DutchPod101 Level 4 Expressions and Prepositions Flashcards
1
Q
good to see you
A
goed u eens te zien
2
Q
how exactly is this
A
hoe zit dat precies
3
Q
well over a year
A
ruim een jaar
4
Q
one and a half years
A
anderhalf jaar
5
Q
by the end of the week
A
tegen het einde van de week
6
Q
in the next few days
A
in de komende dagen
7
Q
don’t worry
A
maak je geen zorgen
8
Q
behave yourself!
A
gedrag je!
9
Q
I really insist that
A
ik sta erop dat
10
Q
in connection with
A
in verband met
11
Q
to want to get rid of
A
kwijt willen
12
Q
on the other hand
A
daar staat tegenover dat
13
Q
what if we would
A
en als we nu eens
14
Q
surely not
A
nee toch
15
Q
until further notice
A
tot nader order