4.8 Farmacotherapie van Hypertensie Flashcards
Wat is het doel van de behandeling van hypertensie?
Maximale reductie van complicaties zoals hart- en vaatziekten en nierinsufficiëntie (orgaanschade voorkomen)
Streefwaarde < 140/90 mmHg
Maximale reductie complicaties
Iedere 10 mmHg daling is 20% minder risico
Waaruit bestaat de behandeling van hypertensie?
- Leefstijlmaatregelen
- Antihypertensiva (6 à 9 mmHg systolische daling per middel)
Het is zeker wel zinvol om preventief te behandelen. Voor patiënten die medicatie gebruiken is therapietrouw wel echt de meest belangrijke factor
Wat zijn de 7 leefstijlmaatregelen voor het behandelen van hypertensie?
- Stoppen met roken (-30% risico HVZ)
- Afvallen (-3-9% mmHg sys)
- Alcohol beperken (-4 mmHg sys)
- Bewegen 3-5x per week (-5 mmHg sys)
- Zout beperken < 6 gram (-5 mmHg sys)
- Gezond eten met fruit/groente (kalium werkt BD verlagend) (-6 mmHg sys)
- Weinig verzadigd vet (-6/5 mmHg)
Welke 9 klassen van antihypertensiva zijn er?
- Calcium antagonisten
- ACE-remmers (enalapril) (Vaak geschreven bij proteïnurie)
- ARB’s
- Directe Renine-remmers
- Diuretica
- Bètablokkers (Vaak na een Myocardinfarct)
- Alfablokkers
- Vaatverwijders
- Centraal aangrijpende middelen
Vaak is een combo therapie nodig
Wat zijn de kenmerken van calcium antagonisten?
- Het is veilig
- Werkt via vaatverwijding
- Meest gebruikt zijn de Non-dihydropyridines (NifeDipine, AmloDipine). Deze hebben geen invloed op het hart
- 2 andere zijn -> Verapamil en Diltiazem
- Relaxatie van gladde spiercellen en zorgt voor vasodilatatie. Er is een afname van de Calciuminflux
Wat zijn de bijwerkingen van Calcium antagonisten?
- Enkeloedeem
- Blozen
- Hoofdpijn
- Hartkloppingen
Welke 3 klassen werken op het RAAS-systeem?
- ACE remmers
- ARB’s
- Directe Renine remmers (bèta blokkers)
Meestal wordt 1 van de 3 gekozen
Wat zijn de kenmerken van ACE remmers?
Zorgt voor een droge hoest (10-15%) doordat het de omzetting van bradykinine remt (en ook Angio-oedeem)
Ze eindigen op -pril zoals Lisinopril, captopril, enelapril, acupril
ACE remmers zorgen ervoor dat Angiotensine I niet wordt omgezet tot Angiotensine II (Werkt via de RAAS)
RAAS remmers kunnen ook zorgen voor:
- Acute nierinsufficiëntie
- Nierarteriestenose
- Ondervulling
- NSAIDs
Wat is het verschil tussen een ARB en een ACE remmer?
Ze zijn even effectief, maar een ARB heeft geen bijwerkingen. Hierdoor wordt er vaak begonnen met de ARB om bijwerkingen te voorkomen of wordt een ARB voorgeschreven als de patiënt droge hoest ontwikkeld door ACE remmers
Hoe heten ARB’s?
Ze eindigen op -artan
Losartan, valsartan
Antagonisten ATII
Wat is de belangrijkste werking van een bèta blokker?
- Remt Renine
- Renine zet Angiotensinogeen om in Angiotensine I
- Eindigt op -olol
- Antagonist Bèta II receptor
- Atenolol en Metoprolol meest bekende
Waarom wordt een ACE remmer of ARB niet in combinatie met een NSAID of stenose gegeven?
Een ACE remmer of ARB zorgt ervoor dat de efferente arteriole gaat dilateren. Ze verminderen de druk op de efferente arteriole
Als er ook een probleem is met de druk in de afferente arteriole door bijvoorbeeld een stenose of NSAID kan dit zorgen voor een onvoldoende perfusie. Het kan leiden tot nierinsufficiëntie
Wat is het effect van diuretica?
Lichaamsnatrium neemt af (Door blokkeren van NCC) waardoor het ECV afneemt. Het HMV en BD nemen ook af
Doordat het ECV afneemt zal de Renine en Aldosteron toenemen doordat het HMV afneemt en zal de perifere weerstand afnemen. Op langer termijn kan er hypokaliëmie ontstaan vanwege de compensatie mechanisme (ENaC kanaal)
Eindigt meestal op -ide. Meest bekende zijn Hydrochloorthiazide en indapamide. Ze blokkeren de Na kanaal
Wat is de belangrijkste bijwerkingen van diuretica (Thiazide)?
- Hyponatriemie
- Verwardheid, duizeligheid of vallen
- Jicht: Reumatische aandoening waarbij kristallen ontstaan door afvalproducten (pijn in grote teen)
Overig:
- Hypokaliemie
- Diabetes Mellitus
Wat is Kaliumsparende diuretica?
Meestal eindigend op -on. Meest bekende vorm zijn spironolacton, eplerenon. Ze zijn een antagonist van aldosteron
Bijvoorbeeld Amiloride, triamtereen (ENaC Antagonisten)
Deze grijpen aan op de Na/K ATPase
Spironolacton en eplerenon zijn ook kaliumsparende diuretica en blokkeren de MR-receptor
Goed te gebruiken bij hyperaldosteronisme
Werkt via de ENaC kanalen. Kan gecombineerd met Thiazidediuretica gegeven worden (Kan voor hyperkaliëmie zorgen)