lagere luchtweginfecties Flashcards
CAP
- mortaliteit
- sinds wanneer betere behandeling?
community aqcuired pneumonie: longontsteking die je buiten het zh oploopt
in zh opgelopen= nosocomiale pneumonie
sinds uitvinding penicilline is het veel beter behandelelbaar en is de mortaliteit flink omlaag gegaan
pathologie CAP
pneumonie= onsteking van het alveolair intersitieel. Door de ontsteking is dat deel van de long geinfiltreerd met ontstekingsvocht/slijm met ontstekingscellen
pathogeen adem je in en komt in de alveolus door het aantal of door een zwakke patient kan het pathogeen zich ongecontroleerd gaan delen. De alveolaire macrofaag gaat cytokines maken–> neutro’s komen
ook worden cytokines gemaakt en deze gaan ook naar de systemische circulatie–> ontstekingscellen komen naar de long–> alveolair excudaat ontstaat. (dit zie je op de longfoto)
door cytokines in de systemische circulatie–> koorts, tachypnoe en lage bp
belangrijkste afweer tegen pathogenen in long
- 3 innate
- 1 mucosale oppervlakte
- 1 humoraal
- 3 cellulair
antimicrobiele eigenschappen mucosale opp= secretoir iga
symptomen pneumonie: 6
anamnese pneumonie: 5
- waarom doe je anamnese: 3
- trias symptomen
anamnese om achter ernst, aard verwekker en tijdsduur te komen. Iedere verwekker heeft vaak zijn eigen klachtenpatroon.
trias symtpmen: koorts, hoesten (met/zonder slijm) en dyspnoe
verwekkers pneumonie 3 groepen
atypische verwekkers zijn vaak intracellulair
beloop bij pneumococ, staphylococ en h.influenza
- hoeveel % komen ze voor
- wat voor beloop: mild/ acuut/ chronisch etc
- welke klachten geven ze
beloop bij legionella, mycoplasma, chlamydia en anaeroben
- hoeveel %
- waar(bij) komen ze voor
LO bij pneumonie
- 3 kenmerkende dingen
aanvullend onderzoek (SEH) bij pneumonie
- wat voor onderzoek doe je bij iedereen: 3
- wat doe je extra bij severe CAP: 2
- optioneel AO: 4
Bij alle klinische patienten: 2x bloedkweek en een sputumkweek
bij severe CAP daarnaast nog urine legionella antigeen test en urine pneumococcen antigeen test
optioneel aanvullend onderzoek:
serologie: mycoplasma; chlamycia; legionella; viraal
pleurapunctie bij pleuravocht–> gram en kweek hiervan doen
bronchoscopie
CT-scan
CURB-65 score
- wat bepaal je adh hiervan
- waar staan de letters voor
Dit is een eenvoudige methode om de ersnt van de pneumonie te beoordelen. Aan de hand hiervan wordt bepaald of een patient opgenomen moet worden.
Waarom zoveel diagnostiek doen bij een pneumonie: 2
Door de relatief hoge mortaliteit.
Ook wil je weten wat de verwekker is om zo de juiste therapie te kunnen inzetten.
Vooral bij achteruitgang is het van belang om te weten of de juiste ab gegeven wordt of dat er misschien sprake is van resistentie
Op geleide van de uitslagen kan je het antibioticabeleid aanpasssen
Welke ziekteverwekkers worden behandeld met…
penicilline: 1
amoxicilline: 2
fluclocloxacilline/ amoxicilline+clavulaanzuur/ levofloxacine: 1
ciprofloxacine: 2
azithromycine: 4
antibioticakeuze bij
- CURB 0-2
- CURB 3-5, waarom hier breder behandelen?
- welke AB als verwekker niet bekend is
- wanneer behandel je breder
Als de verwekker nog niet bekend is, ga je meestal uit van een pneumococc, omdat dit de meest voorkomende verwekker is en dan start je de behandeling dus altijd met amoxicilline
Hoe ernstiger hoe breder behandelen, omdat je ook de atypische verwekkers wil meemenen voor de zekerheid. Omdat patient zo ziek is moet je gelijk de juiste ab hebben om geen tijd te verspillen.
Hoe snel dien je ab toe te dienen bij severe cap?
Hoe lang dien je CAP te behandelen bij..
- onbekende verwekker
- s.pneumoniae
- m. pmeumoniae
- legionella