Grammatica Hetzelfde Dezelfde Flashcards

1
Q

Heb ik ook hetzelfde recht?
We hebben in mijn land hetzelfde aantal maaltijden.
We hebben nooit hetzelfde weer.
Het recht, het aantal, het weer, etc. -> Hetzelfde
Bij stap 2 doe je hetzelfde.
Iedereen at hetzelfde.
Fijne dag/fijn weekedn. Hetzelfde!

Ja, je hebt dezelfde rechten.
We eten ook op dezelfde tijd.
We hebben nooit dezelfde temperatuur.
De rechten, de tijd, de temperatuurm etc. -> Dezelfde

A

Heb ik ook hetzelfde recht?
We hebben in mijn land hetzelfde aantal maaltijden.
We hebben nooit hetzelfde weer.
Het recht, het aantal, het weer, etc. -> Hetzelfde
Bij stap 2 doe je hetzelfde.
Iedereen at hetzelfde.
Fijne dag/fijn weekedn. Hetzelfde!

Ja, je hebt dezelfde rechten.
We eten ook op dezelfde tijd.
We hebben nooit dezelfde temperatuur.
De rechten, de tijd, de temperatuurm etc. -> Dezelfde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly