2.4 Vruchtbaarheidsproblemen: genetische aspecten Flashcards

1
Q
A

NIPT voor trisomie 13, 18, 21
->deze zijn levensvatbaar
->veel trisomien niet levensvatbaar door ontregeling etc, kan soms wel in mozaiek
->placentair DNA is maternaal bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
A

Deep sequencing (whole genome)
->knippen DNA vanuit meerdere cellen at random
->die stukjes krijgen staart en kop en worden gesequenced
->omdat zoveel plekken krijg je kleine stukken met 30 base paren
->deze stukjes achter elkaar leggen, dan krijg je hele chromosoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
A

Whole exome sequencing:
-gen uit exonen en intronen
-exonen hebben verschillende paren en verschillende eiwitten hiermee
->proteonomics behalngrijk, want eiwitten maken eigenlijk leven
->is de rest van DNA junk?? kan eig niet want is 99%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A

Veel fouten in transcriptie factoren en enhancers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

sequencing en panels
->panels zijn bv 50 genen voor hart
->panels handig want anders te veel bijvang andere risicos
->vus:variant of unkown significance: onbekend variant in dna waarvan we niet weten pathogeen of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A

Genome editing: crispr-cas9
-bv in hemofilie voor factor 8
-of in sikkelcel minder crescents

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A

Uitdagingen genetica:
-VUS
-bijvangst panels, wes, wgs
-identificeren regulatoire elementen in niet coderende genoom (junk DNA)
-bergijpen proteonomics, ook wel de functionele genetica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A

Vaderschapsonderzoek wordt niet gedaan door klinische genetica odmat dit geen medische indicatie heeft.
->zelf betalen
->via monduitstrijkje
->via virilabs rechtelijk, kan neit via huis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
A

verwantschapsbepalingen:
-vaderschap
-moederschap ->babyverwisseling
-zygotie-onderzoek
-broer/zus bepaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A

prenatale vaderschapsbepaling
-vaak geen medische indicatie
-na verkrachting
-bij meerdere potentiele vaders
-enkel als gynaecoloog bereid is
-vruchtwaterpunctie (vlokken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A

Verwantschapsbepalingen vaak rechtzakelijk
->ook DNA bij strafzaken en forensisch
->bv bij rampen of medische fouten zoals ivf verwisseling
->inmiddels tweelingen ook uit elkaar halen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

forensisch DNA-onderzoek:
-repeats hebben lengte tussen genen
-STR:short tandem repeats
-op allel van moeder en vader zitten repeats, dus eentje moet overeen komen met kind
-over meerderre markers >15 STRs
-nodig: 100-500 nanogram DNA, ook wel 50-100 kernen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A

Chromosomale afwijkingen vaak groot
->numeriek (down, turner)
->structureel (deletie 22q, translocaties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A

Altijd cyclusanamnese, LO en genetische anamnese (familie anamnese, altijd hele stamboom)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A

Intra uteriene vruchtdood >16 wk zwangerschapsduur, daarvoor miskraam
->bij actieve afbreking genen kijken, ook miskraam 16wk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A

Chromosomaal afwijkingen
-geslacht (numeriek)
->klinefelter 47xxy
->turner 45x

-structureel
->reciproke transloca (twee chromosomen wisselen stuk uit wat niet hoort bv chr 6 en 12, niet homoloog)
->robertiaanse transloca (13,14,15,21,22, zijn acrocentrisch en kunnen op elkaar gaan zitten)
->inersies en deleties

17
Q
A

Klinefelter syndroom
-47XXY
-incidentie 1 op 1000
-vertraagde puberteit, borstvorming, kleine testis
-op kinderleeftijd lengte/bouw, prenataal vruchtwater
-mozaiek
-5% infertiel

18
Q
A

Turner syndroom:
-incidentie 1 op 2000-5000
-45X, maar 53% presenteert zo
-uitblijven pubertijdsontwikkeling, gonadale dysgenie (streak ovaries)
-prenataal vruchtwater, postpartum oedeem hand en voetrug, dysmorfien, hart en nietafwijkingen, kinderleeftijd kleine lengte
-verschillende karyotypes, veel mozaiek en kans op vruchtbaarheid

19
Q
A

Tijdens zwangerschap overlijdt na 10 wk:
-klinefelter overlijdt 5%
-1/3 down overlijdt
- 45x overlijdt 80%
-trisomie 13 overlijdt 85%
-trisomie 18 overlijdt 88%

20
Q
A

Reciproke:
-homoloog chromosoom wisselt dna uit normaal
-nu krijg je kinderen en weer transloca, hierdoor ontbreken stukjes van chromosomen, krijg je een partiele trisomie/monosomie

21
Q
A

In familie miskramen en gehandicapten dan moeten alarmbellen rinkelen voor reciproke translocatie

22
Q
A

Robertiaanse translocatie
-chromosoom op andere plek geplakt, veroorzaakt trisomien bij overerving
-lichaam ziet geplakten gewoon als een chromosoom