2.1 De oorsprong van aangeboren afwijkingen Flashcards

1
Q

Waar is ontwikkeling van organen embryonaal afhankelijk van? Welke processen spelen een grote rol?

A

Ontwikkelingen van organen zijn afhankelijk van embryonale processen en interacties hierin.
Specifieke volgorde waarbij timing cruciaal is.

Processen als proliferatie (vermeerdering), differentiatie, migratie, fusie, inductie(beinvloeding) en apoptose zijn erg belangrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is teratologie? Wanneer baby meest vatbaar? Welke altijd vatbaar? Wat is de valkuil bij veel vrouwen?

A

Teratologie is de kennis over alle agentia die schade kunnen doen bij een foetus tijdens zwangerschap.

Gevoeligheid voor schade van organen hangt af van periode dat deze wordt aangelegd.

Eerste 8 weken belangrijkste organen, echter weten vrouwen dan vaak niet dat ze zwanger zijn.

Meeste orgaanstelsel alleen gevoellig teratogeen tijdens embryonale periode
->CZS altijd gevoelig teratogene invloeden.
->ogen, lippen en gezicht, tanden en genitaliën ook gevoellig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke factoren spelen een rol in aangeboren afwijkingen? Welke soort exogene factoren zijn schadelijk?

A

Verschillende factoren in aangeboren afwijkingen:
Erfelijkheid
Ernst
Presentatie (syndroom of geisoleerd)

Exogene factoren die teratogeen(schadelijk foetus) zijn veroorzaken schade.
-> deze kunnen maternaal (bv alcohol) of foetaal (bv straling) zijn.
->groter effect bij niet erfelijke aandoening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat geven de principes van Wilson aan en wat zijn ze?

A

De principes van Wilson geven aan welke factoren teratogeniciteit beinvloeden, deze zijn:

-Structuur en werkingsmechanisme stof, bv thalidomide erg schadelijk embryo maar het stereo-isomeer niet

-Dosis en duur van blootstelling, drempeleffect en dosis-effect relatie

-Maternale modificatie van dosis stof, lever moeder metaboliseert

-Placentapassage, bereikbaarheid foetus

-Embryonale periode

-Capaciteit organen om stof te metaboliseren

-Genetische gevoeligheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke eindpunten door teratogene effecten? Welke andere effecten?

A

Malformatie, groeiretardatie, functionele afwijkingen en dood.

Ook subfertiliteit, msikramen, postnataal overlijden, aangeboren afwijkingen, dysmorfie, retardie, gedragsproblemen, puberteitsstoornissen, voortplantingstoornis en derde generatie effecten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is Foetaal alcohol syndroom en hoe presenteert het zich?

A

Foetaal alcohol syndroom is een teratogeen effect.
Variabel fenotype en prognose.

Kenmerken zijn groeiretardie, hart/nier/hersen/skeletafwijkingen, abnormaal cogni func, faciaal dysmorfien(kleine ogen, dunne lippen, korte fissuren, lang smal philtrum), gedragsproblemen.
->zeer variabel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke teratogene blootstellingen zijn er? Noem voorbeelden en voor welke symptomen deze zorgen.

A

Geneesmiddelen:
->kunnen niet altijd stoppen want soms uitweegt het maternale teratogene factor die geneesmiddel onderdrukt
->bv:
-valproaat:
teratogeen anti-epilpticum, zorgt voor gelaatsafwijkingen (korte neus, smal philtrum en voorhoofd, epicanthus(amandelogen), kleine mond en lippen), hartafwijkingen, radiale straal afwijkingen, neurale-buis defecten, ontwikkelingsachterstand (voorkom door foliumzuur)

-Thalidomide (softenon):
middel tegen zwangerschapsmisselijkheid, eerste trimester meeste schade en toen meest gebruikt, been en armafwijkingen.

Intoxicaties
Genotsmiddelen bv alc
Maternale ziekten
Straling
Beroepsblootstellingen

Infecties (TORCHES):
-Toxoplasmose, ernstig gehandicapt kind met hydrocefalie, micropthalmia, chorioretinitis, hersenlaesies en multipele orgaanschade.
-> derde trimester meest erge verschijnselen en pas later duidelijk.

-Others, hiv, parvo B19, varicella zoster en coxsackie. Zorgen voor neonatale mortaliteit en morbiditeit.

-Congenitale rubella, zorgt voor hartafwijkingen, micropthalmia, gehoorverlies, glaucoom, cataract, mentale retardatie.
->direct viraal, virus remt celdeling en organogenese waardoor afwijkingen, vooral hart en ogen
->Immunrespons beschadiging, Cellysis en weefseldestructie, vaatwandschade, littekenweefsel. leidt tot gehoorverlies, breinschade, cataract en pulmonalisstenose

Voeding:
-te veel vit A, in kleine dosis als teratogeen, grootst in wk 3-5. Effecten als craniofaciale afwijkingen, schisis, neurale buisdefecten, cardiovasculaire ziekten, psycho beperkingen.
-onvolwaardige voeding, bv foliumzuur te kort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe speelt genen een rol bij teratogene factoren?

A

Genetische predispositie is bepalend voor het optreden van teratogene effecten.
Het bepaalt hoe erg de effecten zijn van teratogene factoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke type erfelijke aangeboren aandoeningen zijn er?

A

Erfelijke aandoeningen kunnen ingedeeld worden op overerving.

Monogeen:
-autosomaal
-geslachts
-mitochondriaal

Chromosomaal:
-numeriek
-structureel
->autosomen, x en y: transloca, deleties, inserties, inversies
->acrocentriscche chr: robertsoniaanse transloca

Multifactorieel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent het als een afwijking syndromaal of geisoleerd is?

A

Syndroom is een patroon en combinatie van symptomen maakt zich onderscheidend.
Geisoleerd is afwijking op zichzelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat betekent het als afwijkingen minor of major anomalie zijn? Hoe verhouden deze tot elkaar?

A

Minor anomalie heeft vaak geen lichamelijke gevolgen maar wel op psychisch welbevinden. Meestal in het gelaat of bij ogen of handen. Bv laagstaande oren. Bij <4% in bevolkingsgroep.

Major anomalie is een afwijking nadelig op lichamelijke gezondheid en soms levensbedreigend. Bv omfalocele.

Hoe meer minor anomalien, hoe meer kans major anomalien. Drie minor betekent >25% kans major.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke 4 vormen van afwijkingen zijn er? Beschrijf deze! (belangrijk)

A

Belangrijk begrippen:

-Malformatie: afwijking orgaan ten gevolge van begin afwijking al. Genetisch, niet erfelijk of combi

-Disruptie: Afwijkende vorm door schade extrinsieke factoren aan eerst normale structuur. Spontane correctie niet mogelijk. Niet erfelijk, maar dispositie kan.

-Deformatie: Afwijkende vorm gevolge door mechanische kracht die op structuur werken die eerst normaal waren, Kan spontane correctie komen. Vaak door externe factoren

-Dysplasie: abnormale histogenese en morfologische gevolgen. Uit zich in meerdere organen. Erfelijk, niet erfelijk of combi.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Voorbeelden malformatie?

A

Schisis, split hand, situs inversus, polydactylie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Voorbeelden disruptie?

A

Amniotic bands (bindweefselstrengen baarmoeder, kunnen zorgen voor afsnoering en vingerafwijkingen), Fetal brain disruption sequence (kind met hersenbloeding in utero, inzakking schedeldak)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Voorbeelden deformatie?

A

Insnoering boom, contracturen door inklemming, deuk ribbenkas door knel baarmoeder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Voorbeelden dysplasie

A

Osteogenesis imperfecta