W2 HC.7 Argumenteren kun je leren / Over moraal valt te twisten Flashcards
1
Q
Op welke niveaus maken we keuzen in de zorg?
A
- klinisch (kankerpatiënt wel of niet doorbehandelen)
- richtlijnen (vrouwen met hoog BMI eisen om af te vallen voor IVF)
- rechtvaardigheid (NIPT voor alle leeftijden wel of niet vergoeden?)
- preventie (donorbloed wel of niet op hepatitis E screenen?)
2
Q
Take home messages
A
- Argumenteren is van belang omdat deze zeer ingrijpende keuzen (behoren te) sturen en legitimeren
- In een goed argument zijn de toegepaste principes voldoende gespecificeerd
- In een goed argument zijn wetenschappelijke feiten ethisch relevant gemaakt
3
Q
principes om rekening mee te houden in je argumentatie:
A
- weldoen
- niet-schaden
- respect voor autonomie
- rechtvaardigheid
- wilsbekwaamheid
- paternalisme
- proportionaliteit en subsidiariteit
4
Q
Vuistregels argumenteren?
A
Vuistregel 3: Heb ik de belangrijkste tegenargumenten gevonden, genoemd en weerlegd?
Vuistregel 1: Heb ik de ethische principes voldoende gespecificeerd?
Vuistregel 2: Heb ik de wetenschappelijke feiten voldoende relevant gemaakt?