W1HC5 Extrinsieke beschadiging van de long Flashcards

1
Q

Pneumoconiosen

A

Longaandoeningen door inademen van anorganische stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ultra-fine particles/nano particles

A
  • komen diep in de longwegen terecht
  • kleiner dan 100 nm
  • kunnen membranen passeren
  • effect afhankelijk van samenstelling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Antracosis

A

Kleine zwarte lijnen om lobuli van de longen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vormen chronische pneumoconiose

A
  • Fijn nodulaire afwijkingen bovenvelden

- Uitgebreide fibrose: progressieve massieve fibrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Extrinsieke allergische alveolitis (EAA)

A

Ziekte door herhaalde inhalatie van een allergeen

  • allergische reactie op bepaalde deeltjes die je inademt
  • dierlijke eiwitten, bacteriën, schimmels, chemicaliën
  • ziekte afhankelijk van antigeen, exposure en gastheerfactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Berylliose

A
  • blootstelling aan Be
  • type IV overgevoeligheidsreactie
  • granulomen in de long
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Pathofysiologie extrinsieke longziekte

A
  • partikels < 5 um reiken diep genoeg in luchtwegen
    Histologische triade:
  • Cellulaire interstitiële pneumonie (NSIP, lymfocyten)
  • Cellulaire bronchiolitis
  • Granuloom vorming
    Uiteindelijk ontwikkeling van fibrose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Clubbing

A

Trommelstokvingers: bij chronische EAA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Squeeks

A

Bij inademing, kleine bronchioli knappen dan open: bij acute EAA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Longfunctie extrinsieke oorzaken

A
  • vaak maar weinig obstructie
  • soms lichte BHR
  • restrictie bij fibrose
  • diffusie vermindering bij fibrose
  • desaturatie bij inspanning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Lab en BAL (longspoelen)

A
  • aanwezigheid IgG antistoffen
  • negatieve bindingen sluiten EAA niet uit
  • bij BAL vindt je lymfocytaire ontsteking: lymfocytose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bronchiolitis: acuut vs chronisch

A

Acute EAA: cellulaire ontsteking

Chronisch EAA: fibrotische afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Therapie EAA

A
  • vermijden contact
  • ontstekingsziekte: prednison in acute fase
  • rituximab: anti-B-celmiddel, bijna nooit gebruikt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly