3.4 tubulaire reabsorptie en secretie Flashcards

1
Q

wat is excretie?

A

excretie= filtratie - reabsorptie + secretie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoeveel en waar zitten de capillaire netwerken van de nefron?

A

in de glomerulus en om de proximale tubulus (het peritubulaire capillaire netwerk)

niet al het bloed gaat door de 2e capillaire netwerk. deel gaat rechtstreeks naar de Vasa recta

2e capillaire netwerk levert energie en zuurstof voor de reabsorptie van stoffen in de PT en zorgt ervoor dat het gereabsorbeerde vloeistof wordt afgevoerd naar de rechts van het lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoeveel en waar zitten de capillaire netwerken van de nefron?

A

in de glomerulus en om de proximale tubulus (het peritubulaire capillaire netwerk)

niet al het bloed gaat door de 2e capillaire netwerk. deel gaat rechtstreeks naar de Vasa recta

2e capillaire netwerk levert energie en zuurstof voor de reabsorptie van stoffen in de PT en zorgt ervoor dat het gereabsorbeerde vloeistof wordt afgevoerd naar de rechts van het lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe gaat de glucose/ aminozuur reabsorptie in de PT?

A

door de Na/K pomp wordt Na uitgescheiden uit de niercel in het interstitium. dit zorgt ervoor dat er weer natrium kan worden opgenomen van het filtraat. Als Na wordt opgenomen via SGLT1 of 2, neemt het glucose met zich mee. uiteindelijk voor glucose afgegeven aan het interstitium via GLUT1 en GLUT2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is het verschil tussen SGLT1 en SGLT2?

A

SGLT2 is gekopped aan 1 natrium molecuul en zit in het eerste deel van de proximale tubulus (S1 segment)

SGLT1 is gekoppeld aan 2 natrium moleculen en zit in een later deel van de proximale tubulus (S3 segment)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is een voordeel van SGLT1 tov SGLT2?

A

Een voordeel van SGLT1 tov SGLT2 is dat je de laatste restjes glucose kan reabsorberen. Je hebt hier meer energie voor nodig dus je pakt de energie uit het natrium gradient wat hoger is bij 2Na tov 1Na

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn kenmerken van de Na,K-pomp?

A

primair actief
electrogeen
basolateraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kenmerken SGLT

A

secundair actief
electrogeen
apicaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kenmerken GLUT

A

passief

basolateraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wanneer wordt glucose ge excreteerd?

A

er zijn maar beperkt aantal SGLT transporters die het glucose kunnen reabsorberen

Excretie gaat verschijnen als glucose boven de drempelwaarde verschijnen en er niet genoeg energie is om het te reabsorberen. Als het transportmaximum is bereikt

Excretie stijgt parallel met de filtratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is splay?

A

bij sommige nefronen ligt het transportmaximum van bijv SGLT (dus hoeveel je kan reabsorberen) hoger of lager dan bij de ander

nefron męt laagste GFR bepaalt de drempel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe gaat de bicarbonaat reabsorptie in de PT?

A

H+ wordt uitgewisseld met Na+ en komt het filtraat in. Hier wordt het met HCO3- door CA omgezet tot CO2

CO2 kan de cel in diffunderen. in de cel wordt het weer omgezet tot HCO3-.

HCO3- gaat naar het interstitium samen met natrium via de NBCe1 transporter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe gaat de chloride reabsorptie (zouten en water)?

A

vooral in de PT

water gaat mee door de osmotische aantrekking

chloride ionen, Ca, Mg, K-ionen gereabsorbeerd door solvent drag

het gebeurd tussen de cellen–> paracellulair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe worden eiwitten gereabsorbeerd?

A

gefiltreerde eiwitten worden bijna volledig geresorbeerd in de PT

ze worden afgebroken en de aminozuren ervan worden opgenomen via vesicles

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is proteinurie en waar kan de oorzaak liggen>

A

proteinurie is teveel eiwit in de urine.

het kan een glomerulair probleem zijn. er zit dan meer dan >3.5 gram eiwitten in de urine en hoog moleculaire eiwitten in de urine (MW eiwitten)

bij een tubulair probleem wordt het niet Goed gereabsorbeerd. excretie is < 2g/dag en urine laag-MW eiwitten

bij een overloop probleem worden er te veel eiwitten geproduceerd. <2 g/dag en laag-MW eiwitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn oorzaken van een abnormale secretie van metabolieten ?

A

verhoogde plasmaspiegels (veel gereabsorbeerd)

verhoogde SN GFR (veel gefiltreerd)

genetische afwijkingen in transporteiwitten (teveel van een stof wordt uitgescheiden)

Fanconi’s syndroom: aangeboren of verworden (defect Na/K pomp of mitochondrien)–> te weinig energie voor secretie en reabsorptie

17
Q

hoe gaat de secretie?

A

er is een secretie pad voor de organische anionen en een secretie pad voor de organische kationen

het gebeurd laat proximaal in S3 segment
er zijn een beperkt aantal anion en kation transporters waardoor er competitie tussen verschillende kationen en anionen

18
Q

hoe gaat de secretie van de anionen?

A

OA- is gekoppeld aan 3Na. 3Na naar het interstitium en OA naar het filtraat

19
Q

waarom worden anionen en kationen gesecreteerd?

A

afvalstoffen en geneesmiddelen die aan albumine zitten worden niet gefiltreerd. ze moeten toch het lichaam verlaten dus dit gaat via de weg van de anionen of de kationen

20
Q

wat kan er gebeuren als de secretie te kort schiet?

A

geneesmiddelen toxiciteit