TR les 18 Flashcards
painful
pijnlijke
inflamed
ontstoken
throat
keel (de)
stomach
maag (de)
prescription
recept (het)
pill
pil (de)
een pil om niet in verwachting te raken
de pil
flu shot
griepprik (de)
physiotherapist
fysiotherapeut (de)
skin
huid (de)
heart
hart (het)
referral
verwijzing (de)
judge
beoordelen
parentheses
haakjes
overigens
tussen twee haakjes
als je last hebt van je tanden, ga je naar de tandarts
tanden (de tand)
part-time
deeltijd (de)
practice
praktijk (de)
care
zorg (de)
apart
los
apart from that
los daarvan
is ageing
vergrijst
the … the
hoe … des te
more often
vaker
to suppose
veronderstellen - [veronderstel - veronderstelt - veronderstelt] veronderstelde - veronderstelden - verondersteld
call
opbelt
post
post (de)
called back
teruggebeld
emergencies
noodgevallen
urgent
spoedeisende
help
hulp (de)
same
datzelfde
if need be
eventueel
ambulance
ambulance (de)
heavy
zware
to prescribe
voorschrijven - [schrijf voor - schrijft voor - schrijft voor] schreef voor - schreven voor - voorgeschreven
wait
afwachten
week
weekje (het)
come back
komt terug
(having a) cold
verkouden
antibiotics
antibiotica
to insist
aandringen - [dring aan - dringt aan - dringt aan] drong aan - drongen aan - aangedrongen
most
de meeste
to pass
overgaan - [ga over - gaat over - gaat over] ging over - gingen over - overgegaan