VO. Casussen Flashcards

1
Q

oorzaken hyperthyreoidie

A
  • verhoogde synthese schildklierhormoon: Graves, toxisch adenoom, verhoogde TSH productie door hypofyseadenoom (hoog T4 en TSH)
  • vrijkomen aanwezig schildklierhormoon door beschadiging weefsel: Thyreoiditis van Quervain, Hashimoto (?), bestraling
  • zelfmedicatie psychische stoornissen, TSH producerende maligniteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lab graves

A

TSH verlaagd, FT4 hoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Werkingsmechanisme Graves

A

Continue productie van T4 terwijl het niet door TSH wordt aangestuurd, het is dus altijd actief. Door T4 wordt TSH niet gestimuleerd dus is het laag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

antistoffen tegen TSH receptor

A

stimuleert of blokkeert TSH receptor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat kan je hebben als antistoffen secundair aan beschadiging schildkliercellen?

A

Thyreoglobuline, TPO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Graves diagnose

A

op basis van:
- Hyperthyreoïdie
- Struma
- Auto-antistoffen tegen TSH receptor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Syndroom Graves

A
  • Hyperthyreoïdie
  • Struma
  • Opthalmopathie: in 25-50% van de patiënten met Graves.
    o Risicofactoren: man: vrouw, 1:5. Roken verhoogt de kans op opthalmopathie met 7-8 keer. Bij mannen is de kans om ernstige opthalmopathie te ontwikkelen 4x groter bij mannen.
  • Dermopathie: pretibiaal myxoedeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de oorzaak van opthalmopathie graves?

A

Eerst begint een actieve ontsteking, je krijgt dan extra bindweefselvorming achter de oogbol  geen ruimte achter het oog dus oog gaat naar voren en wordt uit de kas geduwd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Behandelen van Graves

A
  • verminderen symptomen: beta blokker
  • verminderen schildklierhormoon vorming: medicamenteus of J131
  • partiële resectie schildklier
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke oorzaken ken je van macrocytaire anemie

A
  • B12 tekort
  • Foliumzuur tekort
  • Hemolytische anemie
  • Alcoholgebruik
  • Myelodysplastisch syndroom (MDS): ook verlaging met leukocyten
  • Cytostatische therapie: ook verlaging leukocyten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Oorzaken B12 tekort

A
  • voeding zonder dierlijke producten
  • komt niet beschikbaar uit voedsel
  • tekort IF door afname pariëtale cellen, auto-antistoffen tegen IF of malabsorptie terminale ileum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

presentatie pernicieuze anemie

A
  • Vermoeidheid en zwakte
  • Dyspnoe
  • Paraesthesie
  • Zere tong
    Associatie met andere auto-immuunziekte
  • Graves en Hashimoto
  • Ziekte van Addison
  • DM 1
  • Vitiligo
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

biopt coeliakie

A

vlokatrofie, intra-epitheliale lymfocyten en hyperplasie van de crypten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Invloed omgevingsfactoren op risico coeliakie ontwikkeling

A
  • Door borstvoeding omlaag
  • Introductie gluten <4 maanden of >7 maanden
  • Hoeveelheid glutenbelasting
  • Darminfectie (bijv. rotavirus)
  • Darmontsteking (fysische-, chemische prikkel)
  •  verhoging darmpermeabiliteit voor gliadinepeptiden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat kan je hebben bij coeliakie?

A

jeukende papulovesiculaire huidafwijking op strekzijden van extremiteiten en romp door granulaire IgA neerslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Diagnostiek van coeliakie

A

Biopt of tTG antistoffen bij duidelijke aanwijzingen. Bij minder verdenking eerst HLA betalen

17
Q
A