P7: Artikel van Banchflower en Oswald (2017): do humans suffer a psychological low in midlife? Two approaches (wit hand without controls in seven data sets -> cross-sectional design Flashcards
introductie artikel van Banchflower en Oswald en onderzoeksvraag
Introductie
Aan het einde van de twintigste eeuw concludeerden meerdere wetenschappers dat psychologisch welzijn en levenskwaliteit in wezen onafhankelijk zijn van leeftijd. Volgens hen loopt de curve van geluk horizontaal over de gehele levensduur. Het huidige artikel beargumenteert dat deze conclusie niet aansluit bij de gevonden onderzoeksresultaten.
De achtergrondliteratuur omtrent de relatie tussen geluk en geeftijd is groot en momenteel een beetje discutabel. Sommige studies vinden een lineaire relatie, terwijl andere studies een U-vormige of juist een parabool-vormige curve vinden.
Onderzoeksvraag: hoe ziet het patroon van mentaal welzijn er op verschillende leeftijden in het menselijk leven uit?
methode onderzoek van Banchflower en Oswald
Methode
Het huidige artikel onderzoekt het patroon van psychologisch welzijn tussen de leeftijden van 20 en 90 jaar. Dit werd gedaan d.m.v. 7 recente datasets, die samen 51 landen en maar liefst 1,3 miljoen deelnemers dekken.
Er zijn twee conceptuele aanpakken mogelijk (geen van beide is beter dan de ander, ze meten allebei iets anders):
* Descriptieve aanpak: er wordt gekeken naar de ruwe getallen van psychologisch welzijn en leeftijd.
-> Meet het ‘totale’ of gereduceerde effect van leeftijd.
* Analytische aanpak: er wordt gecorrigeerd voor andere invloeden op het psychologisch welzijn (bv SES, educatieniveau, huwelijk) d.m.v. regressievergelijkingen. Hierdoor kan gekeken worden naar het marginale effect van leeftijd op levenstevredenheid en geluk. (ceteris-paribus analytical approach).
-> Meet het marginale effect van leeftijd na controle voor andere sociaaleconomische invloeden.
In het huidige artikel worden beide aanpakken gebruikt, waarna de patronen van levenstevredenheid en geluk met elkaar worden vergeleken
Resultaten
Uit verschillende datasets werd het volgende gevonden
- De descriptieve aanpak gaf bij 5 van de 7 datasets bewijs voor een dip in psychologisch welzijn op middelbare leeftijd.
- De analytische aanpak gaf bij alle 7 de datasets bewijs voor een dip in de levenstevredenheid en geluk op middelbare leeftijd.
Er wordt over het algemeen dus een U-vormige curve gevonden. Op dit moment is er nog geen wetenschappelijke verklaring voor deze U-vorm die optreedt in het psychologisch welzijn gedurende de levensloop.
discussie -> Is correlationele data wel betrouwbaar en valide? -> Gebruik dwarsdoorsnede en longitudinale data.
- Is correlationele data wel betrouwbaar en valide? -> Gebruik dwarsdoorsnede en longitudinale data.
-> De data die in dit artikel is gebruikt is puur correlationeel (dwarsdoorsnede gegevens). In sommige opzichten zou longitudinale data wellicht gunstiger zijn. Er zijn echter ook nadelen verbonden aan het gebruik van longitudinale studies (bv een groot aantal participanten stopt vaak vroegtijdig met deelname aan het onderzoek).
discussie -> Het effect is significant, maar misschien is de effectgrootte wel klein? -> Grootte van de midlife-dip.
- Het effect is significant, maar misschien is de effectgrootte wel klein? -> Grootte van de midlife-dip.
-> De dip in levenstevredenheid die wordt gevonden rond de middelbare leeftijd is niet alleen significant, maar de effectgrootte niet alleen groot voor dip in middelbare leeftijd. Want H=het formaat van de dip die wordt gevonden staat namelijk qua magnitude gelijk aan de invloed van een belangrijke levensgebeurtenis (bv werkeloosheid of een scheiding). -> Dus dat kan ook op andere leeftijden gevonden.
discussie -> Is het niet ongepast om te controleren voor andere invloeden op het welzijn?
- Is het niet ongepast om te controleren voor andere invloeden op het welzijn? -> Inclusie en covariaten.
-> Sommigen zullen wellicht beargumenteren dat het ongepast is om covariantie controles toe te passen zoals bij de analytische aanpak wordt gedaan. Het is echter zo dat beiden aanpakken mogelijk zijn, en geen van de twee is beter dan de ander.
discussie -> Wellicht wordt de U-vorm alleen voor bepaalde welzijnsmetingen gevonden? -> Evaluatie maatregelen van welzijn.
- Wellicht wordt de U-vorm alleen voor bepaalde welzijnsmetingen gevonden? -> Evaluatie maatregelen van welzijn.
-> Op dit vlak is meer onderzoek nodig. Toch toont een Engelse vragenlijst aan dat er ook een U-vormige relatie optreedt wanneer participanten wordt gevraagd in hoeverre ze de dingen die ze in hun leven doen de moeite waard vinden, terwijl dit geen ‘life satisfaction’ is maar ‘life worthwileness’.
-> Er is debat over of de U-vorm alleen te zien is in ‘evaluatieve’ maatregelen van welzijn en of dit recht doet aan de complexiteit van menselijke gevoelens. Meer onderzoek is nodig om deze kwestie te verhelderen.
Wellicht komt de dip in levenstevredenheid die wordt gevonden bij mensen op middelbare leeftijd wel door cohorte effects? -> cohort effecten.
- Wellicht komt de dip in levenstevredenheid die wordt gevonden bij mensen op middelbare leeftijd wel door cohorte effects? -> cohort effecten.
-> Het zou onlogisch en onwaarschijnlijk zijn als er in verschillende landen en in verschillende tijdsperiodes exact hetzelfde cohort effect zou optreden. Daarnaast is er longitudinaal bewijs voor het feit dat deze verklaring niet klopt.
Conclusie artikel Banchflower en Oswald
- Mensen lijken in het midden van hun leven een aanzienlijke psychologische ‘dip’ te ervaren. -> blijkt uit de vergelijking met de effecten van belangrijke levensgebeurtenissen (data set 1 t/m 6).
- Uitzonderingen
o In 2 van de 7 datasets wordt de dip niet gevonden als de controles worden weggelaten.
o De bijlage biedt bewijs voor een U-vorm voor de maatstaf ‘wothwhileness of life’. -> Het idee van een midlife-dip steunt niet alleen op gegevens over geluk of levenstevredenheid. - Het is onduidelijk waarom de gegevens van de General Social Survey zo anders zijn in de ruwe patronen dan de andere. Na aanpassing volgt echter dezelfde soort U-vorm als andere bronnen. -> belangrijk voor onderzoekers om te weten dat het patroon van de GSS niet representatief is voor de meeste moderne datasets. -???
- Meer onderzoek is nodig.