W10HC2: Werkingsmechanisme ACTH en cortisol biosynthese Flashcards

1
Q

Opbouw cortex bijnier

A
  • zona glomerulosa: maken aldosteron, afgifte geregeld door AngII en K+
  • zona fasciculata: maken cortisol, geregeld door ACTH
  • zona reticularis: maken androgenen, geregeld door ACTH
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Medulla

A

Daar worden catecholamines gemaakt: (nor)adrenaline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Biosynthese van bijniersteroïden

A
  • LDL bindt aan LDLR op de bijniercel -> clustering van receptoren -> wordt geïnfagineerd -> in bijniercel komt cholesterol vrij
  • StAR zorgt dat cholesterol gebonden wordt en over het mitochondriale membraan wordt getransporteerd
  • daar komt het in contact met CYTP450 cleavage enzym (snelheidsbepalende stap
  • deel omzetting in mito, deel in gladde ER
  • een aantal enzymen zorgen uiteindelijk voor omzetting precursors
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Omzetting cholesterol naar aldosteron

A
  • eerste precursor is pregnenolon, hydroxylatie en oxidatieve stappen vinden plaats, wordt gedaan door CYTP450SCC/CYP11A
  • na allerlei stappen omzetting tot corticosteron
  • dan omzetting van CYP11B2 (zit alleen in de zona glomerulosa) tot aldosteron
  • zona glomerulosa heeft geen CYP17 waardoor er geen cortisol gevormd zal worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Omzetting cholesterol naar cortisol

A
  • ook vanuit pregnenolon
  • CYP17 zit in de binnenste en middelste laag, zet pregnenolon om
  • CYP11B1 (niet in binnenste laag) zet 11-deoxycortisol om naar cortisol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Omzetting cortisol naar androgenen

A
  • nog een extra cofactor aanwezig, b5, naast CYP17, en zorgt ervoor dat androgenen gevormd kunnen worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

CRH stimulatie

A

CRH bindt aan membraan receptor -> activeert second messenger systeem -> AC -> cAMP vorming -> PKA productie -> meer calcium de cel in -> ACTH afgifte door cel -> in bloedbaan -> bindt in bijnierschors aan membraanreceptor -> AC -> cAMP -> PKA -> stimulatie P450SCC afgifte en synthese enzymen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cortisol

A
  • glucocorticoïd
  • steroïdhormoon: werkt via kernreceptoren
  • beïnvloed glucose, eiwit en vet metabolisme
  • remt eiwitsynthese in weefsels
  • stimuleert hebruik van vetzuren als energiebron en verlaging gebruik van glucose
  • stimulering vd lever tot gluconeogenese en verhoging bloedglucose spiegel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Regulatie aldosteron afgifte

A
  • mineralocorticoïde
  • aldosteron stimuleert de uitscheiding van K en Na reabsorptie -> bloeddruk verhogend
  • door bloeddruk afname -> minder renine aanmaak -> angiotensinogeen wordt omgezet tot AngI -> AngII -> stimuleert aldosteron aanmaak
  • meer kalium excretie -> minder plasma K -> minder aldosteron
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cortisol kan binden aan aldosteron receptoren

A
  • hebben 6 ring structuur en lijken daardoor op elkaar
  • er is veel minder aldosteron dan cortisol, dus als aldosteron bindt maakt het niet zoveel uit
  • cortisol kan aan de mineralocorticoïde receptor binden: in de nier zit HSDII, dat cortisol omzet tot cortison: biologisch inactief
  • veel te veel cortisol -> enzym verzadigd -> cortisol toch binden aan receptor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Prednison

A

wordt herkent als cortisol -> minder ACTH -> minder cortisol en androsteendion afgifte -> hypofunctie bijnierschors -> te weinig cortisol om de stress respons te onderhouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Catecholamines aanmaak in de bijniermerg

A
  • wordt gevormd uit L-tyrosine -> omgezet tot dopamine -> in granulae omgezet tot noradrenaline -> exocytose
  • > of noradrenaline wordt omgezet tot adrenaline
  • stimulatie door angst, boosheid, stress, bloeding, hypoxie, hypoglycaemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly