- Het dosistempo neemt met toenemende afstand tot de radioactieve bron zeer snel af (heterogene dosisverdeling).
- Kwadratenwet: dosis omgekeerd evenredig met het kwadraat van de afstand.
Vormen brachytherapie?
- Intraluminaal: bronchus, oesophagus
- Intracavitair: baarmoederhals, vagina, neusholte
- Interstitieel: in zachte weefsels zoals tong, mondbodem
Voordelen en nadelen Brachytherapie tov uitwendige radiotherapie?
Voordelen:
- Betere sparing omringende gezonde weefsels
- Hogere dosis direct rondom catheters (tot 200%)
- Dosis in kortere tijd gegeven (minder kans voor herstel van de tumorcellen)
Nadelen:
- Tumorvolume mag niet te groot zijn
- Niet geschikt voor alle tumorlocaties (toegankelijkheid)
- Lokale of algehele verdoving nodig
- Opname op verpleegafdeling nodig
Hoe werkt protonen bestraling?
De protonen geven minder straling voor de tumor af en stoppen direct aan het einde van de tumor waardoor meer gezond weefsel zowel voor als na de tumor gespaard wordt.
-> Hoog energetische high LET straling
-> Bragg peak!!
Wanneer kom je in aanmerking voor protonenbestraling?
Standaardindicatie:
- Intra-oculaire tumoren, chordomen, pediatrische tumoren
Op basis van rekenkundig modellen:
- (NTCP normal tissue complication probability)
- Hoofd-halstumoren, mammacarcinomen, longcarcinomen, prostaatcarcinomen, slokdarmcarcinomen
- Neuro-oncologische tumoren