Hoofdstuk 11 deel 1 Flashcards
Wat is de puberteit (10-15)?
Een reeks biologische gebeurtenissen die leiden tot:
- volwassen gestalte
- seksuele rijpheid
Wat is de adolescentie (10-20)?
Volledige overgang tussen kindertijd en volwassenheidW
Wat stelt het biologisch perspectief?
Puberteit ontstaat dor hormonen
Wat stelt het sociaal perspectief?
Puberteit kent culturele invloeden: niet in elke cultuur verloopt de adolescentie zo turbulent
Tot wat leidt het gebrek aan slaap bij adolescenten?
- slechtere schoolresultaten
- humeurigheid
- risicogedrag
Wat zijn de oorzaken van individuele verschillen in de puberteit?
- erfelijkheid
- voeding, lichaamsbeweging
- SES
- etnische groep
- ervaringen in het gezin
- seculaire trend
Wat is de verklaring voor humeurigheid bij adolescenten?
- Adolescenten vertonen meer negatieve stemmingen maar kennen ook meer negatieve gebeurtenissen en reageren daar heftiger op
- Gevoelens zijn minder stabiel tijdens volwassenheid: maar komen ook vaker van de ene situatie in de andere terecht
Wat is experience sampling method?
Adolescenten een week volgen en drie maal per dag onverwachts opbeepen, aanduiden van gevoelens en life events
Wat zijn de gevolgen van vroege puberteit bij jongens?
- Populair
- Zelfvertrouwen
- Positief lichaamsbeeld
Wat zijn de gevolgen van vroege puberteit bij meisjes?
- niet populair
- teruggetrokken
- meer deviant gedrag
- negatief zelfbeeld
Wat zijn de gevolgen van late puberteit bij jongens?
- niet populair
- angstig, zoekt aandacht
- negatief lichaamsbeeld
Wat zijn de gevolgen van late puberteit bij meisjes?
- populair
- sociaal, levendig
- positief lichaamsbeeld
Wat is lichamelijke aantrekkelijkheid?
Lichaamsbeeld is opvatting over en houding tegenover eigen voorkomen
Wat zijn de gevolgen van aansluiten bij oudere peers?
zorgt voor vroeg contact met drugs, delinquentie en vroegtijdige seksuele ervaringen
Wat zijn de lange termijn gevolgen van aansluiting bij oudere peers?
Vooral bij vroegrijpende meisjes: stabiliteit in problemen (slechtere relaties met familie en vrienden, kleinere sociale netwerken en minder levenstevredenheid)