4.7 Enkelletsels Flashcards

1
Q

kenmerken enkelbandletsels

A

ongeveer 600.000 enkelbandletsels per jaar in NL
- 90% door sport

50% medische behandeling
20% blijvende instabiliteit
ziekteverzuim gemiddeld 2,5 weken

enkelfractuur prevalentie 7-16%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke ligamenten zitten tussen de fibula en de tibia? wat is hun functie

A

lig tibiofibulare posterior (achterste syndesmose= verbinding)

lig. tibiofibulare anterior (voorste syndersmose)

functie: stabilisatie van de enkelvork

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

welke logamenten zitten in het laterale bandcomplex en wat is hun functie?

A

lig. talofibulare anterior
lig. talofibulare posterior
lig. calcaneofibulare

functie: geeft beperking in inversie, anterieure verplaatsing en endorotatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welk ligament vormt het mediale bandcomplex en wat is de functie

A

lig deltoideum

geeft beperking in
- eversie
- laterale verplaatsing talus
- exorotatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

zeg wat over de congruentie van de enkel

A

congruentie: gelijkvormigheid van 2 meetkundige figuren

het bovenste spronggewricht is congruent voor alle posities van de talus, van volledige dorsaal- naar plantairflexie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe diagnose enkelbandletsel?

A

anamnese
- traumamechanisme, pijn

lichamelijk onderzoek
- haematoom, instabiliteit

testen
- voorste schuiflade test
- inversie stress test
- eversie stress test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

kenmerken inversietrauma

A

voetzool draait naar mediaal

laterale enkel-ligamenten beschadigd
- deze beweging gebeurd relatief makkelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kenmerken eversietrauma

A

voetzool draait naar lateraal

mediale enkel ligamenten beschadigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de voorste schuifladetest?

A

duwt enkel naar achteren en trekt voet naar voren.
- positief als 4 mm uitslag

lig. talofibulare anterior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de inversie stress test (talar tilt)

A

draait voetzool naar mediaal (inversie)
- positief bij uitslag 5-10 graden

lig. calcaneofibulare

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de eversie stress test

A

draait de voetzool naar lateraal (eversie)

lig. deltoideum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

behandeling enkelbandletsel

A

afh van ernst

zwelling voorkomen
- zwachtelen, koelen (ter pijnstilling)

oefenen binnen pijngrens

zware belasting vermijden

evt brace

evt fysio voor propriocepsis training

cave: chronische instabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe diagnose enkelfractuur

A

anamnese
- traumamechanisme
- pijn

LO
- beoordeel waarschijnlijkheid fractuur tegenover bandletsel mbv Ottawa Ankle Rules

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn de ottawa ankle rules?

A

een X enkel is alleen nodig als er pijn in malleolaire zone is met
- drukpijn over de uiterste zes cm van de distale fibula of
- drukpijn over de uiterste zes cm van de mediale malleolus of
- als voet onbelastbaar is

  1. een x-voet is alleen nodig als er pijn in middenvoet is met
    - drukpijn over de basis van metatarsale vijf (aanhechting peroneuspees); of
    - drukpijn over het os navicular of
    - als voet onbelastbaar is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

welk AO bij enkelfractuur

A

bij verdenking hoog fibulafractuur foto gehele onderbeen

  • cave maisonneuve fractuur (scheur van de membrana interossei + breuk fibula)
  • cave fracuur basis MT 5
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de classificatie van Weber voor enkelfracturen

A

A: fibula infra-syndesmotisch
B: fibula trans-syndesmotisch
C: fibula supra-syndesmotisch

17
Q

kenmerken classificatie Lauge-Hansen bij enkelfractuur/ hoe is deze opgesteld

A

relatie traumamechanisme met fractuurtype
- nauwkeuriger dan Weber

stand voet als uitgangspositie
- supinatie
- pronatie

richting inwerkende krachten (talus tov tibia)
- abductie
- adductie
- exorotatie

18
Q

wat is de Lauge-Hansen supinatie-abductie classificatie bij enkelfractuur

A

= weber A

Lauge-Hansen supinatie-abductie
1. distale fibula/ laterale ligamenten
2. mediale malleolus (stijle fractuur)

19
Q

wat is de Lauge-Hansen supinatie-exorotatie classificatie bij enkelfractuur

A
  1. anterieure syndesmose
  2. fibula
    3: posterieure syndersmose/ tertius
    4: lig. deltoideum/ mediale malleolus
20
Q

wat is de Lauge-Hansen pronatie-abductie classificatie bij enkelfractuur

A

= weber c

I. lig. deltoideum/ mediale malleolus
II. syndesmose/ tertius
III distale fibula

21
Q

wat is de Lauge-Hansen pronatie-exorotatie classificatie bij enkelfractuur

A

I. lig. deltoideum/ mediale malleolus
II. anterieure syndesmose/ membrane interossae
III. fibula (hoog)
IV. posterieuse syndesmose/ tertius

22
Q

behandeling enkelfractuur

A

doel: streven naar stabiliteit en naar congruentie

anatomische abnormalteit–> veranderde biomechanica–> artrose

exacte anatomische repositie voorkomt vroege artrose

Cave: 1mm laterale verschuiving geeft 40% afname gewrichtsoppervlak

ligamenten even belangrijk voor congruentie als bot

23
Q

technieken voor behandeling enkelfractiir

A

trekschroef
neutralisatieplaat
stelschroef
zuggurtung
fixateur externa