19-renaiss&class/rederijkers Flashcards

1
Q

Vanaf wanneer is er sprake van ‘dichters’ in het Nlds?

A

1560: 16eS, meer dichters die als individu opereren; andere genres beoefenen. Beinvloedde ook de rederijkerscultuur steeds meer.

p79

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Was iedereen die zich tot 16eS met gedichten bezighield, een rederijker?

A

Nee, Neolatijnse literatuur was andere wereld. Niet georganiseerd; informeel netwerk v geleerden en hoge bestuursambtenaren, vaak adellijk, met intl netwerk.

Schreven drama’s de teruggingen op klass toneel; lyriek (ode, elegie, epigram). Bouwden voort op traditie vd grote auteurs vd oudheid.

Bonae litterae beslist niet van toepassing op rederijkerswerk (retorike). Latinisten (poetae) vonden dat ze echte poezie schreven. Richtten zich op hele (geleerde) wereld, niet stad (rederijkers).

p79

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De vanzelfsprekendheid vd superioriteit vh Latijn krijgt midden 16eS vraagtekens. Wat kenmerkt die ontwikkeling?

A

Italie: Petrarca, Ariosto en Tasso schreven ook in it. Zou taal vh nwe Rome italiaans kunnen zijn? (nationalisme).

Frankrijk: groeide snel als mogendheid => frans als taal vd hogere cultuur (De Ronsard - La Pleiade - Du Bellay). Frans als taal voor wetenschap en kunst.

Hovelingen associeerden zich niet met (burgerlijke) rhetoriqueurs; schreven epigrammen en oden, sonnet, geen rondelen en balladen. Dus klass genres, maar dan in het Frans. Echte lit zou ook in Frans geschreven moeten worden, door humanistisch gevormde elite ==> literair en sociaal verschillend. Wel contact, rederijkers trokken zich op aan elitecultuur.
==> nieuwe ontwikkeling: publiceren van werk van rederijkers.

p80

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Rederijkers waakten voor persoonsverheerlijking: ging om de kunst, niet om de schrijvers. Wat schreeft Matthijs de Castelein (Const van rhetoriken) hierover?

A
  • Kunst van een schrijver mag niet verloren gaan (rederijkers en Franse en Latijnse poezie).
  • Herkomst rederijkersgenres hebben klassieke herkomst.

==> 1553: vertaling Heroides (Ovidius) in rederijkersverzen (Cornelis van Ghistele).
1565: rederijker D’Heere’s dichtbundel (Den Hof en Boomgaerd der Poesien) met sonnetten en elegieen naar vb Pleiaden-dichters.

p81

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Jan van der Noot (niet Parijs maar Antwerpen als nwe Rome van Europa) zag zichzelf als de Nldse Ronsard. Waarom is zijn bundel Het Bosken bijzonder?

A

1568: haakte aan bij Ronsard (Nldse sonnetten, elegieen, emblemen). Is eerste uitgave in Nlds die uitsluitend renaissancepoezie bevat.
Bleef lang onopgemerkt.

p82

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly