W2VO4: Absorptie van vitamines en sporenelementen Flashcards
1
Q
Absorptieproces vitamine B12
A
- Eiwit-B12 complex afbraak in de maag
- B12 bindt aan R-proteïne
- In dunne darm afbraak RP door proteases
- B12 bindt aan IF
- B12-IF bindt aan receptor op darmcel
- Endocytose van B12-IF-receptor complex
- Lysosoom zorgt voor afbraak IF, vrije B12 naar bloedbaan
- Opgeslagen in lever
2
Q
B12 deficiëntie
A
- macrocytaire anemie
- verstoorde aanmaak bloedcellen in het BM
- onbalans in rijping van cytoplasma en kernen
- minder cellen, abnormaal groot
- aantasting myelineschede
3
Q
Oorzaken B12 deficiëntie
A
- lage inname
- verstoorde eiwitafbraak, lage maagzuursecretie
- verlies receptor (zit alleen in terminale ileum)
- verlaagde IF productie bij verlies pariëtale cellen
4
Q
Vitamine D functies
A
- stimuleert opname calcium door de darm
- verlaagt uitscheiding calcium via urine
- belangrijk voor mineralisatie beenweefsel
5
Q
Opname vitamine D
A
- lipofiel: opgelost in vet van de voeding, eerst lipolyse en vorming van gemengde micellen
- opname in de darmcel via diffusie: micellen zijn water oplosbaar en diffunderen door de mucuslaag
6
Q
Vitamine D gereguleerde calcium absorptie
A
- in duodenum en proximale jejunum
- vitamine D is lipofiel: receptor zit in de cel -> bindt aan DNA, zorgt voor genexpressie
- Vit D stimuleert transcriptie van genen die coderen voor ECaC, calbindine en Ca-ATPase: meer eiwit, meer Ca-opname
7
Q
IJzer
A
- essentieel voor oa oxidatieve fosforylering, O2 transport
- toxisch in hoge concentraties: opname wordt afgestemd op lichaamsbehoefte
- terugkoppelingsmechanisme
8
Q
Hemochromatose
A
- hoge ijzeropname
- geen/minder sturing door Fe3+ in het bloed
- depositie van ijzer in organen
- huid kleurt brons kleurig
- mutatie HFE gen
9
Q
Fe2+ opname
A
- proximale dunne darm
1. ferritine bindt Fe2+ irreversibel
2. export via ferroportine, zorgt voor lage Fe2+ concentratie in de cel
3. oxidatie
4. transferrine (TF): eiwit in bloed, bindt Fe3+ en transporteert
10
Q
Regulatie ferroportine
A
- Fe3+-TF bindt aan een receptor op de levercel -> stimulatie van hepcidine -> bindt aan FP -> induceer receptor-gemedieerde endocytose -> Fe2+ transport via FP stopt
- hepcidine remt de ijzeropname in de darm