Hoofdstuk 3 Flashcards

1
Q

Welke reacties worden in de voorbeelden vertoond: boosheid, verdriet, depressie of apathie?

Na de zoveelste afkrakende opmerking van haar partner kan Els het niet meer opbrengen opnieuw tegen hem tekeer te gaan, het huishouden nog te doen, zich nog op te tutten: ze voelt zich zwaar, wil niemand zien en ligt vaak zacht te huilen

barst Ankie in snikken uit, voelt zich zwak worden, ziet het niet meer met hem zitten

zegt of doet Ina niets, maar gaat werktuiglijk, langzaam en lusteloos door met aardappelen schillen

trekt Bea wit weg, zet grote ogen op, balt haar vuisten, maar de woorden stokken in haar mond en de tranen schieten in haar ogen

a. Els verdriet, Anke depressie, Ina apathie, Bea woede
b. Els depressie, Ankie woede, Ina apathie, Bea verdriet
c. Els depressie, Ankie verdriet, Ina apathie, Bea woede
d. Els apathie, Ankie verdriet, Ina depressie, Bea woede

A

c. Els depressie, Ankie verdriet, Ina apathie, Bea woede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe wordt depressie in dit boek opgevat? (3.2)

a. als disfunctioneel gedrag
b. als negatief emotionele reactie
c. als een drastische capitulatiereactie
d. als een stemmingsstoornis

A

c. als een drastische capitulatiereactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen de aanleiding tot verdriet en de aanleiding tot depressie? (3.2)

a. de aanleiding is erger in het geval van verdriet
b. het besef van verloren hebben is bij verdriet nog bezig een realiteit voor de persoon te worden, bij depressie is men al meer doordrongen van de hopeloosheid
c. de aanleiding is erger in het geval van depressie
d. Het besef van verloren hebben is bij depressie nog bezig een realiteit
voor de persoon te worden, bij verdriet is men al meer doordrongen
van de hopeloosheid

A

b. het besef van verloren hebben is bij verdriet nog bezig een realiteit voor de persoon te worden, bij depressie is men al meer doordrongen van de hopeloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat wordt niet genoemd als functie van depressie in relatie tot haar aanleiding? (3.2)

a. retatief iangdurige stopzetting van de ongunstige bestaanswijze
b. afname van de gerichtheid op ondeugdelijke doelen en middelen
c. negatieve heroriëntatie
d. wanverhouding tussen investering en beloning

A

d. wanverhouding tussen investering en beloning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke van de 4 functies van depressie is in het voorbeeld herkenbaar? of de gedachten van Frits alleen maar disfunctioneel? (3.2)

Geheel in tegenspraak met zijn gewoonlijke optimisme en schier onuitputtelijke volhardingsvermogen, denkt Frits nu na zijn scheiding van Truus: “Vrouwen zijn hopeloze wezens, ik kan er niets mee en ik wil er
niets meer mee. voorgoed genezen van dat ondankbare en onbetrouwbare tuig. Ik kan beter monnik worden’”

a. relatief langdurige stopzetting van de ongunstige bestaanswijze
b. dit soort pessimistische gedachten is alleen maar disfunctioneel
c. herstel van het verbroken evenwicht
d. negatieve heroriëntatie

A

d. negatieve heroriëntatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke van de 4 functies van depressie is in dít voorbeeld herkenbaar? 3.2

Na anderhalf jaar van rouw om haar te vroeg gestorven Paul bemerkt Catharina - bijna schuldig en beschaamd - dat ze af en toe weer lachte, zich wel eens een daq weer wat lichter voelde.

a. herstel van het verbroken evenwicht
b. negatieve heroriëntatie
c. afname gerichtheid op verloren doelen
d. positieve heroriëntatie

A

c. afname gerichtheid op verloren doelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

In welke van de voorbeelden is versterking (3.3) (bekrachtiging), uitdoving of oververzadiging te zien?

a. Mien werd moe en neerslachtig van het feit dat haar Piet de hele dag (dezelfde) grapjes maakte
b. Toen hij merkte dat er om gelachen werd, begon hij nog meer moppen te tappen
c. Toen Piet Mien niet meer met zijn grapjes aan het lachen kreeg, liet hij ze thuis maar liever achterwege

a. bij 1. oververzadiging, bij 2 bekrachtiging, bij 3 uitdoving
b. 1. oververzadiging, bij 2 uitdoving, bij 3 bekrachtiging
c. 1. bekrachtiging, bij 2 oververzadiging, bij 3 uitdoving
d. 1. uitdoving, bij 2 bekrachtiging, bij 3 oververzadiging

A

a. bij 1. oververzadiging, bij 2 bekrachtiging, bij 3 uitdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wie is de meest waarschijnlijke kandidaat voor een depressie? (3.3)

  1. De schrijver merkte dat natuurgedichten het anno 1997 niet goed meer deden.
  2. De schrijver merkte dat het publiek en dus ook de uitgevers hem niet meer lustten.
  3. De schrijver merkte dat zijn poëzie uit was, maar dat zijn proza nog steeds bijval ontmoette.
A

alle 3 even waarschijlijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Na het opgeven van een centrale activiteit kun je niet zomaar overstappen op een volgende centrale activiteit. Welke van de mogelijke redenen daarvoor is herkenbaar in het voorbeeld? (3.3)

  • De ex-generaal merkte dat zijn militaire stijl van leiding geven in het politiekorps, waarvan hij nu hoofd was, niet gepikt werd.

a. de sterke betrokkenheid bij de vorige werkplek
b. het zo veel geïnvesteerd hebben in zijn vorige werkplek
c. het nog afgestemd zijn van zijn repertoire op de vorige werkplek
d. problemen met de maatschappelijke achteruitgang die de functieverandering impliceert

A

c. het nog afgestemd zijn van zijn repertoire op de vorige werkplek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom is de aanwezigheid van een restant gerichtheid een voorwaarde voor normale depressie? (3.3)

a. pas dan is er uitdoving op het niveau van hoofdzaken
b. pas dan ziet het er somber uit
c. pas dan ondervind je steeds weer de afremming door het geleerde negatieve verband
d. pas dan is er een wanverhouding tussen investering en resultaat

A

c. pas dan ondervind je steeds weer de afremming door het geleerde negatieve verband

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Om welke reden is er zwaar motivatieverlies in het volgende voorbeeld? (3.4)

  • Drie maanden nadat hij een zware functie bij een bedrijf had gekregen, kon Jan het niet meer opbrengen om de administratie van zijn sportclub, waarvan hij bestuurslid was, te blijven doen.

a. (generalisatie van) oververzadiging
b. (generalisatie van) uitdoving
c. wegvallen doel (functionele relaties)
d. gebrek aan compensatie

A

a. (generalisatie van ) oververzadiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Om welke reden is er zwaar motivatieverlies in het volgende voorbeeld? (3.4)

  • Als ‘s-winters zijn twee tennisavonden wegvallen, kan Klaas het nog moeilijker dan anders opbrengen om zijn kantoorwerk te doen

a. (generalisatie van) uitdoving
b . (generalisatie van) oververzadiging
c. gebrek aan compensatie
d. wegvallen doel (functionele relaties)

A

c. gebrek aan compensatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Om welke reden is er zwaar motivatieverlies in het volgende voorbeeld? (3.4)

  • Toen Frits hoorde dat Truus die avond in strijd met de afspraken niet zou komen, kan hij het meteen niet meer opbrengen het vuil van 2 weken te stofzuigen en de afwas van de laatste week te doen

a. (generalisatie van) oververzadiging
b. gebrek aan compensatie
c. (generalisatie van) uitdoving
d. wegvallen doel (functionele relaties)

A

d. wegvallen doel (functionele relaties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Om welke reden is er zwaar motivatieverlies in het volgende voorbeeld? (3.4)

  • Na een maand tegen de ongeïnteresseerde koppen van zijn 5e-klassers aangekeken en gepraat te hebben, ging de leraar Engels ‘s ochtends met lood in zijn schoenen naar school.

a. gebrek aan compensatie
b. generalisatie van) oververzadiging
c. wegvallen doel (functionele relaties)
d. (generalisatie van) uitdoving

A

d. (generalisatie van) uitdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat voor bestaansaantasting is zichtbaar bij Dr. Kuperus? (3.5)

  • Toen dr. Kuperus door de mensen van het stadje van de moord op zijn vrouw verdacht werd (terecht maar onbewijsbaar), verloor hij zijn patiënten en zijn voorzitterschap van de biljartvereniging.

a. verlies relatie
b. roofbouw op zichzelf
c. mislukking Project
d. verlies maatschappelijke functie

A

d. verlies maatschappelijke functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Om meerdere redenen kreeg dr. Kuperus het moeilijk met deze verandering van omstandigheden. Noem er drie. (3.5)

  • hij moet zijn tijd noodgedwongen vullen met een overmaat aan schamel beloonde activiteit
  • de eenzijdigheid van de resterende activiteit doet oververzadiging ontstaan
  • zijn huidige bevredigingsniveau ligt zwaar onder het vroegere dat hij onwillekeurig blijft verwachten

a. hij moet zijn tijd gedwongen vullen met een overmaat aan schamel beloonde activiteit.
b. de eenzijdigheid van de resterende activiteit doet oververzadiging ontstaan.
c. alle eerdere geboekte resultaten verloren met terugwerkende kracht alsnog hun functie
d. zijn huidige bevredigingsniveau ligt

A

c. alle eerdere geboekte resultaten verloren met terugwerkende kracht alsnog hun functie

17
Q

Hoe wordt de aanleiding tot depressie heel algemeen geformuleerd? (3.5)

a. als mislukking van je levensproject
b, als verlies van je maatschappelijke functie
c. als een bestaansaantasting
d. als een wanverhouding tussen investering en resultaat

A

d. als een wanverhouding tussen investering en resultaat

18
Q

Om bij jezelf of bij je depressieve cliënt de scheve balans tussen investering en resultaat recht te trekken, is het onder meer belangrijk om: (3.6)

beloningsrijke activiteit te maximaliseren

a. heel andere dingen te gaan doen dan die waar je de laatste tijd mee
bezig was
b. een assertief gesprek aan te gaan of je emoties laten zien
c. belangrijke activiteit te maximaliseren
d. zich te forceren om toch maar weer iets leuks of zinvols te doen

A

c. belangrijke activiteit te maximaliseren

19
Q

Om het wegebben van de oververzadiging te bevorderen en te versnellen, lijkt het volgende zinvol: (3.6)

a. beredeneren welke doelen een goed substituut voor de geblokkeerde kunnen zijn
b. kunstmatig extra beloningen verbinden aan nieuwe activiteit
c. heel andere dingen te gaan doen dan die waar je de laatste tijd mee bezig was
d. beloningsarme activiteit te minimaliseren

A

c. heel andere dingen gaan doen dan die waar je de laatst tijd mee bezig was

20
Q

Wat belemmert juist het herstel van burn-out en overspannenheid? (3.7)

a. planloos “lummelen”
b. als er wat energie over is licht inspannende doch bevredigende
activiteit ontplooien
c. meer slapen dan anders
d. doorgaan met activiteiten tot de energie weer helemaal op is

A

d. doorgaan met activiteiten tot de energie weer helemaal op is

21
Q

Door uitputting worden activiteiten een kwelling, en die putten je dus verder uit. Door uitputting heb je geen plezier meer in activiteiten, dus doe je ook geen nieuwe psychologische energie op. Wat is het probleem van deze vicieuze cirkels? (3.8)

a. ze bestendigen of verergeren burn-out en chronisch vermoeidheidssyndroom
b. ze verstoren je dagnachtritme
c. ze versterken je gerichtheid op ondeugdelijke doelen en middelen
d. ze doen een geweldige oververzadiging ontstaan

A

a. ze bestendigen of verergeren burn-out en chronisch vermoeidheidssyndroom