W2HC2: Oorzaken en gevolgen DNA schade Flashcards
1
Q
Deaminatie van basen
A
- chemisch veranderde base
- gebeurt 400x per cel per dag
- C verandert in U -> in replicatie krijg je transitie, uiteindelijk C -> T of A -> G
2
Q
Spontane hydrolyse van de suiker-base verbinding
A
- 9000x per cel per dag
- zorgt voor verlies base -> bij replicatie wordt dat stukje uitgeloopt -> deletie
3
Q
Giftigheid van een chemische verbinding is betrekkelijk
A
- Interspecies / individuele variatie door genetische heterogeniteit
- In welke vorm: metabole activatie
- In welke hoeveelheid: dosis/duur blootstelling
- Op welk moment van de dag: chronotoxiciteit
4
Q
DNA beschadigingen door
A
- directe: ethyleenoxide
- indirect: metabole activering, pas actief na omzetting in de cel door xenobiotisch metabolisme of CYP-P450 enzymsysteem
5
Q
Oorzaak: DNA schade door biologische stoffen
A
- endogene stoffen: O2 radicalen geproduceerd door metabole processen
- stoffen geproduceerd door andere organismen
6
Q
Oorzaak: fysische agentia
A
- gamma straling, röntgen, UV
- UV-C: pyrimidine worden gecrosslinkt -> 6,4 fotoproduct
- rontgen zorgt voor dubbelstrengs DNA breuken
7
Q
Oorzaak: replicatie fouten
A
- > blokkade replicatie -> celdood
- sommige polymerases kunnen over de schade heen lezen (lesion bypass): translesie DNA polymerasen -> replicatie gebeurt toch -> geen apoptose, maar wel onnauwkeurig en kunnen zorgen voor fouten
8
Q
Chemische adducten
A
- verstoren DNA dubbelhelix: benzo(a)pyreen
- verstoren DNA dubbelhelix niet: methylerende sotffen, deaminatie, oxidatieve DNA schade, spontane hydrolyse
9
Q
Intrastreng crosslinks
A
- door UV geeft cyclobutaaan pyrimidine dimeer of 6-4 fotoproduct
- cisplatine kan binden aan guanine residuen in DNA, kan 2 guanine aan dezelfde DNA streng tegelijk binden -> crosslinks in de de DNA streng
10
Q
Interstreng crosslinks
A
- cisplatine: crosslinks van guanine op de ene streng en op de andere
- carboplatine doet hetzelfde aan cisplatine maar is stabieler, minder reactief en hogere concentratie
11
Q
DNA strengbreuken
A
- enkelstrengs: breuk 1 vd 2 strengen, door oxidatieve schade
- dubbelstrengs: beide zijn gebroken, door ioniserende straling
12
Q
Basepaar mismatches
A
- bij translesie synthese en proof reading fouten
13
Q
Herstel door DNA reparatiemehcanismen
A
- helix verstorende chemische adducten NER
- niet helix verstorende chemische adducten door BER
- intrastreng crosslinks door NER
- interstreng crosslinks: HR
- strengbreuken: enkel door BER en dubbel door NHEJ of HR
- mismatches door MMR
14
Q
Oorzaak: foutieve replicatie
A
- tijdens translesie synthese, normale replicatiepolymerase loopt vast op een beschadiging en translesie polymerases het overnemen om over de schade heen te lezen
- DNA polymerase proofreading fouten