geneesmiddelen- en insectengifallergie Flashcards
schaal van Müller en FLR
- waarom valt FLR niet ondeer muller
- beh bij FLR: preventie vs zeer forse rea
FLR valt niet onder Müller omdat er geen systemische verschijnselen zijn–> geef evt NSAID als preventie tegen systemische verschijnselen, bij zeer forse reactie: orale steroïden
Allergie onderzoek niet zinvol want 25-40% algemene bevolking heeft aantoonbaar IgE tegen wespengif zonder dat ze allergisch reageren en immuuntherapie niet zinvol
Müller graad 3 reactie a.g.v. wespensteek behandeling
Müller graad 3 reactie a.g.v. wespensteek behandeling: adrenaline, dexamethason en tavegil
Wespen- en bijenallergie vaak samen?
Wespen- en bijenallergie: bijna niet samen want zijn andere stoffen bij betrokken
Bij anafylaxie met wesp is er geen kans op kruisallergie met bijen
wanneeer geef je VIT en AAI
en effect van VIT op systemische rea bij wespen- en bijengif
Bij graad 1 op Müller geef je alleen een AAI, bij graad 3 geef je AAI en VIT
AAI is niet meer nodig nadat de VIT instelfase is afgerond, je mag VIT geven vanaf graad II
Herhaalkans op (meestal milde) systemische reactie na/ tijdens VIT met wespengif: 10%,
maar kans op systemische infectie na/ tijdens VIT met bijengif: 20%–> pt bij een VIT met bijengif wordt aangeraden de AAI blijvend bij zich te dragen
Immunotherapie
allergeen in oplopende dosis subcutaan toedienen–> tolerantie tegen Ag–> pt is beschermd wanneer instelfase is afgerond–> dan hoef je ook geen AAI meer maar wel nog maandelijkse subcutane injectie met allergeen voor totale duur van 5 jaar
verschil type a en type B geneesmiddelenovergevoeligheid
en alarmsymptomen bij geneesmiddelenreacties
Type A geneesmiddelenovergevoeligheid: bijw en interacties tussen geneesmiddelen en voedingsmiddelen bijv: zijn dosisafhankelijk en redelijk voorspelbaar
Type B geneesmiddelenovergevoeligheid: komt veel minder voor: zijn dosisonafhankelijk en onvoorspelbaar, hieronder vallen allergische reacties, meest voorkomend: type 1 en type 4
Alarmsymptomen bij geneesmiddelenreacties: huid (blaren, loslaten van de huid), LO (vergrote LK en HS-megalie) en AO (cytopenie en verhoogde leverenzymen)
wat moet je doen bij penicilline polylycine allergie
Penicilline polylycine: onderdeel van penicillines: allergie–> alle ß-lactam AB’s vermijden
type 1 tot 4 allergie
p