PD8: Anorexia Nervosa Flashcards
1
Q
Hoofdkenmerken
A
- aanhouden te geringe voedselinname
- intense angst om aan te komen/dik te worden of gedrag dat gewichtstoename tegengaat
- verstoring van het lichaamsbeeld
2
Q
Restrictieve type
A
Vasten in combinatie met overmatige lichaamsbeweging
3
Q
Eetbuien-/purgerende type
A
Eetbuien afgewisseld met pureergedrag (braken, gebruik van laxantia, diuretica of klysma’s)
4
Q
DSM V criteria
A
- BMI < 17,7
- angst om aan te komen
- focus op gewicht en uiterlijk
- controle over eten
5
Q
Lichamelijke gevolgen
A
- obstipatie en darmklachten
- amenorroe
- droge huid, haaruitval
- dalen basaalmetabolisme en vertraagde bloedsomloop
- vertraagde botrijping, osteoporose
- koude intolerantie
- cyanose
- hypotensie en bradycardie
- ventriculaire ritmestoornissen, hartfalen
- 18x hogere kans op sterfte door medische complicaties en zelfmoord
6
Q
Lichamelijke gevolgen ook sprake van braken/laxeren
A
- elektrolytstoornis
- tandbederf en zwelling van de parotis
- keelpijn en heesheid
- beschadiging slokdarm
7
Q
Psychische gevolgen
A
- rigide/dwangmatige kenmerken
- depressieve symptomen
- concentratieproblemen
- snel geïrriteerd
8
Q
Etiologie
A
- predisponerende factoren (genetische kwetsbaarheid, socioculturele eisen)
- luxerende factoren (gering zelfgevoel, problemen, ziekte, stress)
- onderhoudende factoren (effecten van uithongeren)
9
Q
Doel behandeling
A
Herstel lichaamsgewicht tot 90% van het te verwachten gewicht, basis zelfrespect veranderen
10
Q
Prognose
A
Gunstig: snelle start behandeling, goede ouder-kindrelatie, hoge sociaal economische klasse en hoog opleidingsniveau.
Ongunstig: braken, eetbuien, chroniciteit, premorbide psychiatrische stoornissen
