PD. antifosfolipidensyndroom Flashcards

1
Q

pathogenese

A

de antifosfolipiden antistoffen zijn niet per definitie gericht tegen fosfolipiden. De belangrijke targets zijn beta2-glycoproteine1 en andere stollingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

epidemiologie

A

Vna de 35000 keer dat veneuze trombose voorkomt komt 1500 door APS, van de 5000 arterieel zijn er 215 door APS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doet beta2 glycoproteine 1?

A

zorgt voor het induceren van de activatie van trombocyten, maar ook voor het activeren van fosfolipiden in het endotheel. De stolling wordt geactiveerd door de antistoffen tegen antifosfolipiden, maar de sollingstijd in het lab is verlengd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Definitie APS

A

1 van deze criteria icm antifosfolipiden antistoffen
- arteriele en/of veneuze trombose
- recidiverende vruchtdood door doorbloedingsstoornissen van de placenta

vaak ook:
- trombopenie door verbruik bloedplaatjes
- livedo reticulairs: cyanotische kringen op huid die grillig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe kun je antifosfolipiden antistoffen aantonen?

A
  • Lupus anticoagulans test
  • Anticardiolipine antistoffen
  • Antistoffen tegen beta2 glycoproteine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kliniek

A
  • Last van nachtzweten
  • Hele leven ontstekingen gehad
  • Veel last van jeuk gehad.
  • Gewrichtsklachten, gezwollen al sinds kind
  • Handen worden makkelijk paars/blauw
  • Hoge bloeddruk, gezichtsveld viel weg
  • Miskraam 1e kind
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

APS tijdens zwangerschap

A

Leidt tot verhoogde kans op vruchtdood, vooral in 2e trimester. Er is ook meer kans op pre-eclampsie.

Door behandeling met laagmoleculaire heparine en/of lage dosis aspirine wordt dit verminderd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vormen APS

A
  • primair: op zichzelf staand
  • secundair: tegelijk naast een andere auto-immuunziekte
  • APS bij Lupus like syndroom: er is sprake van 1-3 criteria voor SLE bij APS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Behandeling

A
  • reguliere antistolling: coumarines, heparine; GEEN DOAC, trombocyten aggregatie remmers en bij zwangerschap LMWH
  • immuunglobuline therapie
  • rituximab
  • plasmaferese
  • statinen

duur van behandeling vaak levenslang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

prognose

A
  • Trombose (veneus en arterieel)
  • Bloedingen door antistollingsbehandeling
  • Vroege atherosclerose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke trombose geeft APS

A

veneus en arterieel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Symptomen

A
  • artritis/artralgie
  • Raynaud
  • koorts
  • nierafwijkingen
  • vasculitis
  • vermoeidheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly