Ontwikkeling vaccinaties en rijksvaccinatie programma Flashcards

1
Q

primaire preventie

A

infectieziekte wordt geheel voorkomen.
o RVP, risicogroepen: ouderen, reizigers, zwangeren, militrairen, mannen die seks hebben met mannen, immuun deficient etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

secundaire preventie

A

besmetting heeft al plaatsgevonden, maar verdere ziekte wordt voorkomen of ziekteverschijnselen worden verlicht.
o Tetanus, rabiës, hepatitis A en B, varicella

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

immunogeniciteit

A

mate van immuunreactie of sero-conversie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

reactogeniciteit

A

mate van ongewenste bijwerkingen (adverse effects)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

natuurlijk actief

A

ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

natuurlijk passief

A

maternale antistoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

geinduceerd actief

A

vaccinatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

geinduceerd passief

A

immuunglobuline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ontwikkelingsproces vaccin

A
  • Prototype ontwerp of ontdekking (duurt tot 5 jaar)
  • Preklinische ontwikkeling (duurt 2-10 jaar): testen op proefdieren en op kleine groepen vrijwilligers
  • Klinische ontwikkeling (duurt 5-15 jaar): er worden humane onderzoeken gedaan naar veiligheid en effectiviteit
  • Registratie en marketing (ook wel post-marketing surveillance): het dossier wordt door autoriteiten beoordeeld en het humaan onderzoek naar veiligheid en effectiviteit wordt ingezet.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

nieuwe soorten RNA vaccins

A
  • RNA vaccin: mRNA is een code eiwit om een heel klein stukje van het coronavirus te maken. De genetische code zit in een vet- of lipidenoplossing.
  • Virale vector vaccin: genetisch materiaal wordt in een onschadelijk gemaakt vector geplaatst, vector zorgt voor immuunrespons
  • Subunit vaccin/split vaccin: virus wordt in stukken geknipt, waardoor het inactief is maar toch een immuunrespons opwerkt (griepvaccin bijvoorbeeld)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

soorten antigeenpresentatie

A
  • Adjuvantia: hulpstoffen die worden toegevoegd om de immuunreactie te stimuleren. Vaak vormen deze de problemen, in plaats van het micro-organisme zelf
  • Levende antigeenpresentatie
  • Mucosale presentatie in de darm
  • Mucosale presentatie nasaal (via een spuit)
  • Dermale presentatie: bijvoorbeeld een pleister op de huid (minder effectief)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Rijksvaccinatieprogramma

A
  • Difterie, kinkhoest, tetanus, polio: DKTP en DTP
  • Heamophilius influenzae type B ziekten: Hib
  • Bof, mazelen, rubella: BMR
  • Meningokokken groep ACWY; MenACWY
  • Hepatitis B; hepB
  • Pneumococcen: Pneu
  • Humaan papilloma virus: HPV
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke vaccinaties 6-9 weken

A

Rota

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke vaccinaties 3 maanden

A

Rota, Pneu, DKTP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

welke vaccinaties 5 maanden

A

DKTP, pneu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

vaccinaties 12 maanden

A

DKTP, pneu

16
Q

vaccinatie 14 maanden

A

BMR, MenACWY

17
Q

vaccinatie 4 jaar

A

DKTP

18
Q

vaccinatie 9 jaar

A

DTP, BMR

19
Q

vaccinatie 10 jaar

A

HPV

20
Q

vaccinatie 14 jaar

A

MenACWY

21
Q

Weerstand tegen vaccinatie

A

Ziekte
- Bestaat niet meer
- Ernst wordt overdreven
- Goede behandeling beschikbaar
- Nuttige bijdrage aan de ontwikkeling van het kind
Vaccinatie
- Effectiviteit overschat
- Vaccins veroorzaken allerlei ziekten
- Vaccinatie is onnatuurlijk
- Immuunsysteem is overbelast, vooral met gecombineerd vaccin
- Niet toegestaan (religieus)

Er zijn verschillende groepen die weerstand ondervinden:
- Natuur gebaseerd: homeopathie, antroposofie
- Religieus (bevindelijk gereformeerden)
- Anti-alles, semi wetenschappelijk en bang
- Kritische groep

22
Q
A