Toepassing van beeldvormende technieken bij diagnose en stadiumbepaling

Question 1

afvragen bij elke techniek

Answer 1

wat is sensitiviteit, specificiteit en klinische relevantie

Question 2

wanneer x-thorax

Answer 2

metastasen

Question 3

CT

Answer 3

CT: IV contrast voor aankleuren organen en tumoren, toont anatomie & grootte
o Check nierfunctie en eventuele allergie voor jodium-houdend contrast
o Als klinisch verdacht en verhoogde tumormarker (of PET-CT = duur)
o CT colonoscopie (coloscopie): contrast-> lucht in darm-> scannen P en A
o Contrast arterie na 30sec (NET, schildklier), vene na 80sec (adeno) en excretie na paar min (urineweg)
o Indicaties: follow-up (recidief, meta), complicaties, CT geleide punctie PA, virtuele colonografie

Question 4

echografie

Answer 4

Echografie: voor lever- en kliermeta (

Question 5

PET-CT

Answer 5

tumor gebruikt super veel suiker-> activiteit d.m.v. injected radionuclide labeled glucose

Question 6

MRI

Answer 6

MRI: heeft beperkt onderzoeksgebied, toont peristaltiek-> bewegingsartefacten en indicaties voor GI rectum maligniteit en levermetas (als CT/ echo inconclusive)

Question 7

diagnostiek bij long volgorde van best naar minst goed

Answer 7

PET-CT-> CT-> CT-thorax-> X-thorax

Question 8

TNM

Answer 8

TNM: heeft super veel invloed op de overleving
o T: evaluatie uitgebreidheid primaire tumor
o N: pathologische lymfeklieren
o M: metastasen

Question 9

diagnostiek bij coloncarcinoom metastasen (lymfe en hematogeen)

Answer 9

lymfebanen metastaseert-> CT,

hematogene metastasering-> CT-thorax & lever (evt MRI)

Question 10

RECIST

• meetbare en onmeetbare tumoren
• hoe gebruiken

Answer 10

RECIST: response evaluation criteria in solid tumors

belangrijkste verandering: aantal laesies, meting pathologische lymfomen, betere definiëring ziekteprogressie en detectie nieuwe laesies (PET)

o Meetbaar: >10mm op CT lange as en >20mm op X-thorax, en >15mm lymfeklieren korte as
o Niet meetbaar: <10mm tumor lang, 10mm< path klieren <15mm, slechte grens, leptomen-ingeale ziekte, vocht (pleura, pericard, ascites), inflam mammaca en lymfangitis huid/ long
o Vergelijkt baseline target laesies (max 5, max 2 per orgaan) van min 10mm op CT en min 20mm op X-thorax, eventuele lymfekliermetastasen moeten min 15mm (korte as)
o De lengtes van de 5 laesies worden opgeteld-> in follow-up gekeken wat er met deze som gebeurt, baseline is de referentierespons
o Te klein om te meten zijn ook relevant: 0-5mm

Question 11

speciale laesies

Answer 11

Speciale laesies: bot (PET, scintigrafie en X), cysteus en eerder behandelde laesies

Question 12

NADIR

Answer 12

De referentie voor PD en target laesis is NADIR: minste tumorload op tijdstip gemeten
o Als je een nieuwe tumor hebt is dit altijd progressie, ook als de primaire tumor is gekrompen

Question 13

respons criteria

• CR
• PR
• PD
• SD

Answer 13

o CR: complete respons: verdwijnen alle target laesies, path klieren <10mm
o PR: partial respons: minstens 30% afname som diameters targetlaesies
o PD: progressieve disease: +>20% som diameters, absolute toename 5mm, ontstaan nieuwe
o SD: stable disease: niet voldoende voor PD of SD, referentie de kleinste som

Question 14

Evaluatie non-targetlaesies:

Answer 14

o CR: verdwijnen alle non-targetlaesies, path lymfeklieren en normale tumormarkers
o Non-PR/CR: persisteren non-targetlaesies en markers
o PD: unequivocal progressive van bestaande non-targetlaesies of ontstaan nieuwe laesies