W7HC2: Fysiologische veranderingen in de zwangerschap en postpartum Flashcards

1
Q

Hormonen van de placenta

A
  • releasing hormonen: GnRH, CRH, TRH, somatostatine, GHRH
  • hypofyse hormonen: hCG, hPL, hGH, hCT, ACTH, oxytocine
  • groeifactoren: IGF I en II, EGF, PFGF, FGF, TGF, inhibine, activine, follistatine
  • cytokinen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Corpus luteum tijdens de zwangerschap

A
  • in de eerste maanden zorgt het gele lichaam voor de hormonen
  • hCG zorgt voor luteal rescue: het corpus luteum blijft dan bestaan, waardoor er blijvend progesteronproductie is
  • progesteron; stijgt in de zwangerschap en daalt vlak voor de bevalling
  • zonder corpus luteum gaat de zwangerschap verloren
  • week 12-14: luteo-placentale shift: het corpus involueert en progesteronproductie wordt overgenomen door de placenta
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hCG

A
  • spiegels maximaal in week 9&10
  • bestaat uit een alfa, wat lijkt op TSH, LH en FSH, en een bèta unit
  • neemt tijdens zwangerschap een deel van het effect van TSH over -> eerst beide spiegels hoog -> helpt breinontwikkeling van de foetus -> TSH zal dalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

HOOK effect

A
  • bij een vals negatieve zwangerschapstets
  • bij hele hoge hCG spiegels, >500.000 IU
  • zwangerschapstesten hebben een bovengrens voor hCG detectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Corticosteroïden

A
  • foetussen missen enzym 3-beta-HSD -> geen pregnenolone omzetten in aldosteron, cortison, testosteron en oestradiol
  • foetus maakt wel precursors en biedt die aan aan het maternale bloed -> zet dat om tot de gewenste corticosteroïden
  • kan het zelf vanaf 3e trimester -> stimuleert verdere longrijping, toename CRH en afname CRH binding protein (CRH-BP) -> prostaglandine stimulatie -> contracties komen opgang, ondersteund door dalende progesteron
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Progesteron

A
  • neemt tijdens de zwangerschaps steeds toe, richting termijn af
  • bij bevalling zorgt CRH voor PR-alfa activatie -> repressie PR-bèta activiteit -> stop op de door PR-bèta uitgevoerde inhibitie op ER-alfa en CAPs -> verhoogd effect oestrogenen op ER-alfa en verhoogd release CAPs (eiwitten die contractie induceren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Misselijkheid tijdens de zwangerschap

A
  • hypermesis gravidarum: veelvuldig braken
  • veroorzaakt door hCG, die TSH-spiegels beïnvloed
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Lactatie

A
  • borst bestaat uit vetweefsel en klieren
  • tijdens lactogenese zorgt prolactine, IGF-I, insuline en cortisol voor de lactatie
  • eerste borstvoeding = colostrum, heeft veel antistoffen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Prolactine metabolisme

A
  • door hypothalamus wordt PIF en PRF gemaakt
  • door daling PIF en stijging PRF door de stijging van progestagenen en oestrogenen, wordt de prolactine afgifte gestimuleerd door de hypofyse -> tijdens zwangerschap langzaam naar lacteren toegewerkt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hormoonspiegels tijdens het lacteren

A

Prolactine is hoog, oestradiol laag, en progesteron afwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly