Longfunctie en hyperreactiviteit Flashcards
restrictieve stoornis
verkleining van het longvolume
obstructieve stoornis
luchtwegvernauwing leidt tot bemoeilijkte uitademingsstroom
astma
heterogene ziekte die gekenmerkt wordt door chronische luchtweg inflammatie
- sprake van experatoire airflow limitatie
- bronchoconstrictie
- mucus, zwelling slijmvlies
allergische prikkels
huisstofmijt, schimmels, honden, bomen, grassen, kruiden
niet-allergische prikkels
sigarettenrook, baklucht, parfum, werk-gerelateerd
kenmerken astma
chronisch ontstoken luchtwegen en bronchiale hyperreactiviteit
- periodes dyspneu en piepen, reversibel
sympathicomimetica astma
ventolin
parasympathicolytica
atrovent
Hoe bepaal je de longfunctie bij astma
- FEV1/VC verhouding (<0,7 = obstructie)
- peakflow
- vorm flow/volume curve (concave)
- FEV1/VC verhouding (<0,7 = obstructie)
- Kijken naar LLN en FEV1, ligt de FEV1 eronder is er een obstructie
Hoe wordt de ernst van een obstructie bepaald?
Met de afwijking van de FEV1
- voorspeld methode
- FEV1 > 80% = normaal
- FEV1 <35% = zeer ernstige obstructie
Wanneer is het reversibel?
Als de FEV1 meer dan 12% van de referentiewaarde en minstens 200 mL verbetert
volledige reversibiliteit
als na de toediening van medicatie de FEV1 waarde weer binnen de LLN valt
partiele reversibiliteit
als er alleen sprake is van 12% verbetering en 200 mL
Hoe meet je de peakflow
’s ochtends en ‘s avonds blazen en hoogste waarde noteren; effort afhankelijk
- variabele van PEF: tussen de dagen >20% en binnen de dagen >10%
bronchiale hyperreactiviteit
verhoogde prikkelbaarheid van de luchtwegen voor specifieke en aspecifieke prikkels die leiden tot bronchusobstructie