H2.4: Onstekingsreactie in de 21ste eeuw Flashcards
klinische symptomen ontsteking
- rubor (rood)
- calor (warm)
- dolor (pijn)
- tumor (zwelling)
- functio laesa (functieverlies)
ontstekingsreactie definitie
reactie van gevasculariseerd weefsel op beschadiging met als doel jhet elimineren van de schadelijke agens en het in gang zetten van het herstel van de schade
belangrijkste kenmerken onstekingsreactie
- onderverdeeld in acute/actieve en chronische fase
- bestaat uit een vasculaire en cellulaire reactie
- gemedieerd door ontstekingsmediatoren (cytokinen en chemokinen)
- reactie op of geactiveerd door (schadelijke) agens
- eindigt als de schadelijke agens weg is en de ontstekingsmediatoren weg zijn
- hangst nauw samen met weefselherstel
- kan schadelijk zijn (auto-immuun, atherosclerose, contracturen)
overzicht acute ontsteking en herstel
- schade
- vasculaire veranderingen
3a. adhesie &transmigratie
3b. chemotaxis & fagocytose - herstel
oorzaken ontstekingsreacties
- infecties
- weefselnecrose
- immunologische reacties
- genetische afwijkingen
weefselnecrose
door celbeschadiging en celdood komen uit cellen stoppen (atp, dna, urinezuur) die de ontsteking in gang zetten:
=ischemie (bv hartinfarct)
=fysieke prikkels (trauma, straling, verbranding)
=chemische prikkels (toxisch, medicatie)
=lichaamsvreemde stoffen (splinter, hectdraad, stof, vuil)
infecties
detectie (via oa Toll-like R) van bacterien, virussen, schimmels en parasieten
immunologische reactie
bij oa auto-immuunziekten door antigen-antilichaamcomplexen, cytotoxische T-cel reacties, complementactivatie wordt de ontstekingsreactie in gang gezet
genetische afwijkingen
bv mutaties in genen die geassocieerd zijn met MDS en auto-inflammatie
vasculaire reactie
veranderingen in de circulatie bij ontsteking:
- verwijding vd vaten
- vetraging vd bloedstroom
- uittreden van eiwitten en ontstekingscellen
exsudaat
veel eiwitten treden uit, samen met het vocht dat ook uittreedt. \
bij ontsteking
transudaat
eiwitarmvocht treedt het bloedvat uit. er is niet genoeg eiwit in het bloedvat, dus niet genoeg osmotische druk, om het terug te trekken. bv bij hongersnood
verschil transudaat en exsudaat (!)
kijk andere flashcards
waarom is het belangrijk aspect dat bloedstrom vetraagt bij onsteking?
geeft cellen de gelegenheid om uit te zakken van het midden vd bloedstroom naar de wand . de cellen die hierbij een rol spelen, neutrofiele granulocyten, monocyt, en lymfocyt
rol monocyt
als hij uittreedt wordt hij macrofaag
rol lymfocyt
stuurt het geheel aan
cellulaire reactie bij onsteking 3 onderdelen
- leukocyt adhesie, transmigratie en chemotaxis
- leukocyt activatie
- fagocytose en afbreken van de schadelijke agens
leukocyt adhesie, transmigratie en chemotaxis hoe?
omdat de bloedstroom vetraagt, zakken ze naar de wand en gaan eerst een beetje rollen, dan plakken ze aan de wand, dan gaan ze er doorheen. dan gaan ze op zoek naar de schadelijke agens
fagocytose en afbreken van schadelijke agens
waardoor wordt het uittreden van de leukocyt gemedieerd?
CD31; PECAM-1?
adhesie en transmigratie
docu
endotheel membraan eiwitten
- E-selectine: verindt met L-selectine
leukocyt membraan eiwitten
- L-selectine: verbindt met E-selectiine
- integrines
regulatie en activati van expressie adhesiemoleculen op endotheel en leukocyten door …
cytokinen en chemokinen
cellulaire reactie: activatie hoe?
- histamine en trombine zorgen ervoor bij endotheelcellen dat P-selectine op het celmembraanoppervlak komt.
- IL-1 en TNF induceren endotheliale adhesie moleculen
- chemokines zorgen ervoor dat liganenden extra goed kunnen aanhechten
chemotaxis hoe?
leukocyt migreert van gebied me lage concentratie ontsteking naar hoge
hoe gebeurt die activatie?
receptoren herkennen microben en mediatoren en die geven dan cytoskelet verandering en induceren dan chemotaxis.
maar ook doen die receptoren macrofaag klaarmaken.
eenmaal aangekomen bij de schadelijke plek , moet leukocyt gaan opruimen
bacterie wordt opgegeten dmv R. wordt fagosoom. versmelt met lyso en wordt fagolysosoom. enzymen doen dan doodmaken
volgorde van influx van verschillende leukocyten
- neutrofiel
- monocyt/macro
wat voor effecten hebben onstekingsmediatoren?
pleiotrope: 1 molecuul kan meerdere effecten hebben. zowel pro- als anti-inflammatoire
NO pleiotrope effecten
- zorgt voor vasodilatate : pro
- zorgt voor minder adhesie : anti
uit welke 2 groepen zijn ontstekingsmediatoren afkomstig?
- uit lever; circuleren in voorloper vorm in het bloed en worden pas op de plek geactiveerd
- lokale mediatoren
mediatoren uit lever
- complementfactoren
- stollingsfactoren
ontstekingmediatoren mechanisme
fosfolipase breekt lipiden in membraan af. wordt omegzte in arachidonzuur. door COX omgezet in prostaglandine.
steroiden remmen….
phospolipase
lokale mediatoren hebben ook systemische goede effecten
- koorts
- acute fase eiwitten (CRP bv)
- beenmerg gaat meer leukocyten uitstoten
MEMORAID MAKEN NU IN DOCU
lokale mediatoren hebben ook systemische slechte effecten
- minder output
- thrombusvorming verhoogde kans
- insuline resistentie
C3a zorgt voor
recruitment en activatie van leukocyten. en MAC
ontstekingsmediatoren uit de lever: interascties tussen de 4 plasma mediator systemen (clotting cascade, complement cascade, fibrinolytic systeem, kinine cascade) geactiveerd door factor XIIa, omegzet uit factor XII door necrose, geëxposeerd collageen etc (beschadigd weefsel)
hangt allemaal samen
beëindiging vd acute ontstekingsreatcie
- schadelijke prikkel is weg
- pro-ontstekingsmediatoren downreguleerd
- anti-ont.med. opgereguleerd
- herstel in gang gezet
wat speelt rol bij herstel?
macrofaag!
maakt OF eiwitten die hem agressief maken => ontsteking; M1: classiek geactiveerde macrofaag. door IFN-gamma en microorgansiemn
OF eiwitten die voor herstel zorgen. alernatief geactiveerde macrofaag. M2. maakt groeifactoen, door IL-13 en -4.
memoraid maken van docu
klinisch 2 soorten herstel
- herstel van weefsel/parenchym in zijn oorpronkelijke vorm (per primam regeneratie)
- herstel doro vorming bindweegsel (per secundam-scar formation)
dit is afhankelijk van
- wel fo niet aanwezig zijn vans tamcellen
- proliferatieactivaiteit van het weefsel
- mate van beschadiging vd extracellulaire matrix
waaardoor worden stamcellen aangetsuurd
cytokinen tn transcriptefactoen
3 soorten signalering naar stamcellen
- autocrien
- paracrien: naburige cel
- endocrien: via bloed hormonaal
herstel hoe werkt het als het signaal van buiten eenmaal is aangebokemn
- via ctyoskelet
- of via signaaltrandductiepathways
zoek deze vage kutzooi nog maarop
herstel diahgram
nu docu mak memordaid