5.3 Cardiomyopathie en myocarditis Flashcards
Wat is Cardiomyopathie?
Ziekte van de hartspier waarbij de hartspier zelf structureel en functioneel abnormaal is in afwezigheid van een oorzakelijke ziekte (coronaire hartziekten, hypertensie, klepziekte of aangeboren hartziekte) die de afwijkingen verklaren
Pericarditis: Ontsteking pericard
Myocarditis: Ontsteking myocard
Endocarditis: Ontsteking endocard
Wat zijn 3 kenmerken van cardiomyopathiën?
- De meeste cardiomyopathiën zijn een monogenetische ziekte
- Families hebben vaak een ‘eigen’ pathogene DNA variant
- Ze worden autosomaal dominant overgeërfd
- Pathologische DNA varianten in genen die coderen voor eiwitten die verantwoordelijk zijn voor:
- Kracht generatie en transmissie
- Metabolisme
- Calcium homeostase
In welke eiwitten kunnen mutaties zitten met als gevolg cardiomyopathie?
- Lamine A en C
- Actine
- Myosine
- Desmine
- Dystrobrevine
- Dystrophine
- Desmosomen
Wat is het genotype - fenotype relatie?
Genotype: Erfelijke informatie
- Pathogene DNA varianten kunnen in 1 gen verschillende cardiomyopathiën veroorzaken
- Er is een grote intra- en interfamiliair klinische heterogeniteit
Fenotype: Waarneembare eigenschappen
- Afwijking hartspier -> Klachten, prognose, behandeling
Wat zijn de voordelen bij genetisch testen bij cardiomyopathiën?
- Definitieve prognose
- Identificatie van familieleden at risk
- Specifieke therapie
Wat zijn de nadelen van genetisch testen bij cardiomyopathiën?
- Afwezigheid pathogene DNA variant sluit de genetische oorzaak niet uit (de familieleden worden alsnog gecheckt)
- Genotype - Fenotype relaties zijn teleurstellend
Welke verschillende cardiomyopathiën zijn er?
- HCM: Hypertrofie cardiomyopathie
- DCM: Gedilateerde cardiomyopathie
- ARVC: Aritmogene rechterkamer cardiomyopathie (Fibrosering van rechterkamer, zeldzaam)
- Restrictieve cardiomyopathie: Geen probleem met het knijpen, maar met de diastole want deze is restrictief
- NCCM: Linker ventrikel non compaction cardiomyopathie
Wat zijn de kenmerken van HCM?
- Het is de meest voorkomende erfelijke hartziekte
- Er is een verdikking van de hartspier (>15 mm) wat niet te verklaren is op basis van andere aandoeningen (zoals hoge bloeddruk of aortaklepstenose)
- Prevalentie: 1/500 (Komt echt veel voor)
- Belangrijke oorzaak van plots overlijden < 35 jaar
Wat heeft HCM wat andere cardiomyopathiën niet hebben?
Er kan een obstructie optreden. Dit wordt vaak gezien bij 30% van de patiënten in rust en bij 70% bij provocatie
Hoe komt de obstructie bij HCM?
- Verdikt septum
- Voorwaartste beweging mitralisklep
- Smallere LVOT (Vernauwing LV uitstroombaan)
- Dynamische obstructie
Wat zijn de symptomen bij een HCM?
Asymptomatisch en ontdekt bij souffle (hartgeruis), abnormaal ECG, familieonderzoek
- Dyspnoe d’éffort
- Pijn op de borst
- Palpitaties
- Syncope
- Soms plotse dood
Waar wordt er naar gekeken bij het risico op plotse hartdood?
- Leeftijd (Hoe jonger, hoe meer risico)
- Maximale wanddikte
- LA grootte
- Obstructie
- Familie anamnese
- Aanwezigheid van ventriculaire ritmestoornissen op een holter
- Onverklaarbare flauwvallen (syncope)
Als het risico meer dan 1% is dan wordt een ICD geadviseerd
Wat zijn 2 kenmerken van een DCM?
- DCM geeft dilatatie (Normaal < 6 cm)
- Verminderde systolische LV functie
Prevalentie is 1/2500
Wat zijn de oorzaken/de etiologie van DCM?
- Genetisch (Tenminste 25%)
- Viraal (na myocarditis)
- Toxisch (Medicatie, alcohol)
- Vitamine deficiëntie (B1 en B6)
- Peripartum (tijdens zwangerschap en bevalling)
- Idiopathisch
Hoe wordt HCM en DCM vastgesteld?
HCM met een echo
DCM met een MRI
Wat is het klinische beeld van DCM?
- Lang zonder symptomen
- Presenteren zich met hartfalen zonder uitlokkingsmomenten (bijvoorbeeld koorts)
- Presenteren zich met ritmestoornissen (AF, VT) en plotse dood
- Presenteren zich met geleidingsstoornissen (Pathogene DNA variant Lamine)