W3HC9: Aangeboren hartafwijkingen Flashcards
Ventrikelseptumdefect VSD
- gaatje in tussenschot
- deel vh bloed uit de LV gaat via de RV de a. pulmonalis in ipv de aorta: O2rijk bloed gaat nog een keer langs de longen
- de baroreceptoren in de aorta meten een te lage bloedduk waardoor het hart harder gaat werken -> LV wijder
- Links-rechts shunt, volumebelasting LV
Outlet VSD
Gaatje vlak onder kleppen naar de grote slagaders
Inlet VSD
Gaatje bij kleppen van de boezems
Musculeus VSD
Gaatje in het spierdeel van de septum, kan spontaan dichtgaan
Atriumseptumdefect ASD
- boezem-tussenschot gaatje: defect tussen beide boezems, geeft geen klachten
- bloed stroomt uit LA naar RA omdat de druk links hoger is dan rechts. Extra bloed gaat nu door de RV -> wijder zodat er genoeg bloed links terecht komt
- links-rechts shunt, volumebelasting RV
ASD type II
Midden in atrium-septum
ASD type I
Vlak bij kleppen
Sinus venosus defect
Bij ingang van v. cava inferior/superior
Open ductus arteriosus
- nodig in foetale circulatie
- sluit meestal spontaan na geboorte
- links-rechts shunt, volumebelasting LV
- extra bloed door longen -> via LV naar aorta -> daar weer deel door longen: volumebelasting links
Pulmonalisklepstenose
Hart moet harder pompen om bloed door een kleiner gaatje te krijgen -> RV wordt dikker: hypertrofie
Geleidelijke progressie stenose mogelijk
Congenitale aortastenose
Bicuspide klep, waardoor meer kans op lekken of vernauwing
Geleidelijke progressie mogelijk
Vaak bijkomende dilatatie van ascenderende aorta
Atresie
Ondoorgangelijk
Atresie van de tricuspidalisklep
Geen bloed van RA naar RV: Rv wordt niet aangelegd want er gaat geen bloed doorheen: monoventrikel, in leven bij gratie ASD en VSD
Agenesie
Niet aangelegd
Coarticatio aortae
Lokale vernauwing in de distale aortaboog, het bloed gaat via collateralen een weg maken om toch naar beneden te komen
Hypertensie in de bovenste lichaamshelft