1B3 - W15 - HC10 Harttransplantatie Flashcards

1
Q

Wat is een indicatie voor een harttransplantatie?

A
  • Eindstadium hartfalen.
  • Optimale conventionele behandeling (medicamenteus, devices (ICD, kleppen).
  • Goede compliantie, leefregels, dieet.
  • Geen andere interventies mogelijk.
  • Aanzienlijke winst te verwachten in duur en kwaliteit van leven.
  • Geen behandeling comorbiditeit (behouden nierfunctie en goede longfunctie).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe duidt de NYHA klasse?

A

I: Geen beperkingen
II: Milde klachten bij normale inspanning
III: Klachten bij geringe inspanning
IV: Klachten in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is eindstadium hartfalen?

A
  • NHYA klasse III, afwisselend IV.
  • Vochtretentie, moeheid, dyspneu, slechte eetlust en cachexie.
  • Frequent ziekenhuisopnames
  • Aan huis gebonden
    Ondanks optimale behandeling:
  • ACE-I/ARB/ARNI, BB, MRA, SGLT2i, diuretica.
    i ICD, CRT-D, MiltraClip.
  • Dieet: natriumbeperking en vochtbeperking. Correctie oorzakelijk, bijdragen factoren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn contra indicaties van een harttransplantatie?

A
  • Niet beinvloedbare pulmonale hypertensie
  • Infectie/focus voor infectie
  • Nierinsufficientie/leverinsufficientie
  • Ernstig vaatlijden buiten het hart
  • Diabetes + orgaanschade
  • Ziekten met beperkte prognose
  • Problemen t.a.v. behandeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer wordt tijdelijk mechanische ondersteuning gegeven?

A

Wanneer de cardiac output zo laag is dat de functie van alle organen wordt bedreigd (cardiogene shock).

Op korte termijn: als brug naar beslissing en herstel bij ernstig acuut hartfalen. En voor herstel van eind-orgaan schade, zodat patient voor lange-termijns optie in aanmerking komt.

Op de lange termijn: LVAD/BIVAD als ‘bridge to transplant’ en destination therapie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn soorten van mechanische ondersteuning?

A
  • Intra-aortale ballonpomp (IABP)
  • ECMO
  • Left Ventriculair Assist Device (LVAD)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doet de IABP?

A

Blaast zich op tijdens diastole > perfusie coronairen beter > hart beter werken ermee. Tijdens systole leeg gaan > windketel effect waardoor de afterload verminderd wordt voor het hart.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een ECMO en hoe werkt het?

A

Tijdelijke ondersteuning voor enkele dagen tot paar weken. Via a. femoralis > aorta descendens en v. femoralis > ter hoogte van rechter boezem. Het bloed wordt weggezogen uit de veneuze circulatie, vervolgens door een pomp door de membraan oxygenator gebracht (van O2 voorzien en CO2 uitgewassen) > terug gegeven via arteriële canule in aorta.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke 2 typen ECMO zijn er?

A
  1. Veno-arteriele ECMO: ondersteunt hart en longen.
  2. Veno-veneuze ECMO: ondersteuning longen bijv. bij respiratoire insufficientie bij pneumonie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke 2 technieken bestaan er van harttransplantatie?

A
  • Bi-atriaal: boezems van de ontvangers blijven staan.
  • Bi-cavaal: rechts aangesloten op v. cavae en links op boezem achterwand.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe werkt DCD?

A

5 min overlijdens tijd
Max 30 min functionele ischemie > hart in box en perfunderen in een box.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn problemen van harttransplantatie op de korte termijn?

A
  • Chirurgisch: bloeding en tamponade.
  • Primaire functie donorhart: gezond donorhart, goede preservatie en korte ischemie duur < 4 uur.
  • Pulmonale hypertensie: longvaatweerstand niet te hoog.
  • Geleidingsprobleem: tijdelijke pacemaker.
  • Acute rejectie: immunosuppressie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat kan er bij linkszijdig hartfalen ontstaan?

A

Pulmonale hypertensie, hierbij:
PA druk stijgt, RV druk stijgt, RA druk stijgt & PV druk stijgt, LA druk stijgt en LV druk stijgt. Uiteindelijk krijg je rechterkamer falen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn lange termijn post-transplantatie problemen?

A
  • Rejectie: immunosuppressiva en regelmatige controle.
  • Coronairlijden: PCI soms CABG
  • Maligniteiten: PTLD (EBV infectie/reactivatie) en solide tumoren (lange termijn).
  • Gevolgen medicatie: intensieve begeleiding en goede compliance
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke vormen van immunosuppressiva krijgen patienten bij een harttransplantatie?

A

Direct na harttransplantatie: sterioden (prednison), anti-thymocytenglobuline (R-ATG) > suppressie T-cellen en insluipen overige immunosuppressiva.

Tijdens opname: prednison afbouwen en starten met tacrolimus (cyclosporine/everolimus) en mycophenolaat mofetil.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn gevolgen van immunosuppressiva?

A

Infectie: nierinsufficientie.
Maligniteiten zoals: hypertensie, DM, tremoren, spierkrampen, hirsutisme, osteoporose, gingiva overgroei en cerebrale afwijkingen

17
Q

Wat is een verschil in complicatie op lange en korte termijn?

A
  • Kort: chirurgisch/PHT, rejectie en infectie.
  • Lang: maligniteit, coronairlijden en orgaanschade