Perceptuele ontwikkeling - hoorcollege 4 Flashcards

1
Q

wat is een patroon en wat is de functie van het zien in patronen?

A

als je een aantal elementen op een bepaalde manier rangschikt, vorm je een patroon.
een patroon is herkenbaar en kan daardoor als betekenisvol worden waargenomen.
door dingen als geheel te zien, kan men met de wereld omgaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat laat het onderzoek van Fantz zien?

A

dat baby’s het liefste gezichten waarnemen en anders patronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waar is de kijkvoorkeur (van gezichten en patronen) van baby’s op gebaseerd? (3)

A
  1. complexiteit (baby’s vinden complexere figuren interessanter)
  2. ronde vormen vinden baby’s interessanter
  3. licht-donker contrast (kijken baby’s vaker naar)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

lineaire systeemanalyse

A

houdt in dat mensen golven bestaande uit streepjes waarnemen. mensen analyseren heel veel streepjes tegelijk in hun hoofd waardoor zij licht en donker kunnen onderscheiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

externaliteitseffect

A

houdt in dat baby’s alleen kijken naar de buitenste vorm (het externe deel) van een figuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is het verschil tussen het globaal waarnemen van een stimulus en het lokaal waarnemen van een stimulus

A

globaal waarnemen –> verwerkt men het geheel van wat hij ziet
lokaal waarnemen –> verwerkt men informatie door te kijken naar de elementen van het geheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

interfereren

A

niet overeenkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

sociale perceptie

A

het waarnemen van gezichten als basis voor de sociale ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de visie van Piaget over de rol van gezichtsperceptie bij de sociale ontwikkeling

A

volgens Piaget hangt de sociale ontwikkeling samen met de cognitieve ontwikkeling, pas als een kind cognitief ontwikkeld is op een bepaald vlak, kan hij sociaal zijn op dat vlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de visie van Trevarthen over de rol van gezichtsperceptie bij de sociale ontwikkeling

A

niet eens met Piaget
volgens hem ontwikkelt het sociale aspect veel; eerder, want sociale uitwisseling vindt plaats vanaf de geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Trevarthen onderscheidt twee soorten sociaal gedrag van baby’s

A
  1. subjectiviteit (hiermee begint de sociale ontwikkeling)
    bewustzijn en intentionaliteit (een doel hebben in het gedrag)
  2. intersubjectiviteit
    kind gaat interactie aan met andere mensen, ook hier is sprake van intentionaliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat heeft het onderzoek van Meltzoff en Moore aangetoond (emoties)

A

hele jonge kinderen kunnen emoties van volwassenen imiteren
om gedrag te imiteren, moet je jezelf van anderen kunnen onderscheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

leg de tegenstrijdigheid uit tussen de visie van Piaget en het onderzoek van Meltzoff en Moore (emoties imiteren)

A

Piaget stelde dat het onderscheid tussen anderen en zichzelf pas volledig ontwikkeld is bij kinderen vanaf 8 maanden oud.
Meltzoff en Moore toonden aan dat pasgeborene dit al konden, alleen bij mensen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is het verschil tussen mensen en objecten? er zijn drie mogelijke verschillen die ervoor zouden kunnen zorgen dat kinderen anders reageren op poppen dan op hun moeder:

A
  1. beweging
  2. gedragsafstemming
  3. bewegingskarakteristieken (statisch-dynamisch)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kinderen hebben een voorkeur voor het kijken naar gezichten, maar naast dit hebben kinderen nog meer voorkeuren: (4)

A
  1. aantrekkelijke gezichten
  2. recht aankijken
  3. gezicht van eigen moeder
  4. eigen etnische groep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gezichtsblindheid

A

betekent dat iemand anderen gezichten hun gezichten wel kan zien, maar niet opslaat als horend bij die personen.

17
Q

Ekman onderscheiden zes basis emoties die iedereen op de wereld herkent en ook zo uitdrukt. de basisemoties zijn:

A
  1. woede
  2. angst
  3. walging
  4. verbaasd
  5. verdrietig
  6. blijheid
18
Q

sociale refereren

A

hiermee wordt bedoelt dat iemand afgaat op de emotie en de emotionele uitdrukking van de ander, om te bepalen wat je kan doen in een situatie of om te weten of een situatie veilig is of niet.

19
Q

de visual cliff experiment (uitleg)

A

kijken of de baby sociaal zou regeren naar de moeder als het een visuele cliff zou oversteken met aanmoediging/bemoeiendige blik van moeder

20
Q

de visual cliff experiment (conclusie)

A

De conclusie van het experiment was dat de ontwikkeling van dieptewaarneming bij baby’s een aangeboren vermogen is, dat verder wordt ontwikkeld door middel van ervaring met de omgeving.
vanaf 12 maanden konden baby’s sociaal refereren