Hoofdstuk 12 Flashcards

1
Q

Van wat voor soort dwangstoornis is in het voorbeeld hieronder sprake? 12.0 + 12.1

  • Vera wil graag dat de buurt en haar familie haar huis onberispelijk vinden, ze besteedt daarom veel energie aan stofzuigen, opruimen, netjes zetten, zemen, maar ze blijft maar het gevoel houden dat er nog van alles aan mankeert, en ze komt er haast niet klaar mee.

a. smetvrees
b. onheilsangst
c. netheidsdwang
d. precisiedwang

A

d. precisiedwang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Van wat voor soort dwangstoornis is in het voorbeeld hieronder sprake? 12.0 + 12.1

  • Nora houdt haar huis fanatiek in wat zij een perfecte staat vindt, en wee zijn gebeente de huisgenoot die iets verplaatst, bevuilt, wat laat slingeren, beschadigt. Als er visite is, wordt die het huis bijna uitgekeken opdat ze de inbreuken snel kan herstellen

a. smetvrees
b. onheilsangst
c. netheidsdwang
d. precisiedwang

A

c. netheidsdwang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Van wat voor soort dwangstoornis is in het voorbeeld hieronder sprake? 12.0 + 12.1

  • Greta boent haar omgeving tot in het absurde, wast zich veel te vaak de handen, staat overdreven vaak onder de douche en eist van haar huisgenoten hetzelfde, uit angst dat ze fatale ziektekiemen oppikt

a. smetvrees
b. onheilsangst
c. netheidsdwang
d. precisiedwang

A

a. smetvrees

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Van wat voor soort dwangstoornis is in het voorbeeld hieronder sprake? 12.0 + 12.1

  • Mina moet heel precies lucifers, aanstekers, flessen spiritus en bleekwater e.d. opruimen, uit angst dat het haar schuld zal zijn als iemand brand sticht of vergiftigd wordt. Ze moet de houdbaarheidsdatum van voedsel overdreven inspecteren, uit angst anderen bedorven eten te serveren.

a. smetvrees
b. onheilsangst
c. netheidsdwang
d. precisiedwang

A

b. onheilsangst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de functie van het volgende gedrag van Pietje? 12.2

  • De 9-jarige Pietje had een nogal opdringerige moeder en een vrij inperkende vader, terwijl zijn broertje er een handje van had om zich pietjes spulletjes toe te eigenen. Aan Pietjes kamer mocht echter niemand komen: die hield hij heel netjes, zijn spullen hadden een vaste plaats, niemand mocht er iets aan veranderen. Ook had hij een vast bord en een vaste kroes, en als iemand die gebruikte was het huis te klein.

a. hij bestrijdt inbreuken op zijn bestaan, zij het op bijkomstig vlak
b. Hij bestrijdt de belemmeringen van zijn functioneren, zij het op bijkomstig vlak
c. Hij bakent de eigen identiteit af en definieert deze, zij het op bijkomstig vlak
d. Hij compenseert een geringe levensbevrediging, zij het op bijkomstig vlak

A

c. Hij bakent de eigen identiteit af en definieert deze, zij het op bijkomstig vlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat heeft netheid met goed functioneren te maken?
12.2

a. Netheid is een teken van goed functioneren
b. Netheid is een randvoorwaarde voor goed functioneren
c. Netheid is een hoofdvoorwaarde voor goed functioneren
d. Netheid is een substituut voor goed functioneren

A

b. Netheid is een randvoorwaarde voor goed functioneren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de functie van het volgende gedrag van Luuk?
12.2

  • Luuk leidt een eenzaam studentenbestaan op een kamertje. Met loden voeten fietst hij ‘s avonds van de mensa terug naar zijn stek. Hij weet niet hoe hij het moet aanpakken om meer contacten te krijgen, denkt dat hij daar eigenlijk geen tijd voor heeft, want hij moet zijn tentamens toch voorbereiden. Als hij echter gaat zitten voor dat laatste, irriteert hem het stof op zijn meubels en/of de vlekjes op de glazen en/of de snippertjes op de vloer en/of de onlogische ordening van zijn boeken en platen. En daar gaat hij eerst wat aan doen. Maar steeds opnieuw ziet hij wat, en zo blijft hij bezig. En dan is het middernacht, en bedtijd, “weer niets gedaan”! Slecht slapen, de volgende dag om half elf pas op, om 13.00 klaar met alles, aan het werk en wéér hetzelfde liedje.

a. Hij bestrijdt inbreuken op zijn bestaan, zij het op bijkomstig vlak
b. Hij compenseert een geringe levensbevrediging, zij het op bijkomstig vlak
c. Hij bakent de eigen identiteit af en definieert deze, zij het op bijkomstig terrein
d. Hij bestrijdt de belemmeringen van zijn functioneren, zij het op bijkomstig vlak

A

d. Hij bestrijdt de belemmeringen van zijn functioneren, zij het op bijkomstig vlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de functie van het volgende gedrag van Willem?
12.3

  • Willem ging in verband met zijn studie op kamers wonen. De plotseling vergrote zelfstandigheid die dit met zich meebracht, viel hem echter zwaar. Hij werd bang fouten te maken, kritiek te krijgen en af te gaan. Aan die angst droegen zijn lage eigendunk en de moeite die hij had met het accepteren van zijn homoseksualiteit het nodige bij. Zijn vader was hem in zijn jeugdjaren streng, autoritair en kritisch tegemoet getreden, zijn moeder daarentegen zacht en toegeeflijk.
    Willem ontwikkelde in de eerste maanden van zijn zelfstandige bestaan een aantal vormen van controledwang: bij het verlaten van zijn kamer moest hij 3 maal de lichten, stopcontacten, het gas, de kranen, verwarming, deuren en ramen controleren. Ook lette hij goed op of zijn kleding puntgaaf in orde was. Hij meende dat nalatigheid op deze punten hem op veel misprijzen van zijn omgeving zou komen te staan.

a. Hij streeft maatschappelijk acceptatie na door foutloosheid in bijkomstigheden
b. Hij bestrijdt de belemmeringen van zijn functioneren, zij het op bijkomstig vlak
c. Hij compenseert op bijkomstig terrein voor een achteruitgang in levensbevrediging
d. Hij bakent de eigen identiteit af en definieert deze, zij het op bijkomstig terrein

A

a. Hij streeft maatschappelijk acceptatie na door foutloosheid in bijkomstigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom had Janet, die precisiedwang ontwikkeld had nadat haar jongste kind ook naar school ging, minder dwang in het huishouden, als de kinderen of echtgenoot toekeken? 12.3

a. ze beschouwde hen als huishoudelijk experts
b. door de gezelligheid
c. het werk werd dan minder anoniem, kreeg meer
d. hun kritische blikken remden haar af

A

c. het werk werd dan minder anoniem, kreeg meer betekenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke functie heeft de volgende dwangneurose? 12.3

  • Gina was jarenlang een redelijk succesvolle zangeres geweest, die genoten had van de bijval die ze bij café-optredens en andere schnabbels had gehad. Toen ze echter haar eerste kind kreeg, moest ze ophouden met deze liefhebberij. Voortaan vulde ze haar dag met wasjes, kinderverzorging, huishouden, koken en kleppen met de buurvrouwen. Ze voelde zich echter onvoldaan, ging overdreven haar best doen op het huishouden en haar perfectionisme daarin sloeg op hol.

a. compensatie op bijkomstig terrein voor achteruitgang in levensbevrediging
b. voorkomen van maatschappelijke afwijzing
c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan
d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je funtioneren

A

a. compensatie op bijkomstig terrein voor achteruitgang in levensbevrediging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat behoort NIET tot de vijf onbevredigende aspecten van huishoudelijk werk? 12.4

a. het is vrouwenwerk
b. tamelijk saai en oninteressant
c. wordt nauwelijks opgemerkt en gewaardeerd
d niet expliciet en evenredig betaald
e. veel (geen einde, geen duidelijk resultaat)
f komt elke dag terug (maakt eerder gedane ongedaan)

A

a. het is vrouwenwerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe kun je de reactie van Luuk, Willem en Gina op de aantastingen van hun bestaan interpreteren/kwalificeren? 12.4

a. een abnormale emotionele reactie
b. pathologisch opgeven
c. een abnormale instrumentele reactie
d. realiteitsvervalsing

A

c. een abnormale instrumentele reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Typeer de functie van het dwanggedrag in het volgende voorbeeld 12.4

  • Stof en rommel hinderden mevr. Evers geweldig. Dag en nacht was ze in de weer om te zemen en op te ruimen.

a. voorkomen van afwijzing
b. compensatie voor verminderde betekenisvolheid
c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan
d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je functioneren

A

d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je functioneren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Typeer de functie van het dwanggedrag in het volgende voorbeeld 12.4

  • Matemans kreeg bijna geen post de deur meer uit. Steeds moest hij controleren of hij er niet iets raars of doms in had geschreven, waardoor hij zich de minachting van de geadresseerden op de hals zou halen

a. voorkomen van afwijzing
b. compensatie voor verminderde betekenisvolheid
c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan
d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je functioneren

A

a. voorkomen van afwijzing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Typeer de functie van het dwanggedrag in het volgende voorbeeld 12.4

  • Van Galen had een zeer dominante echtgenote die in menig opzicht over hem heen walste. Maar aan zijn bureau mocht zij niet komen; daar moest alles precies zo gerangschikt staan, zoals hij het had geplaatst.

a. voorkomen van afwijzing
b. compensatie voor verminderde betekenisvolheid
c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan
d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je functioneren

A

c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Typeer de functie van het dwanggedrag in het volgende voorbeeld 12.4

  • Toen de echtelijke relatie teleurstellend begon te worden, ging Jansen zich erg uitsloven op zijn werk. Maar de chef was niet gediend van zijn smetteloze velletjes papier en keurige tabelletjes, want Jansens werktempo raakte beneden de maat.

a. voorkomen van afwijzing
b. compensatie voor verminderde betekenisvolheid
c. verdediging tegen de inbreuken op je bestaan
d. uit de weg ruimen van belemmeringen op je functioneren

A

b. compensatie voor verminderde betekenisvolheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de typerende inadequaatheid in de reactie van mensen bij wie een netheids- of precisiedwang begint te ontstaan? 12.4

a. ze glijden af naar bijzaken en randvoorwaarden
b. te groot fanatisme
c. gebrek aan realisme
d. te emotioneel

A

a. ze glijden af naar bijzaken en randvoorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Bij wie van de onderstaande mannen draait dit type inadequate reactie dol? 12.5

  • Guus denkt na een maand van toenemende precisie in zijn werk: “Waar ben ik in godsnaam mee bezig?”
  • Gijs wordt na een maand van toenemende precisie door zijn baas op het matje geroepen, toegebeten dat men van een dergelijk perfectionisme niet gediend is, en krijgt een maand om het normale productieniveau weer te halen, zoniet: ontslag.
  • Gerrit krijgt van niemand commentaar, maar voelt onrust en onvoldaanheid over zijn werk ondanks de perfectie ervan, en denkt:”Het is misschien nog niet goed genoeg.”
A

bij Gerrit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Typeer de soort feedback die elk van haar man krijgt over haar met zorg bereide dis: 12.5

  • Mieke krijgt te horen: “Ik waardeer de moeite, maar dit keer heb je een steekje laten vallen.”

a. positieve feedback
b. negatieve feedback
c. continue negatieve feedback
d. ambigue feedback

A

b. negatieve feedback

20
Q

Typeer de soort feedback die elk van haar man krijgt over haar met zorg bereide dis:
- Maria krijgt te horen: “Het smaakt weer voortreffelijk , vrouw!” 12.5

a. positieve feedback
b. negatieve feedback
c. continue negatieve feedback
d. ambigue feedback

A

a. positieve feedback

21
Q

Typeer de soort feedback die elk van haar man krijgt over haar met zorg bereide dis: 12.5
- Mona krijgt te horen:”Het is weer niet te vreten, zoals gewoonlijk.”

a. positieve feedback
b. negatieve feedback
c. continue negatieve feedback
d. ambigue feedback

A

c. continue negatieve feedback

22
Q

Typeer de soort feedback die Joop te wachten staat
- “Als ik er nu maar smetteloos uitzie, dan accepteren de mensen me wel.” 12.5

a. positieve feedback
b. negatieve feedback
c. continue negatieve feedback
d. ambigue feedback

A

c. continue negatieve feedback

23
Q

Continu negatieve feedback roept bij de persoon die kwetsbaar is voor dwangstoornis een rijtje typerende reacties op. Welke?

A
  • formalisering van het handelen
  • objectivering van de afsluitcriteria
  • vraagdwang
  • controledwang
  • ritualisering
24
Q

Objectivering van afsluitcriteria helpt de cliënt met precisiedwang niet om zijn dwanggedrag af te sluiten. Noem 3 redenen daarvoor

A

1 omdat er meer dan één objectief criterium mogelijk is
2 omdat hij per saldo toch op een subjectief oordeel teruggeworpen wordt , en die basis deugt bij hem niet
3 omdat er beslist moet worden of het objectieve criterium al bereikt is

25
Q

Waarom zijn de regels in ritualisering arbitrair en per definitie niet functioneel?

A

omdat wél functionerend gedrag steeds niet tot tevredenheid afgesloten kon worden

26
Q

Waarom kan men niet anders dan star zijn in een ritueel?

A

omdat het criterium voor goed handelen niet meer de functionaliteit van het waarneembare (tussen) resultaat is, kan een afwijking van de gebruikelijke handelswijze niet meer gerelativeerd en ondervangen worden

27
Q

Wie wordt verleid tot typisch dwangneurotisch gedrag?

a. Sinds er huwelijksproblemen rezen, is Van Damme erg perfectionistisch in de bijkomstige klusjes van zijn werk. Zijn baas heeft al eens gezegd: dat hoeft niet zo precies, hoor Van Damme, maar Van Damme voelt zich daar beter bij
b. Hoezeer Van Essem ook zijn best doet op de bijkomende klusjes van zijn werk, hij houdt er een ongerust en onvoldaan gevoel aan over, dat niet weg te branden lijkt
c. Sinds zijn scheiding doet Van Gent zijn werk met nog meer zorg; hij is een echte perfectionist, tot tevredenheid van zijn baas.

A

b. Hoezeer Van Essem ook zijn best doet op de bijkomende klusjes van zijn werk, hij houdt er een ongerust en onvoldaan gevoel aan over, dat niet weg te branden lijkt

28
Q

Wat werkt de volgende twee gevallen van precisiedwang in de hand?

a. Ina wrong zich in steeds gekkere bochten in haar huishoudelijk werk onder druk van het voortdurende gevit van haar schoonmoeder daarop
b. Ans verzon hoe langer hoe gekkere criteria voor “goed huishouden” onder druk van haar aanhoudende gevoel van onvoldaanheid daarover

A

Bij Ina externe continue negatieve feedback;

Bij Ans interne continue negatieve feedback

29
Q

Tot op welke hoogte is de hiërarchische structuur van het gedrag verloren gegaan bij de volgende personen?

  • Piet deed eindeloos over scheren en tanden poetsen ten koste van andere aspecten van zijn persoonlijke verzorging, omdat hij er zeker van wilde zijn ze écht goed afgehandeld te hebben
  • Jan stak veel tijd en energie in een pico bello zelfverzorging, maar voor zijn werk, gezin en ontspanning bleef weinig tijd en puf over
  • Kees leefde om te werken en werkte niet om te leven
A

Op het niveau van

  • onderdeeltjes bij Piet
  • voorbereidende en onderhouds activiteiten bij Jan
  • hoofddoelen bij Kees
30
Q

Op wat voor soort dwangstoornis of aspect daarvan duidt de volgende uitlating?

“Over het probleem of ik al of niet uit mijn bed zal stappen, of ik uit mijn stoel zal opstaan, of ik mijn veters zal vastknopen, kan ik een folterende twijfel hebben. Ik zeg: 1) ik heb mijn eten op, 2) ik heb mijn mes neergelegd, 3) ik heb mijn stoel naar achteren geschoven.”

A

diesintegratiesyndroom

31
Q

Welke van de 4 hoofdkenmerken van het desintegratiesyndroom vertegenwoordigt de volgende uitlating:

“Ik kan niet loskomen van het verleden - het is alsof ik tegen een muur sta en niet vooruit kan, alsof ik in een nacht zit, alsof ik van niets naar nergens ga.”

A

verregaand gerichtheidsverlies

32
Q

Welke van de vier hoofdkenmerken van het desintegratiesyndroom vertegenwoordigt de volgende uitlating:

“Ik geef nummers aan mijn handelingen - om mezelf ervan te overtuigen dat ze voltooid zijn. Het is als het zetten van een punt achter een zin. Ik kijk naar de zoom van mijn jurk - daaraan kan ik zien dat het opstaan uit de stoel voltooid is.”

A

ondervanging van de aangetaste gedragsregulatie

33
Q

Welke van de vier hoofdkenmerken van het desintegratiesyndroom vertegenwoordigt de volgende uitlating:

“Ik heb nooit het gevoel dat ik mijn instincten kan vertrouwen, - dat ik iets kan doen zonder nadenken en controleren. Ik zit vast, zelfs aan dingen die net gebeurd zijn - mijn handelingen lijken ononderbroken te zijn.”

A

aantasting van de gedragsregulatie

34
Q

In welk voorbeeld is sprake van motivatieverlies, in welk van beperkt gerichtheidsverlies, in welk van verregaand gerichtheidsverlies?

a. Alleen al aan het feit dat hij met zijn hoofd steeds vaker bij Marietje was, merkte Frits dat hij zijn gevoel voor Truus na 6 maanden scheiding aan het verliezen was.
b. Na 2 jaar van veel in de relatie stoppen en weinig terugkrijgen, merkte Frits dat hij het niet langer op kon brengen om zich nog voor Truus uit te sloven.
c. In de nadagen van hun relatie kon Frits, na weer eens bot gevangen te hebben bij Truus, een gevoel krijgen alsof hij zweefde, alsof hij alle houvast kwijt was, alsof hij een zeepbel in zijn kop had, alsof al zijn handelingen geacteerd waren en nergens op sloegen.

A

a. beperkt gerichtheidsverlies
b. motivatieverlies
c. verregaand gerichtheidsverlies

35
Q

Welk aspect (of aspecten) van de aangetaste gedragsregulatie komt (komen) vooral naar voren in het volgende voorbeeld?

  • Kleine klusjes werden ongelofelijk ingewikkeld en gecompliceerd. Het begon met fruitbomen snoeien. Elke ruk met de zaag duurde een eeuwigheid. Ik werd totaal in beslag genomen door het zaagsel dat zachtjes op de grond dwarrelde, door het gevoel van de zaag in mijn hand, de ongelofelijke patronen in de schors en de spieren in mijn arm die de zaag naar achteren trokken en weer naar voren duwden. Alles dijde eindeloos uit in alle richtingen. Opeens leek het of alles langzamer ging, of ik de tak nooit doorgezaagd zou krijgen. Even later was ik wonderbaarlijk genoeg opeens klaar met die tak en moest ik bijkomen van de totale lichamelijke uitputting .

a. selectief houden en voortzetten van de activiteit
b. sturen en afsluiten van de activiteit
c. initiëren en afsluiten van de activiteit
d. initiëren en voortzetten van de activiteit

A

a.selectief houden en voortzetten van de activiteit

36
Q

Welk aspect van het zog. dwangneurotische desintegratiesyndroom verklaart in feite de andere 3 aspecten?

a. aantasting van de gedragsregulatie
b. desintegratie tot op kleinschalig niveau
c. verregaand gerichtheidsverlies
d. ondervanging van de aangetaste gedragsregulatie

A

c. verregaand gerichtheidsverlies

37
Q

Hoe wordt de belevingsstoornis ten gevolge van gerichtheidsverlies in het volgende voorbeeld:
- Het lijkt allemaal één groot kluwen te worden - alles wat ik denk of zie of aanraak. Het is allemaal tot één massa gestold. Het is zo week. Alles krijgt vage contouren. Ik moet mijn handelingen nummeren of bewegingen maken om hun afzonderlijkheid aan te geven (Reed).

a. vervlakking van het gedrag
b. uitdoving van het gedrag
c. homogenisering van het gedrag
d. relevantieverlies van het gedrag

A

c. homogenisering van het gedrag

38
Q

De wegen naar gerichtheidsverlies:

  • Wat de 16-jarige Ellie ook deed om voor haar ouders iets te betekenen, niets kon indruk maken. Omdat ze niet meer naar school ging, kon ze ook geen compensatie vinden in dat houvast. Ze raakte eerst 6 maanden lang in een diepe depressie en probeerde vervolgens op een vervlakte, moeizamere manier de draad weer op te pakken, wat eigenlijk niet meer ging.
  • Jansen deed op alle details van de werktaak zijn best, probeerde alle denkbare kritiek op de uiterlijke afwerking voor te zijn, dubde regelmatig over hoe verder, en liet zich ook vaak van zijn taak halen door zijn collega’s, telefoontjes en e-mail. Ten slotte was hij de draad kwijt.
    Welke wegen naar gerichtheidsverlies zijn in deze 2 voorbeelden zichtbaar?

a. Ellie overaanpassing, Jansen uitdoving
b. Ellie uitdoving, Jansen overaanpassing
c. beiden uitdoving
d. beiden overaanpassing

A

b. Ellie: uitdoving

Jansen: overaanpassing

39
Q

Welke repertoirekenmerk valt het meest direct af te leiden uit het volgende voorbeeld?

  • Toen van Veen niet wist hoe hij met de nieuwe computerprogramma’s moest omgaan en daar dus volledig in verzandde, was hij weliswaar verontrust, maar voor de rest liet hij zich als willoos vee naar de slachtbank van de ziektewet/WAO afdrijven.

a. zwakke gerichtheid op hoofddoelen
b. gebrekkige hiërarchische organisatie
c. motivationele vervreemding
d. zwakke integratie

A

a. zwakke gerichtheid op hoofddoelen

40
Q

Welke van de 6 genoemde dwanggedragonderdrukkende technieken is herkenbaar in het volgende voorbeeld?

-Van Meegen moet op schrift de vragen beantwoorden waarom hij inbraak zo erg vond (bleek faillissement te zijn), en waarom hij dat op zijn beurt zo erg vond bleek afwijzing door de schoonfamilie te zijn, en hoe waarschijnlijk die afwijzing was, en wat daar erg aan was, en wat het rituele controleren hem hielp om dit onheil te voorkomen, en welke prijs hij voor de geritualiseerde controleren betaalde. enz.

a. responsvermindering
b. angstvermindering
c. “modelling”
d. negatief praktiseren
e. zelfregistratie
f. rationele analyse

A

f. rationele analyse

41
Q

Welke van de 6 genoemde dwanggedragonderdrukkende technieken is herkenbaar in het volgende voorbeeld?

-In de eerste therapieweek mocht van Meegen de deur ‘s avonds nog maar 3x controleren om 18.30 u en 22.30 u en zijn vrouw 1 x om controle vragen; in de tweede week mocht hij op die tijden nog maar 2x controleren, en zijn vrouw niet meer om controle vragen; tot hij in week 6 nog maar 1x om 18.30 mocht controleren op een niet-rituele manier.

a. responsvermindering
b. angstvermindering
c. “modelling”
d. negatief praktiseren
e. zelfregistratie
f. rationele analyse

A

a. responsvermindering

42
Q

Welke van de 6 genoemde dwanggedragonderdrukkende technieken is herkenbaar in het volgende voorbeeld?

Om hem te leren verward haar te verdragen en weer vlot te kammen, deed de therapeut zijn eigen haar in de war en haalde er even de kam door.

a. responsvermindering
b. angstvermindering
c. “modelling”
d. negatief praktiseren
e. zelfregistratie
f. rationele analyse

A

c. ‘modelling’

43
Q

Wat zou het voor nut kunnen hebben de dwangpatiënt te gebieden om zijn controlerituelen uit te voeren, net op een moment dat hij zich rustig voelt en bij zijn krantje zijn pijp zat te roken?
Noem het ONJUISTE argument:

a. Het bevorderd dat de cliënt eindelijk een vitale emotie (boosheid) krijgt
b. Het wekt oververzadiging van het dwanggedrag op en verhoogt daardoor de weerstand ertegen
c. Het berooft het dwanggedrag van zijn onvrijwillige en onbeheersbare karakter
d. Het doet manipulatieve functies ervan aan het licht komen

A

a. Het bevorderd dat de cliënt eindelijk een vitale emotie (boosheid) krijgt

44
Q

Volgens de auteur is dwanggedrag in de aanvangsfase nog in sterke mate een reactie op en symptoom van levensproblemen. Waarom heeft het dan toch nut om dit dwangproces in die fase met afleerprocedures hardhandig de kop in te drukken?

A

omdat het dwanggedrag de aandacht afleidt van de eigenlijke problemen

45
Q

Door welke factoren of processen wordt het dwanggedrag op den duur functioneel autonoom? Noem het ONJUISTE argument.

a. Het sociale systeem van de patiënt er op ingesteld is geraakt en er misschien zelfs afhankelijk van geworden.
b. Normaal gedrag en normale levenssituaties zijn te bedreigend geworden door de langdurige vermijding ervan
c. Doordat het dwanggedrag een eigen leven is gaan leiden, los van de oorspronkelijke achtergronden en functies ervan
d. Dit komt door secundaire ziektewinst
e. Dit komt door conditionering (gewoontevorming)

A

c. Doordat het dwanggedrag een eigen leven is gaan leiden, los van de oorspronkelijke achtergronden en functies ervan

46
Q

Hoe wordt dat aspect of onderdeel van de therapie genoemd?

  • Toen de 46-jarige Stevens zijn 20-jarige precisiedwang een heel eind onder controle had gekregen binnen de afdeling Gedragstherapie van PZ Rosenburg, zorgden zijn behandelaars ervoor dat hij een functie in de patiëntenbond kon gaan bekleden
A

reactivering van de patiënt en herintegratie in de maatschappij