Etiologie en epidemiologie van longkanker Flashcards

1
Q

bestanddelen sigaret

A
  • Nicotine
  • > 40 carcinogene bestanddelen
  • Irriterende stoffen
  • CO
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

pack-years

A

aantal pakjes sigaretten per dag x aantal jaren
- Duur veel belangrijker dan aantal sigaretten op een dag
o Risico op longkanker = (duur)^4,5
o Risico op longkanker = aantal sigaretten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

relatief risico

A

het risico van de blootgestelde tov niet blootgestelde populatie
- Hoe hoger RR, hoe groter sterkte van relatie
- Voor actief roker: RR >20 (=2000%)
- Voor passief roker: RR 1,2 (=120%)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

interventies

A
  • Verwijderen van blootstelling doet RR dalen
    o Individueel en in maatschappij
  • Longkanker: RR neemt exponentieel af na stopzetten blootstelling; wordt nooit gelijk aan nooit-roker
  • Primaire preventie is in hoge mate kosten-effectief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

slagingskans bij stoppen met roken

A
  • Cold turkey: na 10 maanden is 7,3% nog steeds gestopt
  • Op advies van dokter: na 12 maanden is 10,2% nog steeds gestopt
  • Nicotinevervangende middelen: na 12 maanden is 7-14% nog steeds gestopt
  • Medicatie (icm counseling): na 12 maanden is 33% nog steeds gestopt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het gevaar van e-sigaretten?

A

de samenstelling verandert, opkomst zorgt voor nieuwe ziektes, raakt vooral jonge mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

5 jaars overleving longkanker

A

15%; 80% heeft al uitgezaaide ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Grote veranderingen in behandelmogelijkheden

A
  • Van chemo naar personalised medicine
  • Immuno-oncologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welk carcinoom hebben vrouwen vaker tov mannen

A

adenocarcinoom (mannen plaveisel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wie heeft hogere kans op longkanker?

A

vrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly