1B2 - W11 - HC4 Samenwerking bij het diagnosticeren van een pulmonaal ziektebeeld Flashcards
Wat zijn kenmerken van fenomeen van Renoud?
Reumatische ziekten > blauw/witte vingers
Wat is er in de secundaire lobuli te zien?
Kleinste longeenheid omgeven door bindweefsel.
In de wand: venen en lymfe.
Centraal: bronchie en arteriën.
Beoordeling longwindow?
Wat is het patroon?
- Nodulair
- Reticulair: bijv. honeycombing.
- Verhoogde densiteit: matglas (vaten te zien) en consolidatie (witte vlek zonder vaten te onderscheiden).
- Verlaagde densiteit: bijv. cysteuze afwijkingen, emfyseem.
Waar zitten de afwijkingen?
- Apicaal, midden, centraal, basaal of diffuus.
Hoe zie je trachiectasien op een CT?
Wijde gebieden in matglas gebieden
Hoe onderscheiden UIP, NSIP, DIP en EAA zich van elkaar?
- UIP geen matglas op de voorgrond
- NSIP heeft een grof patroon (kan gekozen worden bij coronair vasculaire ziekte)
- EAA past bij een patient die vogels houdt.
- DIP is ook gecorreleerd bij roken.
Wat doen de poriën van Kohn?
Zorgen dat de druk over de hele acinus gelijk is.
Hoe vertakt de bronchus uiteindelijk in een alveoli?
Bronchus vertakt tot kraakbeen overblijft > bronchiolus (met glad spierweefsel) > terminale bronchiolus > respiratoire bronchioli > alveolaire ducti > alveoli (gasuitwisseling)
Wat voor patroon geeft UIP patroon?
IPF
Waar is de NISP aan verwand?
- Toxisch, medicamenteus
- Collageen vasculaire ziekte gerelateerde interstitiele longziekte
Behandeling
Immuunsysteem onderdrukkers > longen en handen + fibrose remmers.
Waarbij passen anti SCL70 antilichamen?
Klinisch bij diffuse systemtische sclerose.
- Auto-immuun ziekte van onbekende origine.
- Gekenmerkt door overmatige collageen depositie in organen (slokdarm, long).
- Beschadiging capillairen.
Vingers: nagelbed capillaroscopie