W6HC1: Epigenetica en imprinting Flashcards
1
Q
Epigenetica
A
Studie van omkeerbare erfelijke veranderingen in genfunctie die optreden zonder wijzigingen in de DNA-sequentie
2
Q
Nucleosoom
A
8 eiwitten; 4 paren histonen.
3
Q
Histonen
A
- heeft een naar buiten hangende ‘staart’
- op bepaalde plekken kunnen staarten veranderd worden -> bepaald de histoncode -> bepaald of gen actief of inactief is
4
Q
DNA-methylering
A
Zorgt dat DNA dichter bij elkaar komt te liggen -> transcriptiefactoren kunnen niet meer binden
- vaak vind het plaats bij een cytosine (C) die voor een guanine (G) ligt: CpGs
- CpG eilanden zijn stukken DNA met een hoge dichtheid CpG’s en zijn vaak promotors, en vaak niet gemethyleerd
- methylering wordt gekopieerd naar de dochtercel bij meiose
5
Q
Histonmodificatie
A
- staart vd histon wordt gemodificeerd, vaak door methylering
- in de S-fase, om te zorgen dat de nieuwe cellen dit ook krijgen
- zorgt het voor een compacter DNA -> minder actief gen
- acterylering zorgt meestal voor het actiever worden van een gen
6
Q
Epigenetische veranderingen bij gametogenese
A
- alle epigenetische modificaties worden verwijderd: naïeve cellen zijn nodig voor embryonale ontwikkeling
- eerste reset: voor bevruchting
- tweede reset: na de bevruchting
- verandering die via imprinting zijn aangebracht worden niet verwijderd
7
Q
Imprinting
A
- tussen kloon en controle is er een andere genregulatie
- genomic imprinting: ouder specifieke, mono-allelische expressie van genen: alleen het paternale of maternale gen staat aan
- vorm van dosiscompensatie
- geïmprinte cellen zijn vaak betrokken bij embryonale groei, placentale functies en het gedrag
- parentale invloed op het klinische fenotype wordt veroorzaakt door imprinting: ene allel komt tot expressie, de ander wordt geblokkeerd door een methylgroep
- parental conflict theory: moeder wil overleven, kind wil groeien
8
Q
Moment van imprinting
A
- in de gametogenese, voor bevruchting en resets
- gevoelige periodes zijn tijdens re- en demethylering van kiemcellen en gameten
- geïmprinte genen zijn gevoelig voor resets
- na geboorte zal een deel verdwijnen