Hoofdstuk 5 deel 2 Flashcards
1
Q
Wat zijn de zes subfasen van het sensomotorische stadium?
A
- Oefenen aangeboren reacties (0-1m)
- Primaire circulaire reacties (1-4m)
- Secundaire circulaire reacties (4-8m)
- Coördinatie van secundaire circulaire reacties (8-12m)
- Tertiaire circulaire reacties (12-18m)
- Mentale voorstellingen maken (18m-2j)
2
Q
Wat houdt substadium 1 (passief) in?
A
- Piaget ziet aangeboren reflexen als bouwstenen van sensomotorisch denken
- Baby’s zuigen, grijpen en kijken op dezelfde manier, ongeacht omstandigheden
3
Q
Wat houdt substadium 2 (actief) in?
A
- Herhalen van toevallige handelingen om basisbehoeften te bevredigen
- Egocentrisch want gestuurd vanuit eigen behoeften
- Niet langer veroorzaakt door externe prikkel, maar komt tot stand door eigen gedrag
- Gedrag aanpassen aan omstandigheden
4
Q
Wat houdt substadium 3 in?
A
- rechtop zitten en aandacht aan externe wereld even
- herhaling van interessante effecten die door eigen handelingen veroorzaakt werden
- eerst imitatie van vertrouwde handelingen bij anderen
5
Q
Wat houdt substadium 4 in?
A
- Intentioneel of doelgericht gedrag
- Eye opener: ze kunnen ingrijpen in de wereld, die naar hun hand zetten
- Objectpermanentie: voorwerpen blijven bestaan als ze uit het zicht zijn
6
Q
Wat zijn de voorwaarden voor intentioneel gedrag?
A
- Gedrag is uitwendig gericht op een object
- Middelen moeten gebruikt worden om doelen te bereiken
- Gedrag is gericht op aanpassing aan nieuwe toestanden
- Gedrag is vanaf begin doelgericht
7
Q
Welke stadia onderscheiden we in de objectpermanentie?
A
- Gewoon object bedekken
- Onbolledige objectpermanentie in fase: A niet B-fout
- A bij B-fout komt niet meer voor
8
Q
Wat houdt substadium 5 in?
A
- Herhalen van handelingen die op objecten gericht zijn, maar met meer variaties
- Ontdekken van nieuwe middelen door actief experimenteren
- Gevolg: men kan niet zomaar meer gaan assimileren maar men moet ook vanalles gaan accomoderen
9
Q
Wat houdt substadium 6 in?
A
- Interne weergave van informatie die menselijke geest kan manipuleren
- sprong naar pre-operationeel denken
10
Q
Wat zijn de voordelen van mentale representaties?
A
- Geïnterioriseerd experimenteren: problemen eerst oplossen in het hoofd en dan pas proberen uitvoeren
- Uitgestelde imitatie: gedragingen van niet-aanwezig modellen en onthouden en nadoen
- Verbeeldingsspel: alledaagse en ingebeelde gebeurtenissen