Week 4: HC.4 Zuur-base balans Flashcards

1
Q

Waartussen moet pH zitten?

A

7,8 en 6,8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Belangrijkste buffers?

A
  • HCO3- / CO2
  • H2PO 4-/HPO4 2- (fosfaten)
  • Hprotein/protein-
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Handige van bicarbo en CO2?

A

concentratie bicarbonaat via nier geregeld, CO2 via longen > onafhankelijke regeling mogelijk
- open buffersysteem > Co2 kan worden uitgeademd > ‘oneindige’ buffer mogelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Base / zuur?

A

Base neemt H+ op (gaat zuur tegen)

Zuur staat af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vluchtig zuur?

A

CO2 (15 mol)
Door mitochondrien
Toename vluchtig zuur > transport naar longen via bloed > ventilatie
bloesplasma = tijdelijke buffer > effect op pH klein mogelijk > in longen weer vluchtig zuur > buffercapaciteit behouden en zuur afgevoerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Niet-vluchtig zuur?

A

zoutzuur, fosforzuur, zwavelzuur (80 mmol)
zuur wordt opgevangen door bicarbonaat, ten koste van totale buffercapaciteit
zuur > bicarbonaat > CO2 > zuur afgevoerd, maar bicarbonaat ook verminderd > te laag bicarbonaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Reactie op metabole verzuring (te laag bicarbonaat)?

A

setpoint CO2 naar beneden bijgesteld om pH 7,4 te houden: meer CO2 uitgeblazen >
ondanks dat pH is gefixt > zuur-base stoornis, totale hoeveelheid bicarbonaat en CO2 veel lager > zo veel mogelijk bicarbonaat reabsorberen en extra bicarbonaat aanbloed toevoegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Alpha-intercalair cel functie?

A

Zuur dat bij reabsorptie en aanmaak bicarbonaat ontstaat wordt aan urine afgegeven; gebeurt in verzamelbuis in AI cel > CO2 en water omgezet in protonen en bicarbonaat > bicarbonaat naar bloedbaan, H+ uitgescheiden als ammonium (NH4+) en titreerbaar zuur (HA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Respiratoire acidose/alkalose?

A

primair probleem op niveau van pCO2 > ventilatiestoornis

bv: hyperventilatie, emfyseem en astma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Metabole acidose/alkalose?

A

primair probleem op niveau van bicarbonaat concentratie > renaal
bv. diabetes, diarree, renale tubulaire acidose en overgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Oplossen acidoses/alkaloses?

A

gekruist: metabool probleem wordt respiratoir gefixt en andersom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Oplossen respiratoire verstoringen door de nier?

A

langzaam, maar volledig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Oplossen metabole verstoringen door longen?

A

snel, maar altijd onvolledig

want pO2 ook een factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kenmerken metabole acidose?

A

pH: laag
pCO2: laag
HCO3-: LAAG (pCO2 laag is reactie op lage HCO3-)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kenmerken respiratoire acidose?

A

pH: laag
pCO2: HOOG
HCO3-: hoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Kenmerken metabole alkalose?

A

pH: hoog
pCO2: hoog
HCO3-: HOOG

17
Q

Kenmerken respiratoire alkalose?

A

pH: hoog
pCO2: LAAG
HCO3-: laag

18
Q

Vragen bij stellen diagnose?

A
  • is er een zuur-base verstoring?
  • wat is de oorzaak?
  • is er compensatie?
  • is de compensatie adequaat
19
Q

Astrup?

A

arteriële bloedgasanalyse

20
Q

Base Excess (basis overschot of tekort)

A

geeft zuurbelasting weer, geeft weer hoeveel base moet worden toegevoegd/verwijderd om weer op pH van 7,4 te komen
BE= 0 > meer/minder CO2 aanwezig > respiratoir
BE < 0 -> extra zuur aanwezig als gevolg van metabole acidose
BE > 0 -> te weinig zuur aanwezig, metabole alkalose

21
Q

Hoezo komen base-excess en daadwerkelijke pH verlaging niet overeen?

A

er zijn andere buffers die deel van de klap opvangen

22
Q

Sigaard-Andersen nomogram?

A

witte vlakken zijn normaalgebieden
verticale witte vlakken: pH normaal
horizontale witte vlakken: pCO2 normaal
schuine lijnen: isobicarbonaatlijnen > als bicarbonaat verlaagd is, ligt diagonale lijn meer naar links, verhoogd naar rechts > verschuivingen hierheen zijn respiratoir

23
Q

Vlakken g en m? ( linksboven, rechtsonder)

A

bijna geen compensatie mogelijk. zowel pCO2 als bicarbonaatconcentratie verstoord

24
Q

Anion gap?

A

diagnostische methode bij metabole acidose;
verschil tussen gemeten kationen en anionen in plasma
GEMETEN kationen en anioen opstellen > altijd tekort aan anionen (aniongap)
Als de gap groter is zegt dat iets over aanwezigheid organische anionen

25
Q

Anion gap en metabole acidose?

A

anion gap normaal: bicarbonaat vervangen door chloride (hyperchloremisch) > renale tubulaire acidose, diarree of koolzuuranhydraseremmers
verhoogde aniongap: onbekend anion heeft bicarbonaat vervangen bv ketonlichaam > gevolg van diabetes, vasteb, ischemie, overdosis, blablabla

26
Q

Wat doe je bij metabole acidose en verhoogde aniongap?

A

op zoek naar anorganische ione\