nierfunctievervangende therapie Flashcards
hemodialyse
bloed vanuit lichaam langs semipermeabel membraan. Andere kant membraan is dialysevloeistof.
over membraan countercurrent (hierdoor worden stoffen uitgewisseld )
semipermeabel membraan
poriegrootte membraan bepaald wat er wel en niet doorheen kan
3 fysische transportprocessen deeltjestransport
diffusie
osmose
convectie
diffusie
verplaatsing deeltjes van hoge naar lage concentratie
osmose
water stroomt naar ruimte met hoogste concentratie.
convectie
watertransport op basis van drukverschil. Deeltjes stromen mee over membraan naar andere vloeistof
definitie klaring
hoeveelheid plasma die in gegeven tijd volledig wordt ontdaan van bepaalde stof
wanneer klaring gelijk aan GFR
als stof alleen gefiltreerd wordt en niet gedecreteerd of gereabsorbeerd
modificatie circulatie bij dialysepatient
fistel (verbinding) tussen a. radialis en v. cephalica. Bloed met hoge druk er doorheen zodat er 400 ml/min naar dialysetoestel kan.
peritoneaal dialyse (CAPD)
via kater dialysaat de buikholte in. Het viscerale en parietale blad werken als filter waardoor stoffen uit bloedbaan naar dialysaat gaan.
processen: diffusie en osmose
CCPD
’s nachts apparaat aansluiten op zakken CAPD. Gedurende de nacht vinden spoelingen geautomatiseerd plaats.
complicaties hemodialyse
bloedingen of lage bloeddruk bij verliezen van bloed (bij aanprikken)
complicatie peritoneaal dialyse
buivliesontsteking