W4PD8: Sikkelcelziekte Flashcards

1
Q

Sikkelcelziekte

A

1 mutatie in het B-gen coderend voor bèta globine leidt tot een afwijkende rode bloedcel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Thalassemie

A

Andere mutatie in het B gen, leidt tot minder productie van bèta ketens. Bij een disbalans van alfa en bèta krijg je een instabiele erytrocyt, en icm met S ook sikkelcelziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kenmerken sikkelcelziekte

A
  • chronische hemolytische anemie
  • crises: afsluiting van de kleine vaten, botpijn door afsluiting
  • infecties
  • orgaanschade
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

HbSS/HbSβ0 thalassemie

A

meer klachten, diepe anemie, functionele asplenie, leversverwachting beperkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

HbSC/HbSβ+ thalassemie

A

milder, minder anemie, vaak retinopathie, grote milt (afunctioneel), overleving beter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uitlokkende factoren sikkelcelcrise

A

Infectie, dehydratie, overmatige inspanning, onderkoeling/afkoeling, stress, post-operatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Behandeling sikkelcelcrise

A
  • pijnbestrijding: morfine
  • hydratie
  • laagdrempelig antibiotica bij koorts
  • O2 bij hypoxie
  • erytrocytentransport
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Behandelopties

A
  • infectie profylaxe
  • bloed-/wisseltransfusies: on top (ijzerstapeling en toename viscositeit) of wisseltransfusie
  • hydroxycarbamide: goedkoop, HbF stijging, remt hematopoiëse, adhesie en hemolyse, verbetert NO productie -> minder crisen
  • allogene stamceltherapie
  • gentherapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly