VO's week 1 Flashcards
prokaryoten
bacteriën
eukaryoten
- fungi
- parasieten
verschillen prokaryoten en eukaryoten
- prokaryoten geen kern: DNA los in cel
- prokaryoten haploïd en plasmiden (cirkelvormige stukken DNA)
- prokaryoten geen mito
- pro geen ER
- pro kleine ribosomen
- pro geen golgi
bacteriën onderverdeling obv vorm
- staafvormig
- bolvormig: liggen un duo’s, ketens of in trossen
- kommavormig
- spiraalvormig
verschillende manieren waarom bacteriën aan het immuunsysteem ontsnappen
- uitscheiding toxines
- kapselvorming
- remmen van fagocytoom-lysozoom fusie
- catalase breekt water af
- remming/activering van IFN
- verlagen van APC-vermogen
- ontsnappen aan fagocytoom en overleven in het cytoplasma
gramkleuring
- gebaseerd op een verschil in celwandstructuur
- onderscheidt gram-positief en -negatief
waaruit bestaan bacteriële celwanden?
peptidoglycaan
gram-positieve bacteriën
- dikke peptidoglycaanlaag
- na kleuring ondoorlaatbaar voor ethanol; behouden paarse kleur
gram-negatieve bacteriën
- dunne peptidoglycaanlaag
- ontkleuren na toevoeging van ethanol; kleuren rood door nakleuring met fuchsine
- hebben om de dunne peptidoglycaan laag nog een extra buitenmembraan: lipopolusaccharidemembraan (LPS)
ziehl-neelsen kleuring
- voor bacteriën die door een bijzondere celwandsamenstelling met lipiden niet met gramkleuring kunnen, bv mycobacteriën
- mycobacteriën kunnen na kleuring de kleurstof vasthouden in aanwezigheid van zoutzure ethanol. ze zijn roze. de andere bacteriën blauw
schimmels
- meercellig
- netwerk (mycelium) van langgerekte cellen die ketens (hyphen) vormen. hieruit ontwikkelen zich structuren die via ongeslachtelijke voortplanting sporen (conidia) produceren
gistcellen
- eencellig
- snoeren zich af door knopvorming (ongeslachtelijke voortplanting)
stappen gramkleuring
- De bacteriën worden eerst gefixeerd op een objectglaasje door verhitting.
- Vervolgens wordt het preparaat gekleurd met kristalviolet, een paarse kleurstof.
- Daarna wordt Lugol’s jodiumoplossing toegevoegd, wat een complex vormt met het kristalviolet.
- Dit complex wordt moeilijk oplosbaar in bacteriën met een dikke celwand (peptidoglycaanlaag).
- Vervolgens wordt het glaasje gespoeld met alcohol of aceton (decolorisatie).
- Gram-positieve bacteriën houden de paarse kleur vast vanwege hun dikke peptidoglycaanlaag.
- Gram-negatieve bacteriën verliezen de paarse kleur omdat hun dunne peptidoglycaanlaag en buitenmembraan het complex niet vasthouden.
- Tot slot wordt een tegenkleuring, zoals safranine of fuchsine, aangebracht, waardoor Gram-negatieve bacteriën roze/rood kleuren.
wat helpt bacteriën groeien?
Water, mineralen, koolhydraten, eiwitten, vitamines’
wat stopt bacterie groei?
Antibiotica, galzouten, zuren
interne en externe bescherming systemen
Extern: huid, muceuze membraan, flora
Intern: complement systeem, humoraal systeem en cellulair
lysozyme
enzym dat betrokken is bij de afbraak van peptidoglycaan. aanwezig in alle lichaamsvochten (speeksel, traanvocht, zweet, slijm)
wordt uitgescheiden door epitheel cellen
zijn gram-negatieve bacteriën gevoelig voor lysozym?
nee; lipopolysacchariden zijn ongevoelig voor lysozym
wat doet complement?
ervoor zorgen dat het fagocytoseproces efficiënter verloopt
E-coli
gram negatief
M luteus
gram positief
opheldering buis
gram positief dus gevoelig voor lysozym
IgA
- aanwezig in moedermelk
- kan de aanehchting van pathogenen vermidneren