TR les 24 Flashcards
spends
geeft uit
alles wat een land aan goederen en diensten produceert
bruto nationaal product
foreign aid
ontwikkelingshulp (de)
co-operation
samenwerking (de)
chest
borst (de)
zij zijn trots
zij slaan zich op de borst
percentage
percentage (het)
to state
stellen - [stel - stelt - stelt] stelde - stelden - gesteld
scathing
vernietigend
judgment
oordeel (het)
if so
zo ja
opponents
tegenstanders
helped
geholpen
conditions
omstandigheden
to improve
verbeteren - [verbeter - verbetert - verbetert] verbeterde - verbeterden - verbeterd
top layer
bovenlaag (de)
to fill
vullen - [vul - vult - vult] vulde - vulden - gevuld]
fate
lot (het)
poor people
armen
Western
westerse
lifestyle
leefstijl (de)
to adopt
overnemen - [neem over - neemt over - neemt over] nam over - namen over - overgenomen
het duurde honderden jaren voordat
hebben er eeuwen over gedaan
projects
projecten
designed
opgezet
initiatives
initiatieven
conditions
voorwaarden
to give, to loadn
verlenen - [verleen - verleent - verleent] verleende - verleenden - verleend
To demand
eisen
expenses
uitgaven
iron
ijzeren
grip
greep (de)
helemaal in hun macht
in een ijzeren greep
to suffer
lijden - [lijd - lijdt - lijdt] leed - leden - geleden
loss
verlies (het)
proponents
voorstanders
legacy
erfenis (de)
therefore
derhalve
moral
morele
obligation
verplichting (de)
zeker w�l
wel degelijk
targeted
gericht
specific
specifieke
needs
behoeften
middle class
middenklasse (de)
to rise
opkomen - [kom op - komt op - komt op] kwam op - kwamen op - opgekomen
relationships
relaties
balance
evenwicht (het)
to bring
brengen - [breng - brengt - brengt] bracht - brachten - gebracht
is accompanied (by)
gaat gepaard (met)
transfer
overdracht (de)
het is niet verantwoord als het Westen dat doet
het Westen kan het niet maken
to stop
stoppen - [stop - stopt - stopt] stopte - stopten - gestopt
conscience
geweten (het)
migration
trek (de)
to need
hoeven - [hoef - hoeft - hoeft] hoefde - hoefden - gehoefd
luck
geluk (het)