Immunotherapie en biologicals Flashcards
Wat zijn biologicals?
Biologicals zijn therapeutische producten gemaakt via genetische manipulatie van levende cellen (ze zijn dus niet chemisch gesynthetiseerd)
problemen toen biologicals uit dieren gehaald werden
infectieuze eiwitten die uit de dieren kwamen worden prionen genoemd
Biologicals maken met recombinant DNA technologie
gen wat codeert voor bijvoorbeeld GH, wordt in ee plasmide van een bacterie ingebouwd. Dit wordt getransplanteerd in een andere bacterie die daarna gekweekt wordt. Deze bacterie deelt snel en zo heb je veel bacterien die GH maken.
Huidig productieproces biologicals en valkuilen daarin
Het maken van biologicals is een gecompliceerde, langdurige procedure om een vielig eindproduct te verzekeren voor de patient.
Dit wordt nu in soort tanks gemaakt, hierin kunnen veel verontreinigen van cellen, lipiden, DNA, virussen, aminozuren en andere eiwitten zitten.
Dit moet er allemaal uitgefilterd worden–> daardoor zijn biologicals vaak duurder dan normale medicijnen
Variatie in biologicals en glycosylatie
Variatie in de eiwitten die gemaakt worden kan in elke stap van het proces van het maken van een eiwit ontstaan
Een voorbeeld van posttranslationele modificatie= glycosilatie
Dit gebeurt veel bij biologicals en de regulatie van glycosylatie is nog onbegrepen. Bij glycosylatie worden er random suikergroepen aan het biological eiwit geplakt, ondanks dat er voor glycanen geen DNA template is. De structuur van het biological hangt dus af van vele factoren waaronder dus de glycanen die eraan worden geplakt.
Wat is een biosimilar?
Biosimilar= Biopharmaceutical met vergelijkbare structuur, biologische functie, klinische effectiviteit en veiligheid als het orginele product. Maar dus niet precies hetzelfde.
Het kunnen dus andere cellijnen, andere biochemische processen zijn. Ook kunnen er glycosylatie verschillen zijn.
Dit gebeurt vaak als patent van de eerste fabrikant verloopt na een jaar. 2e bedrijf gaat dan het medicijn ook maken, maar zij doen het via precies de tegenovergestelde ontwikkelignsroute. Ze proberen het medicijn na te maken.
monoclonale antistoffen naamgeving
murine: mo in de naam
chimeric: xi in de naam
humanized: zu in de naam
humaan: mi in de naam
mab= monoklonaal antilichaam (meestal IgG1)
Neonatale Fc receptor
Deze receptor kan IgG over de placenta vervoeren
Heeft een halfwaardetijd van 3-4 weken, dit is zoveel langer dan andere antistoffen (2 dgn), omdat deze receptor voorkomt dat IgG wordt afgebroken door enzymen in lysosomen
Auto-immuunziekten en biologicals
- waardoor auto-immuunziekte
- 2 manieren van werking biologicals tegen cytokinen
Bij veel auto-immuunziekte is de balans tussen pro- en anti-nflammatoire cytokines verstoord.
Biologicals kunnen deze cytokines op 2 manieren remmen. Je kunt monoklonale antilichamen maken tegen de cytokine receptor op de cel. Of je kun antilichamen maken die aan de cytokine zelf binden in de circulatie zelf.
Verschil monoklonaal antilichaam en fusie-eiwit
fusie-eiwit heeft alleen een Fc gedeelte van een antistof met een bepaald eiwit erop. Deze eiwitten zijn heel handig omdat je er zo kan voor zorgen dat ze aan 1 specifiek target binden.
Voorbeelden van soorten biologicals
Verschillen biologicals en pharmaceutische middelen
factoren die immunogeniciteit van biologicals beinvloeden
toediningsroute
glycosylatie
dosis, duur behandeling
patient eigenschappen
hulpstoffen
ziekte
anti-TNF
is een veelgebruikte biological
kan als bijwerking auto-immuunziekten veroorzaken (zie ziektes op plaatje). Dit komt door het verstoren van de homeostases van cytokines in het lichaam. Als je 1 weghaald, dan worden andere cytokines geupreguleerd. Vaak zijn deze mensen al gevoelig voor auto-immuunziekte dus dan krijgen ze vaak wat anders.
Veel voorkomend bij anti-TNF is psoriasis als bijwerking
anti-TNF, maar ook de meesta andere biologicals raken hun effect verloren over de tijd.
Targets van biologicals
- antistoffen tegen cytokines
- antistoffen tegen cellen (vaak B-cellen)
- antistoffen tegen immuunreacties (stimulerende of remmende co-stimulatoren)
