L2.2 - De voorwaardelijke verbintenis en de verbintenis met tijdsbepaling Flashcards
Verbintenissen kunnen worden onderverdeeld.
Hoe?
- afdwingbaarheid van de prestatie
- inhoud van de verbintenis
- aanvang en einde van de werking der verbintenis
- subjecten van de verbintenis.
Verbintenissen kunnen naar inhoud worden onderscheiden in?
de enkelvoudige verbintenis: vanaf de aanvang der verbintenis is sprake van één vaststaande prestatie. Door het verrichten van deze prestatie wordt de schuldenaar bevrijd.
de alternatieve verbintenis: er is sprake van twee of meer prestaties waarvan er slechts één naar keuze behoeft te worden voldaan. Door het verrichten van de gekozen prestatie wordt de schuldenaar bevrijd. De prestaties kunnen, maar behoeven niet individueel te zijn bepaald.
de facultatieve verbintenis: er is sprake van één vaststaande prestatie, maar bevrijding is ook mogelijk door het verrichten van een andere prestatie. Er kan een keuze worden gemaakt tussen de primaire en de secundaire prestatie. De facultatieve verbintenis kent geen wettelijke regeling.
de generieke verbintenis: de prestatie van de verbintenis is enkel naar de soort bepaald en de speci!eke verbintenis: de prestatie van de verbintenis is individueel bepaald. De generieke en speci#eke verbintenis kent geen algemene wettelijke regeling. Een aantal rechtsgevolgen ervan is in verspreide wetsbepalingen opgenomen. Het onderscheid tussen de generieke en specifieke verbintenis is bijvoorbeeld van belang in geval van:
risico bij crediteursverzuim (art. 6:65 BW)
de plaats van betaling (art. 6:41 BW).
Geef nog andere onderscheiden naar inhoud aan?
Andere onderscheiden naar inhoud zijn:
verbintenissen om te geven, te doen en niet te doen
voortdurende en voorbijgaande verbintenissen.
Er is sprake van een voortdurende verbintenis indien de verplichting opeenvolgende of voortdurende prestaties betreft, die bestemd zijn om gedurende een langere tijdsruimte te blijven werken, bijvoorbeeld de verbintenissen uit een arbeidsovereenkomst. Er is sprake van een voorbijgaande verbintenis indien de prestatie slechts een enkele handeling betreft, bijvoorbeeld een verbintenis uit een koopovereenkomst.
Een overeenkomst kan onder voorwaarde of tijdsbepaling worden verricht (art. 3:38, eerste lid, BW
Wat volgt hier uit?
Uit een dergelijke overeenkomst vloeien verbintenissen onder voorwaarde of tijdsbepaling voort.
Wanneer is een verbintenis voorwaardelijk?
Een verbintenis is voorwaardelijk, wanneer de werking van de verbintenis bij rechtshandeling afhankelijk wordt gesteld van de vervulling van een toekomstige en onzekere gebeurtenis.
Verbintenis met tijdsbepaling?
Er is sprake van een verbintenis met tijdsbepaling wanneer de uitvoering dan wel het einde van de verbintenis bij rechtshandeling afhankelijk wordt gesteld van een bepaald tijdstip.
Verschil voorwaardelijke vs verbintenis onder tijdsbepaling?
Bij een voorwaardelijke verbintenis is onzeker of de gebeurtenis zal plaatsvinden, bij een verbintenis onder tijdsbepaling is zeker dat het tijdstip zal aanbreken – de gebeurtenis zal plaatsvinden – maar wanneer dit het geval is, behoeft niet vast te staan.
Woningbouwvereniging Y verhuurt aan mevrouw X een eenkamerflat. Als X zwanger wordt zal haar een tweekamerflat worden toegewezen. Hier is sprake van een voorwaardelijke verbintenis. Het is immers niet zeker dat X zwanger zal worden.
De zwangere X komt met vroedvrouw Z overeen dat Z haar bij en na de bevalling medische hulp zal verstrekken. Hier is sprake van een verbintenis met tijdsbepaling.
De vraag of sprake is van een voorwaardelijke verbintenis of van een verbintenis met tijdsbepaling, kan problemen opleveren wanneer ?
De vraag of sprake is van een voorwaardelijke verbintenis of van een verbintenis met tijdsbepaling, kan problemen opleveren wanneer onduidelijkheid bestaat of een gebeurtenis zal plaatsvinden.
Zo zou in het tweede voorbeeld kunnen worden aangevoerd dat niet alleen onzeker is wanneer, maar ook of de zwangere X daadwerkelijk van een kind zal bevallen
De vraag of sprake is van een voorwaardelijke verbintenis of verbintenis met tijdsbepaling is een vraag van uitleg van de aan de verbintenis ten grondslag liggende rechtshandeling/overeenkomst. Beslissend is ?
De vraag of sprake is van een voorwaardelijke verbintenis of verbintenis met tijdsbepaling is een vraag van uitleg van de aan de verbintenis ten grondslag liggende rechtshandeling/overeenkomst. Beslissend is de bedoeling van partijen, de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer aan de bepalingen van het contract mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs mochten verwachten (Haviltexcriterium).
Positie HR bij verbintenis met tijdsbepaling en de gebeurtenis treedt niet in?
Overigens heeft de Hoge Raad al in een oude uitspraak beslist, dat sprake is van een verbintenis met tijdsbepaling, indien partijen een verbintenis met tijdsbepaling op het oog hadden, omdat zij veronderstelden dat de gebeurtenis waarvan zij de prestatie afhankelijk stelden zou intreden, maar later blijkt dat de gebeurtenis niet intreedt.
Zo zou in het tweede voorbeeld kunnen worden aangevoerd dat niet alleen onzeker is wanneer, maar ook of de zwangere X daadwerkelijk van een kind zal bevallen.
Rohatin, vertegenwoordiger van verkoper Van den Muijsenberg, zou uit hoofde van een koopovereenkomst met koper Riess, als provisie 1% van het factuurbedrag genieten, te betalen ́direct na ontvangst van het facturenbedrag ́. De koopovereenkomst werd later ongedaan gemaakt, en ontvangst van het factuurbedrag bleef dientengevolge uit. Rohatin vorderde de overeengekomen provisie.
De Hoge Raad overwoog: ́ook wanneer partijen de nakoming van een verbintenis hebben afhankelijk gesteld van een toekomstig feit, dat naar zijn aard onzeker is, zij desalniettemin in een bepaald geval dit onzekere feit enkel als tijdsbepaling hebben bedoeld, uitgaande van de veronderstelling, dat het stellig zal voorvallen en het als zeker denkende, zodat indien het niet mocht plaatsgrijpen, de verbintenis daardoor niet zou komen te vervallen, maar het tijdstip der opeisbaarheid, overeenkomstig het beginsel van artikel 1374, derde lid, (nu redelijkheid en billijkheid, art. 6:248 BW) zou moeten worden vastgesteld ́. (HR 21 juni 1918, NJ 1918, 790 (Plockworst))
Kan een verbintenis kan én een tijdsbepaling bevatten én gelijktijdig voorwaardelijk zijn?
Een verbintenis kan én een tijdsbepaling bevatten én gelijktijdig voorwaardelijk zijn.
Voorbeeld
Als werknemer X ziek wordt, is zijn werkgever gedurende 104 weken verplicht het loon voor 70% door te betalen (art. 7:629 BW). Onzeker is of en, zo ja, wanneer X ziek wordt. Hier is sprake van een opschortende voorwaarde met betrekking tot de verbintenis tot betaling van het loon in geval van ziekte. Als X eenmaal ziek is, dan is zeker dat, en in casu zelfs wanneer, de gebeurtenis intreedt die een einde aan de werking der verbintenis maakt. Er is sprake van een verbintenis met ontbindende tijdsbepaling.
De toekomstige onzekere gebeurtenis kan de werking van een verbintenis doen?
De toekomstige onzekere gebeurtenis kan de werking van een verbintenis doen aanvangen of juist laten vervallen.
Een verbintenis waarbij de werking afhankelijk is van de vervulling van een voorwaarde is een verbintenis…..?
Effect hiervan?
Een verbintenis waarbij de werking afhankelijk is van de vervulling van een voorwaarde is een verbintenis onder opschortende voorwaarde (art. 6:21 BW). Een opschortende voorwaarde doet de werking van een verbintenis met het plaatsvinden van de gebeurtenis aanvangen (zie art. 6:22, eerste zin, BW). Voor de vervulling van de voorwaarde is reeds sprake van een geldige verbintenis, maar zolang de voorwaarde nog niet is vervuld heeft een dergelijke verbintenis nog geen werking en is derhalve ook niet opeisbaar.
Rechtsgevolg van de opschortende voorwaarde is…?
Rechtsgevolg van de opschortende voorwaarde is dat de verbintenis geen werking heeft, noch opeisbaar is zolang de voorwaarde niet is vervuld. Dat de verbintenis eerst na de vervulling werkt, betekent dat vóór de vervulling geen nakoming te vorderen valt en dat een betaling, gedaan vóór de vervulling, onverschuldigd is (en teruggevorderd kan worden ex art. 6:203 BW).
Waarom is het van belang dat de verbintenis reeds bestaat?
Dat de verbintenis reeds bestaat is onder meer van belang voor schuldeisers; het vorderingsrecht uit de verbintenis is in beginsel vatbaar voor beslag, is overdraagbaar, enzovoort.