1.B.14 - HC.5 tubulaire aandoeningen Flashcards

1
Q

Wat zijn gevolgen van tubulaire afwijkingen?

A
  • verminderde GFR
  • proximale functiestoornis (Fanconi syndroom) met glucosurie, fosfaturie, proximale RTA, etc
  • distale renale tubulaire acidose (dRTA)
  • tubulaire proteinuirie (<3,5 g/dag
  • polyurie
  • natriumverlies en hyperkaliemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kunnen de tubulaire aandoening worden onderverdeeld?

A
  • erfelijke tubulaire aandoeningen: cystenieren (ADPKD), bartter/Gitelman/Liddle’s syndroom, nefrogene diabetes insipidus
  • acute tubulus necrose
  • acute interstitiele nefritis
  • chronische tubulo-interstitiele ziekten: analgetica nefropathie, Chinese kruiden nefropathie, balkan nefropathie, chronische urinewegobstructie, sikkelcelziekte, afstoting niertransplantaat (kan ook acuut)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is cystenieren en hoe ontstaat het?

A
  • ADPKD: autosomale dominante polycysteuze nierziekte
  • klachten: last van organen uit tractus digestivus door plaatsgebrek
    1. tubuluscellen profileren in verkeerde richting –> nieuwe tubuli/blaasjes
      1. mutatie eiwitten (polycystine I en II) in primaire cillien –> verstoren polariteit van cel –> transportrichting omdraaien –> veel vloeistof cel in –> cysten steeds groter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is bartter/Gitelman/Liddle’s syndroom en hoe onstaat het?

A
  • syndroom van Bartter: fout in NKCC2-transporter –> symptomen lijken op resultaat lisdiuretica
  • Gitelman syndroom: fout in NCC-transporter
  • Liddle’s syndroom: fout in ENaC-kanaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is nefrogene diabetes insipidus en hoe ontstaat het?

A
  • niet werken circulerend ADH –> stoornis concentratievermogen nieren
  • oorzaak: mutatie vasopressine receptor of aquaporine-2-gen
  • X-gebonden
  • symptomen: polyurie en polydipsie (veel dorst)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is acute tubulus necrose (ATN)?

A
  • vorm van acute nierinsufficientie
  • prerenale factoren –> hypoperfusie –> ischemie
  • reversibel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is acute tubulo-interstitiele nefritis?

A
  • ontsteking van interstitium en de tubuli
  • kenmerken: infiltraat van eosinofiele granulocyten
  • exantheem: rode vlekken op huid
  • oorzaak: medicatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is analgetica nefropathie?

A
  • langdurig gebruik van pijnstillers –> onomkeerbare schade nieren
  • histologisch beeld: glomeruli volledig afgestorven en fibrose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is Chinese kruiden nefropathie en Balkan nefropathie>

A

aristochelic acid –> fanconi syndroom met proximale renale tubulaire acidose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is chronische urinewegobstructie?

A

langdurige urinewegobstructie –> urine uit blaas teruglopen door ureter(s) naar nier –> nierkelken gaan opzetten –> renale nierinsufficientie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is sikkelcelziekte?

A
  • erfelijke afwijking –> rode bloedcellen lopen vast in kleine bloedvaten ook vasa recta –> hypoperfusie –> distale tubulaire functiestoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is afstotingsreactie niertransplantaat?

A

kan zowel acuut als chronisch verlopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly