Werkcollege 11D Flashcards

1
Q

wat laat een pup met parvovirusinfectie zien?

A

waterig, en soms bloederige, diarree
traag
braken
Vaak op jonge leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat de incubatietijd van parvovirus?

A

3-8 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoe infecteert een hond zich met parvo?

A

gaat via direct contact/omgeving. Parvovirus bevindt zich overal. De plaatsen waar infectiedruk (flink) stijgt, is de kans op infectie aanzienlijk groter.

Bij een fokker kan het virus binnenkomen via de eigenaar zelf, bezoekers, omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke cellen vermeerdert het parvovirus zich?

A

Het virus heeft voorkeur voor sneldelende cellen omdat het virus een ss DNA virus is en replicatie van een andere cel nodig heeft om te vermenigvuldigen. Het virus gaat in de crypten van de villi zitten. Hierdoor krijg je malabsorptie.
–> systemische ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Verklaar het bloederig aspect van de diarree (parvo)

A

volledige villi atrofie > complete beschadiging van de darmwand. Bloederig aspect is afhankelijk van hoeveelheid schade.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe kan de diagnose canine parvovirose definitief gesteld worden?

A
  • ELISA sneltest = feces; pas na een paar dagen infectie mogelijk vanwege detectiegrens.
  • PCR = detectiegrens lager dan PCR, maar duurt 2-3 dagen voor resultaat
  • Kwantitatieve PCR
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke behandeling wordt ingesteld bij parvo?

A
  • infuus met vocht en elektrolyten
  • antibiotica tegen secundaire infecties
  • anti-emesis
  • interferon = virusproductie wordt hiermee verminderd; zo vroeg mogelijk geven.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe weet je zeker dat een hond niet goed gevaccineerd is?

A

Hond is niet zomaar slecht gevaccineerd. Er moet gelet worden op maternale immuniteit (placenta en melk), omdat als de maternale immuniteit te hoog is dan kan dit de werking van het vaccin tegengaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoelang kan het parvovirus in de omgeving blijven zitten?

A

zeker 8 maanden, en soms zelfs veel langer. Alcohol en Detol zijn niet voldoende om het virus te doden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat kan een eigenaar doen om de kans op infectie en ziekte bij een nieuwe pup te doen verminderen?

A
  • huis reinigen met juiste middelen

- oudere pup nemen waarbij vaccinaties zijn aangeslaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

zijn honden gevoelig voor het porcine parvovirus of feilen panleukopenievirus?

A

nee, heel diersoort specifiek. Hoewel nieuwe varianten dichterbij elkaar zijn gaan liggen. T.z.t. zijn besmettingen vanuit andere varianten mogelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe kan ELISA vals negatief uitkomen?

A
  1. te weinig virus gebruikt (te vroeg of te laat gemeten)
  2. als er veel IgA in het darmkanaal zit dan kan dit gaan binden aan het virus. Hierdoor kan het virus niet binden aan de AL van de ELISA.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

SPF dieren

A

specific pathogen free dieren; dieren die in een omgeving leven waarin geen pathogenen aanwezig zijn. Geen immuniteit nodig tegen ziekteverwekkers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe infecteert het dier zich met rotavirus?

A

via omgeving of mensen, andere dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

incubatietijd rotavirus

A

24 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de functie van glucose in ORS?

A

de biggen worden hiermee gerehydreerd > meer elektrolyten, glucose (zuigt water naar binnen + energie) en glutamine (stofje nodig voor enterocyten).

17
Q

ORS

A

oral rehydration solution, bevat 0,9% NaCl, glucose en glutamine

18
Q

wat voor type virussen zijn parvo en rota?

A

resistente omgevingsvirussen > geen envelop.

19
Q

wat is het reactiepatroon van de darm gedurende rota-infectie?

A

de toppen van de villi worden aangetast > malabsorptie

Crypten gaan hierdoor heel snel delen = regeneratieve vermogen heel snel.

20
Q

Rotavirus DNA of RNA?

A

RNA virus; minder variatie maar hele snelle verandering in gen van virus.

21
Q

hoe kan rotavirusinfectie gesteld worden?

A

latex agglutinatietest = antigeentest op feces

22
Q

in het verloop van een rotainfectie lijkt de darm gevoeliger te worden voor bacteriële infectie. Welke bacteriële infecties kunnen dan een rol spelen?

A

Jonge cellen hebben nog geen glycocalyx laag, dus worden snel aangevallen. (top van villi).
E.coli en salmonella kunnen dan snel gaan vermeerderen en pathogeen worden.