W13HC1: Biologie van veroudering Flashcards
1
Q
Geïsoleerde systolische hypertensie bij ouderen
A
- bloedvaten veranderen: atherosclerose, minder elastine filamenten
- bloedvat is stijver -> bloedflow sneller -> terugkaatsende golf vindt plaats tijdens de systolische fase -> hoge systolische bloeddruk, ten koste van de diastolische
- > meer werk voor het hart, LV hypertrofie en een te lage diastolische bloeddruk kan het risico op MI verhogen
2
Q
Renale veroudering
A
- nieren krimpen, worden een beetje kleiner
- renale bloedflow: neemt af met leeftijd
- minder weerstand in de afferente arterie -> toename glomerulaire capillaire druk -> schade in de nieren met sclerose van de glomeruli
- auto-regulatie vd nier is minder efficiënt
3
Q
Veranderingen in lichaamscompositie
A
- toename lichaamsvet
- afname plasma volume
- afname totale lichaamswater
- afname ECV
- spiermassa neemt af en vetinfiltratie in de spier