25-18e+19eS/19e/realisme Flashcards

1
Q

Vertel over de opkomst van het realisme en schets de kenmerken.

A
  • komt op na 1830, beinvloed schilderkunst en lit.
  • ontwikkeling roman chronol:
  • zedenk briefroman (18eS, bv Sara Burgerhart)
  • historische roman (romantiek)
  • realistische roman (realisme)
  • brede blik op samenleving
  • vaak alwetende vertelinstantie
  • gehele sociale weefsel, dus veel personages en verwikkelingen (bv Oorlog en vrede, Tolstoi)
  • meestal geen duidelijke zedelijke les
  • nadruk op complexiteit van mensel verhoudingen
  • psych verfijnen vd vertelling neemt toe
  • centraal personage vaak een vrouw
  • vaak geen verzoenend slot voor de heldinnen (Emma Bovary, Anna Karenina, Effi Briest, Eline Vere, Isabel Archer).

Dus: niet alleen hele soc wereld doorlichten maar ook interactie tussen soc wereld en subj ervaringen van 1 centraal personage.

p164

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke twee perspectieven op realisme worden besproken?

A
  • Objectiviteit
  • Geengageerd proza.

p165/167

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

OBJECTIVITEIT

Waarom wordt kunst gemaakt vlgs realisten?

A
  • Streven om kunst te maken waarin realiteit zo precies mogelijk werd waargenomen.
  • Streven om relatie tussen moraliteit en kunst door te snijden. Kunst heeft geen taak op zedelijk, pol of ideeel vlak.
  • In 19eS wetenschappen sterk in opkomst; positivisten: alleen wetenschappelijk bestuderen vd stoff werkelijkheid leidt tot relevante kennis. Verwerping metafysische zingeving.
  • Kunstenaar legt zich toe op waarneming; realiteit ligt in bijz verschijningsvorm v dingen en kon niet verbeterd worden door ordening/idealisering.
  • Fotografie: nastreven onbevooroordeeld oog (bv L’Origine du monde, Courbet 1866, en Madame Bovary, Flaubert 1857). Provocatie van zedelijke opvattingen door objectiviteit.

p165

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

OBJECTIVITEIT
Er is in Nld geen pendant van Madame Bovary, roman blijft geidealiseerde realiteit of vanuit moreel perspectief. Wel zijn invloeden van het realisme te vinden. Voorbeelden?

A
  • Beets/Hildebrand, Camera obscura (1839): minutieuze observaties, maar conventionele normen en waarden.
  • Busken Huet, Lidewyde (1868): ‘onzedelijke’ levenswandel optekenen. Behoudende kritiek en artistiek neergesabeld.

p167

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

GEENG PROZA
Realisme kan ook gezien worden als onderdeel ve democratische cultuur. Dan verschilt het beeld aanzienlijk met het objectieve perspectief. Leg uit.

A

Dan gaat het om omzetten v nwe pol denkbeelden naar kunstzinnige representatie dus juist zeer geengageerd, ipv doorsnijden navelstreng tussen moraliteit en kunst.

p167

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

GEENG PROZA

Welke ontwikkelingen deden zich in Europa voor, die de opvattingen over de inhoud van kunst veranderden?

A
  • democratische revoluties; nwe kunst noodzakelijk (bv Courbet en Millet, die waardige werkmanstaferelen schilderden).
  • levendige pol cultuur ontwikkelt zich, ook buiten parlement, met uitgesproken lib, progr en democr karakter.
  • Emancipatiebewegingen: abolition, vrouwen, arbeiders. Drukken stempel op openb debatten.

Lit kon wreedheden vd bestaande sit blootleggen. Wreedheid doel voelen, niet rationeel. Voortdurend beroep op empathie lezer.

  • Beecher Stowe’s Uncle Tom, 1852, had grote pol invloed;
  • Dickens’ Hard Times, 1854, toont verwoestende effecten van utilitarisme.
  • Cremer’s Fabriekskinderen, 1863: laat lezer leven v fabriekskinderen visualiseren. Onmenselijkheid vd utilitaire systeem.
  • Multatuli’s Max Havelaar, 1860: pakte het economisch succes vh cultuurstelsel aan, onverschilligheid jegens bestuurl verantwoordelijkh. Lezer wordt aangesproken op zijn aandeel in het systeem.
    Saidjah en Adinda: confrontatie met leed door Nldse militairen aan Javanen. Boek heeft later, 1900 met ethische politiek, invloed op beleid.
    Andere thema’s van Multatuli: onderdrukking vrouw, geestdodend onderwijssysteem, mod theologie, atheisme, opkomend nationalisme in Dtsl en Fr, leefomstandigheden arbeiders

p171

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

TEKST 33 Fabriekskinderen
Welke rol speelt techn, industr, econ vooruitgang?
Vergelijk met Ten Kate (opg3.26). Inh verschillen?

A
  • Vooruitg maakt gaslicht mogelijk.
  • voort, raderen, voort: kinderen als raderen, ook metafoor voor industr vooruitgang.
  • econ vooruitg argument door fabrieksdirecteur
    => Cremer: vooruitgang heeft wettelijk ingrijpen nodig.

Ten Kate: kinderen ontgaat heilsboodschap door slechte omstandigheden, dus prediking aan fabriekskinderen.
Cremer: christendom speelt geen rol. Ontmenselijking arbeiders door systeem van winst.

p173/177 opg3.27

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke twee werken van Beets zijn genoemd; tot welke stromingen in verband te brengen?

A

Guy de Vlaming (romantiek)

Camera obscura (realisme)

p172/177 opg3.28

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Noem drie ontwikkelingen die in 18eS begonnen waren en in 19eS tot bloei komen?

A
  • opkomst burgerij
  • bloei roman
  • groei openb ruimte en journalistiek.

p172/177 opg3.29

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

TEKST 34 Havelaar
Welke karaktereigenschappen van Droogstoppel maakt Multatuli belachelijk?
Welke aspecten van utilitarisme in redeneringen Droogstoppel?

A
  • fatsoen is alleen uiterl zaak; geen verinnerlijkte notie van deugdzaamheid.
  • niet kunnen omgaan met metaforen, alleen lett kunnen denken.
  • geloof in eigen superioriteit omdat je prot bent.
  • gelijkschakelen ‘beurs’ met ‘wereld’.
  • zuinigheid.

Droogstoppel doet nooit iets dat eigenbelang kan schaden en handelt niet vanuit intrinsieke moraal (‘want beleefd ben ik altijd, men kan nooit weten hoe men later iemand noodig heeft’).

p172/177 opg3.30

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Er was nog een genre dat literaire verbeelding gebruikte om mens te laten zien hoe makkelijk controle over eigen uitvindingen verloren kan worden. Beschrijf.

A

Science-fiction (Frankenstein, 1818; Dr Jekyll and Mr Hyde, 1886; The War of the Worlds, 1898)
Sombere toekomstfantasieen, die in 20eS relevant blijken.

p173

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly