W5HC6: Metastaseringspatroon van de 3 relevante ziektebeelden Flashcards
1
Q
Hodgkin lymfomen
A
Ontstaan in kiemcentra van lymfnodi en bevriest in een bepaalde fase
2
Q
Longtumoren
A
- hamartumoren: meest voorkomend, vet, kraakbeen, bloedvaten en bw liggen door elkaar heen, benigne neoplasie
- plaveiselcarcinoom: vooral in bronchus, vooral rokers
- adenomcarcinomen
- neuroendocriene tumoren
3
Q
Adenocarcinoma long
A
- bij rokers
- perifeer gelegen
- K-RAS mutatie bij rokers
- EGFR mutatie in non-smokers
- met een activerende EGFR mutatie reageren goed op tyrosine kinase remmers (crizotinib)
4
Q
Mammacarcinoom
A
- voorloperstadia DCIS: ductaal carcinoom is situ: invasie nog niet voltooid, goed gedifferentieerd vs comedo type
- voorloperstadia LCIS: lobulair, onderaan in klierbuisjes ontstaan, zit kalk in
- hormoonreceptoren bepalen indeling
- histologische hoofdtypes: ductaal vaker (heeft e-cadherine marker)
5
Q
Colon carcinoom
A
- adenocarcinomen
- metastases: lymfen, long, lever
- grote tumorheterogeniteit
- kleine metastases leiden niet direct tot slechtere prognose
- bij wild type K-ras en niet bij K-ras mutatie cetuximab geven